Meestal worden moeilijkheden en problemen in de communicatie geassocieerd met een gebrek aan emotionele volwassenheid, blokkade van emoties of behoeften, een laag zelfbeeld, gebrek aan respect voor zichzelf of anderen.
Een boodschap mondeling of schriftelijk helder aan anderen overbrengen. Aandachtig en respectvol luisteren naar anderen. Non-verbale signalen of lichaamstaal begrijpen en gebruiken (denk aan houding of gezichtsuitdrukking) Nagaan of de ander jouw boodschap goed begrepen ...
Luister écht en onderbreek niet. Durf feedback te geven, positief of negatief. Wees to-the-point en concreet. Let op je eigen lichaamstaal en die van de ander.
Communicatievaardigheden zijn vaardigheden die zorgen voor een sterke communicatie. Een aantal belangrijke voorbeelden zijn: schriftelijk communiceren, verbaal/non-verbaal communiceren, luisteren, assertiviteit, inlevingsvermogen en feedback geven en ontvangen.
Positief communiceren betekent aandacht op energiegevende communicatie, kwaliteit in het gesprek, zorg voor de persoon en voor het gewenste resultaat. Het leuke van deze training is dat je echt bewust wordt van je eigen patronen en dat je het gemak gaat ontdekken van het nemen van je regierol in gesprekken.
Communicatie is het proces waarbij je informatie overdraagt aan iemand anders. Je communiceert niet alleen door wat je zegt (verbaal) of door je gedrag en/of houding (non-verbaal), maar meestal door een combinatie van communicatievormen.
De belangrijkste kenmerken van een goed gesprek zijn: De tijd nemen, contact maken en actief luisteren. Respecteren en verplaatsen in het standpunt van de ander. Gelijkwaardigheid en tweerichtingsverkeer.
Zender: degene die de boodschap zendt. Boodschap: informatie in de vorm van gedachten, gevoelens, gedrag. Kanaal of Medium: gesprek, verhaal, boek, videofilm, facebook etc.
In dit artikel vind je een groot aantal gespreksvaardigheden-voorbeelden. Dat zijn bijvoorbeeld luisteren, vragen stellen, feedback geven, feedback ontvangen, omgaan met weerstand, kort en bondig communiceren en de regie nemen.
Iemand met CCS is zich vaak niet (of onvoldoende) bewust van zijn problemen en is daardoor vaak geneigd zijn mogelijkheden te overschatten. Cognitieve communicatiestoornissen kunnen ontstaan als gevolg van een CVA (beroerte), hersentumor, traumatisch hersenletsel en degeneratieve neurologische ziekten (bijv.dementie).
Iemand met afasie heeft vaak meer tijd nodig om iets duidelijk te maken: heb dus geduld en begin niet al te snel met gissen. Verbeter iemand met afasie niet. Het is belangrijker dat hij/zij begrepen wordt, dan dat hij/zij correct spreekt. Stimuleer om het bedoelde aan te wijzen.