Maak je plek voor vlinders dus op een zonnige plek in de tuin. Zorg voor een beschutte plek, vlinders houden niet van wind. Dus staat er vaak veel wind in je tuin, zorg dan voor een windvrije plek met bijvoorbeeld wat grotere planten die de wind tegenhouden. Let wel op dat je de windvrije plek in de zon maakt.
10 tips voor meer vlinders in je tuin
Zet inheemse planten en laat brandnetels en distels staan. Bied van het vroege voorjaar tot in de late herfst nectar aan in je tuin. Creëer hoogtes en laagtes in je vegetatie, het is een herkenningspunt en uitkijkpost voor vlinders. Leg beschutte hoekjes aan met hagen en heggen.
Als de vlinder niet omhoog kruipt, pak hem dan net boven het lichaam vast, met de vleugels gesloten. Je kunt de vlinder loslaten, zodra hij weer op krachten is gekomen met wat suikerwater of nectar. Je hoeft niet te wachten tot hij 'genezen' is. Laat de vlinder even op je vinger zitten.
De levensduur van de vlinder varieert van enkele dagen tot twee of drie weken maar soorten die als vlinder overwinteren leven zelfs een aantal maanden. Het belangrijkste doel in het leven van een vlinder: zich voortplanten.
Voedsel voor vlinders
De meeste vlinders leven van nectar, een stroperig vocht dat ze uit bloemen halen. In nectar zitten suiker en kleine hoeveelheden eiwitten en vitamines. Vooral de vrouwtjes hebben dit nodig om eitjes aan te maken.
Elke vlinder heeft z'n favoriete bloem of plant. Ze drinken van de nectar die in bloemen zit. Daarom kun je die vlinders goed lokken met suikerwater, dat is net zo zoet als nectar. Sommige soorten - zoals de atalanta - houden meer van rottend fruit.
Een vlinder met kapotte vleugels heeft moeite met het vinden van voedsel. Waarschijnlijk zit hij al een tijd zonder voeding en is hierdoor verzwakt geraakt. Nadat je de vleugel gerepareerd hebt geef je de vlinder eerst wat te eten. Zo kan hij op krachten komen en is klaar om uit te vliegen.
Fruit waar De Vlinderstichting goede ervaringen mee heeft: appels, peren, pruimen en druiven. Maar ook bananen, meloenen of vijgen zijn een mogelijkheid. Als het maar lekker zacht is! Zet de schaal lekker in de zon, want daar houden vlinders van.
Vooral op beschutte plekjes kan het lekker warm worden. Daarom kun je vlinders vaak vinden in de beschutting van struiken, heggen, houtwallen of bosranden. Maar op koude, bewolkte dagen houden ze zich schuil.
De vlinders zullen niet komen als je geen voer in je voerbak doet! Vlindervoer maken doe je door water met suiker te mengen. Warm het mengsel op totdat de suiker oplost en laat het afkoelen.
Vlinder, als de vlinder in jouw leven verschijnt dan geeft de vlinder jou de boodschap mee van transformatie. Komt de vlinder in jouw leven dan laat deze je weten dat er een nieuw begin heel dichtbij is. Een transformatie naar een leven in liefde, vreugde en gezondheid, Elk dier brengt een boodschap mee.
De beste manier om vlinders naar de tuin lokken is met nectarplanten. De meeste soorten hebben mooie bloemen, zoals ijzerhard (Verbena), kattestaart (Lythrum), rode zonnehoed (Echinacea) en herfstanemonen (Anemone x hybrida). Ook hebben vlinders warme, beschutte plekjes nodig.
Verreweg de meeste vlinders worden beschouwd als onschuldige en nuttige dieren omdat ze bestuivers zijn die niet kunnen steken of bijten.
Weersomstandigheden: Vlinders kunnen niet goed tegen droogte. Ze kunnen dus niet de hele tijd in de felle zon zitten, want dan drogen ze uit. Ook kunnen ze niet tegen te veel regen. Het weer kunnen wij en de vlinders niks aan doen.
Een aantal soorten vlinders kan geluiden opvangen met de antennes en dienen dus als gehoor, niet alle vlinders kunnen geluiden horen, bij vlinders die dat wel kunnen zijn er viert typen gehoororganen waar dit er één van is.
Suikerwater met spons
De vlinders leven van nectar uit bloemen. Kunstnectar kunt u maken door negen delen water in een bakje te doen met één deel suiker of honing. Doe ook een pannenspons in het bakje, of doe er een deksel met gaatjes op.
Ruiken gaat bij vlinders niet via de neus want die hebben ze niet. Ze kunnen ruiken met hun voelsprieten, maar ook via ruwe haartjes die aan de poten zitten.
Hun vleugels zijn erg kwetsbaar. Als ze beschadigd raken, herstellen ze niet meer. Dus kijken mag, maar aanraken niet… Metamorfose Vlinders zijn leuk en mooi, maar hun kinderen zorgen voor overlast.
Zoals: In februari - Dagpauwoog. In maart - Boomblauwtje; Gehakkelde orelia; Dagpauwoog; Kleine vos; Citroenvlinder. In april - Klein koolwitje; Boomblauwtje; Gehakkelde orelia; Bond zandoogje; Dagpauwoog; Kleine vos; Distelvlinder; Landkaartje; Koninginnepage; Citroenvlinder; Klein geaderd witje.
De kleine wintervlinder is een bekend voorbeeld van een vlindersoort zonder vleugels. Deze nachtvlinder kan je tegenkomen van oktober tot eind december. In het najaar komen deze vlinders uit hun pop om zich voort te planten.
Naast de opvallende vleugels van veel soorten zijn ook de grote, samengestelde ogen van de vlinder heel opvallend. Deze ronde bollen, met honderden kleine, zeshoekige facetten, bevinden zich aan de zijkanten van de kop. Daartussen steken twee lange antennen, die bij dagvlinders altijd eindigen in een knopje.
Om deze sensoren goed te laten werken, voorziet het lichaam ze actief van insectenbloed en zuurstof. Dit gebeurt via een klein extra 'hart' in de vleugel. Dit pompt het bloed door de vleugel heen, zodat het goed verdeeld wordt. Delen die belangrijk zijn, krijgen zo genoeg bloed.
Elke keer stopt hij z'n dunne slurf erin en zuigt de nectar op. Alsof het een rietje is. De vlinder eet elke dag een paar uur lang. Alleen doordat hij zo'n lange slurf heeft, kan hij bij de nectar.