Longembolieën kunnen ontstaan als u ergens in het lichaam een trombus in een ader hebt (veneuze trombose). Als delen van 'een stolsel in de aderen loslaten, komen deze via de bloedstroom in de longslagader terecht. Een of meerdere takken van de longslagader kunnen daardoor worden afgesloten.
Een longembolie is een afsluiting van een longslagader. Dit wordt meestal veroorzaakt door een bloedstolsel (trombus). Het bloedstolsel ontstaat meestal in de bloedvaten van de benen of het bekken. Via de bloedbaan wordt het bloedstolsel meegevoerd naar de longen.
Als er een stukje bloedprop loslaat, wordt dat door de bloedstroom meegenomen naar uw hart.Daarna stroomt het door naar uw longen.De bloedprop kan dan een bloedvat in de longen afsluiten. Dit heet een longembolie.
Klachten. Een longembolie veroorzaakt niet altijd klachten. Het komt voor dat het bloedpropje vanzelf weer verdwijnt. Maar als dat niet gebeurt, veroorzaakt het vooral kortademigheid en pijn bij het ademhalen.
Het herstel kan 3 tot 6 maanden duren, maar soms ook langer. Uw behandelend arts bespreekt met u hoe lang u de bloedverdunners moet gebruiken. Aan het einde van de behandeling kunt u in 1 keer met de bloedverdunnende medicij- nen stoppen.
Klachten. Verschijnselen van een longembolie kunnen onder andere zijn: Benauwdheid. Pijn op borst, al dan niet vastzittend aan de ademhaling.
Als een grote embolie niet snel wordt behandeld, kan die gevaarlijk en zelfs dodelijk zijn. Maar gelukkig wordt het tegenwoordig in veruit de meeste gevallen op tijd herkend.
Bij trombose is er een bloedprop gevormd in een ader waardoor de afvoer van bloed wordt belemmerd.Bij een longembolie zit er een bloedprop in een bloedvat van de longen. Een longembolie wordt veelal veroorzaakt door een bloedprop die losgeschoten is vanuit een ader van het been, bekken of de buik.
Een longembolie kan dodelijk zijn wanneer er longweefsel afsterft als er niet snel genoeg medische behandeling volgt.
Na de behandeling van een longembolie herstelt u meestal helemaal. Soms blijft uw conditie wat minder als een stukje van uw longen beschadigd is. Een enkele keer kan er na een longembolie een groot bloedvat van de longen beschadigd zijn. U kunt dan hartfalen krijgen.
Herstel bij een longembolie
Hoe lang hangt af van de ernst en de oorzaak van de longembolie. Vaak duurt het tussen drie en twaalf maanden. In sommige gevallen moet je de bloedverdunners altijd blijven gebruiken, bijvoorbeeld als je meerdere longembolieën hebt gehad.
Het korte antwoord: ja, dat kan. “Als iemand bloedverdunners gebruikt voor de behandeling van trombose, longembolie of boezemfibrilleren, en diegene neemt de medicatie zorgvuldig alle dagen in, is de kans om trombose of longembolie te krijgen laag”, aldus dr.
Zonder behandeling kan de bloedprop zo groot worden dat het bloedvat verstopt raakt. Er kan dan geen bloed meer door de aders stromen. Daarnaast kan de bloedprop losraken van de wand en doorschieten naar de longen.
Een embolie is een aandoening waarbij een bloedstolsel een bloedvat verstopt. Hierbij kan het achterliggende weefsel geen zuurstof meer krijgen, waardoor het kan afsterven. Er bestaan verschillende soorten van deze aandoening. De meest voorkomende vormen zijn een longembolie en hersenembolie.
Een longembolie kan de dood tot gevolg hebben.
Volgens voorzichtige schattingen sterven elk jaar 1250 Nederlanders aan trombose en 7000 aan een longembolie die niet op tijd is ontdekt. “Bij een kwart tot de helft van hen was de dood mogelijk te voorkomen.
Bij ongeveer 2,6 op de 1.000 Nederlanders denken artsen aan een longembolie. Gemiddeld blijkt uit onderzoek dat 1 op de 4 van deze mensen ook echt een longembolie heeft. Dit komt neer op 10.000 tot 12.500 gevallen per jaar.
In zeldzame, ernstige gevallen van longembolie is het nodig het stolsel op te lossen met medicijnen. U mag naar huis als de bloedverdunning goed is. Dat is meestal na 2-3 dagen.
Erfelijkheid speelt een rol
Bij ongeveer de helft van de patiënten is het bloed zelf de oorzaak van de trombose. Het bloed heeft bij hen de neiging om meer te stollen dan bij anderen. Dat extra stollen is vaak aangeboren. Het is dan ook belangrijk om te weten of trombose in de familie voorkomt.
Trombose is zeker leeftijdgerelateerd, dus hoe ouder je bent, hoe meer kans je hebt. Als je jong bent is de kans op trombose ongeveer 1 op 10.000 en als je boven de 60 bent is het 1 tot 2 op 1000. Trombose is een volksziekte. De kans op een longembool ligt ongeveer ook in die orde.
Kans op recidief longembolie na de antistollingsbehandeling
Tijdens een langere behandeling is de kans op een nieuwe longembolie laag zolang de behandeling duurt, maar bij het stoppen is de kans op een recidief ook in dat geval 10%/jaar in het eerste jaar. Ongeveer 1/20 van deze recidieven is fataal, dus 0.5%/jaar.
Het stolsel kan zich verplaatsen met de bloedstroom mee en loopt vast in de kleine bloedvaatjes van de longen.
Mag ik alcohol drinken? Door alcohol duurt het langer voordat uw bloed stolt.Samen met de bloedverdunner duurt het nog langer.U kunt dus beter niet te veel alcohol drinken.