Latijn. Mare in het Latijn betekent 'zee'. Mare is op het moment een niet echt veel voorkomende meisjesnaam. In totaal werden vorig jaar 103 kinderen Mare genoemd, dat is een bescheiden toename ten opzichte van 2012.
Een Maar is ontstaan door een freatomagmatische explosie (simpel gezegd een soort van vulkanische explosie) waardoor een bassin is gevormd. Dit bassin vult zich met water en door de ondoordringbare bodem van graniet en basalt loopt het water niet meer weg. En zo ontstaat een soort van meer, een Maar genoemd.
Tegenwoordig weet men dat de marea eigenlijk grote vulkanische vlakten zijn, die zijn opgebouwd uit basalt. De marea op de maan dateren van na het Late Heavy Bombardment, een periode (4,0 tot 3,8 miljard jaar geleden) in de begintijd van het zonnestelsel waarin veel meteorieten op de planeten en hun manen insloegen.
De grote, donkere vlekken op de maan, die zelfs met het blote oog al te zien zijn (ze vormen samen het bekende 'mannetje in de maan'), zijn in feite kolossale inslagbekkens die geheel of gedeeltelijk zijn volgelopen met inmiddels gestolde lava.
Op de maan is het altijd heel erg koud
De maan heeft geen atmosfeer en daarmee ook geen bescherming tegen de straling van de zon. In het zonlicht is het er 120°C boven nul. Zonder atmosfeer kan er op de maan ook geen warmte worden vastgehouden. Aan de nachtzijde is het dan ook meteen ijskoud, 170°C onder nul.
Het absolute nulpunt of nul Kelvin, is min 273 graden Celsius, de temperatuur waarop atomen in theorie volledig zouden moeten stoppen met bewegen. Met een temperatuur van 100 nanoKelvin zijn de BEC's in het ISS kouder dan de gemiddelde temperatuur in de ruimte, waar het zo'n 3 Kelvin is of -270 graden.
Zonder de maan zouden de dagen op aarde korter worden. De maan remt de aarde af en daardoor leven we nu in dagen van 24 uur. Zonder de maan zou de aarde sneller om zijn as draaien en zouden de dagen 75 procent korter zijn dan we gewend zijn.
Geen voor- en achterkant
Maar eigenlijk heeft de maan geen voor of achterkant. Een voetbal heeft bijvoorbeeld ook geen voor- of achterkant. Toch was er een ruimtesonde nodig om eens een kijkje te nemen aan de andere kant van de maan. En wat blijkt: die ziet er ongeveer hetzelfde uit.
De maan is een satelliet van de aarde: hij draait in een baan om de aarde. Omdat de aarde en de maan samen om de zon draaien, beschijnt de zon steeds een ander stukje van de maan. Voor ons lijkt het daardoor alsof de maan verandert van vorm. Ook zeggen we dat de maan schijnt.
Na de vernietiging van de maan krijgt onze aarde een prachtige ring. Deze formatie duurt echter niet lang en dan beginnen de aardbewoners met moeilijkheden. Deze hele stapel puin zal op de aarde vallen en lijkt op een asteroïde aanval. Steden zullen worden vernietigd, veel mensen zullen sterven.
Waterstof, ammonia en methaan bijvoorbeeld, die gebruikt kunnen worden als brandstof. Er werd ook koolstofmonoxide en koolstofdioxide aangetroffen. Bovendien troffen de onderzoekers een aantal metalen aan in de pluim: natrium, zilver en kwik. De vulling van de maankraters is waarschijnlijk niet op de maan ontstaan.
Deze groep maren zijn de bekendste maren in de Eifel. Een maar wordt vaak ten onrechte als kratersee of kratermeer aangeduid. Een maar is echter geen (krater)meer dat gevormd is in een vulkaankrater. Een maar, zo ook de Dauner Maren, zijn gevormd door een freatomagmatische explosie.
Slechts een handvol manen in het zonnestelsel zijn groter dan onze maan. Nog opvallender is echter haar relatieve omvang ten opzichte van haar moederplaneet, de aarde. Ruwweg is de diameter van de maan liefst 1/4 van de diameter van de aarde.
Een maar is de Groningse benaming voor waterloop. Dit is dus meestal een wat smallere, meer onregelmatige en ondiepe waterweg die vaak een beetje het midden houdt tussen een rivier en een sloot. Er zijn dus vele van dit soort maren die vaak ook als scheiding dienen tussen akkerbouwpercelen en/of weilanden.
Als er een jaar geen zonlicht is, raakt de aarde bedekt met een pantser van ijs. De gemiddelde temperatuur is -73 °C. De duisternis en de ijzige kou zullen het leven op aarde terugbrengen naar het nulpunt, de meest mensen en dieren sterven en het duurt miljoenen jaren voordat de planeet herstelt.
De volle maan betekenis
De maan staat voor vrouwelijke, krachtige energie. De maan is ook iets wat bij mensen de levenscyclus oproept; geboorte, dood en wedergeboorte dankzij het vol worden en afnemen van de maan. De volle maan kan ook gevierd worden, dit wordt een Esbat genoemd.
Het komt ook voor dat de maan heel snel lijkt te verdwijnen. Dan is er sprake van een maansverduistering. Een volle maan wordt ineens minder vol en het lijkt wel alsof er een hap uit genomen is. Een maansverduistering treedt op als de aarde precies tussen de zon en de maan in staat.
De Koude Oorlog, politieke wil, inventiviteit, doorzettingsvermogen en de nodige risico's zorgen ervoor dat de mens in juli 1969 voet op de maan zet. Dat we sinds 1972 niet meer op de maan zijn geweest, komt vooral door een gebrek aan politieke wil. De techniek is sinds 1969 enorm vooruitgegaan.
Jupiter - niet alleen de meest massieve en de grootste planeet van ons zonnestelsel, maar ook de meest heldere aan de hemel. Samen met Uranus, Neptunus en Saturnus wordt hij beschouwd als de reus.
Dus de aarde lijkt een beetje te schommelen terwijl de maan een veel grotere cirkelbaan draait om dit punt. De cirkelbaan om het aarde-maan zwaartepunt en de cirkelbaan van aarde-maan zwaartepunt om de zon zorgt voor de uiteindelijke rotatie om de zon.
Een astronaut zonder pak zwelt op
Een mens die wordt blootgesteld aan het vacuüm van de ruimte, zal niet meer dan een paar seconden leven, maar ontploft niet. De astronaut zwelt echter wel degelijk merkbaar op, en de ingewanden en organen worden door lichaamsopeningen naar buiten geperst.
In zo'n situatie is het onmogelijk om te overleven. Maar wanneer medische hulp stand-by is en de luchtdruk geleidelijk afneemt, kan een mens het net een minuut in een vacuüm volhouden.
De kleur van een ster verwijst naar zijn oppervlaktetemperatuur. Een rode ster is relatief koel met een oppervlaktetemperatuur van minder dan 3.000 graden Celsius. Onze zon is een gele ster: op het oppervlak heerst een temperatuur van meer dan 6.000 graden. En blauwe sterren zijn de heetste, 10.000 graden en meer.