“Een vork hoort men bovenhands vast te houden”, legt Chateaux uit. “De rug van de hand wijst naar beneden en de vork rust tussen de duim en het laatste kootje van de middelvinger.
De vorken liggen links van het bord en de messen rechts. De lepels liggen rechts van het mes. Houd je vork altijd in je linker- en het mes in je rechterhand. Dessertbestek ligt altijd boven het bord.
De vorken liggen aan de linkerkant, messen en lepels aan de rechterkant. Zorg dat de snijzijde van het mes naar binnen wijst. Het bestek voor het nagerecht ligt altijd horizontaal boven het bord. Het lepeltje wijst dan met de bovenkant naar links, terwijl het vorkje met de bovenkant juist naar rechts wijst.
Je schept de soep van je af, op de lepel. Vervolgens ga je met de lepel naar je mond en niet andersom. Ook belangrijk; de andere hand. Die rust met zijn pols op de rand van de tafel.
Een vork wordt vooral gebruikt tijdens het snijden van voedsel: om het op de plaats te houden. En om afgesneden stukjes naar de mond te brengen. Verder overlapt de functie van de vork die van de lepel ten dele: veel voedsel kan zowel met een lepel als met een vork naar de mond gebracht worden.
Taartvork - een drietandige vork voor gebak. Een tand is vaak wat dikker, zodat die ook als een soort mesje kan worden gebruikt. Deze tand mag niet scherp zijn, want dan kan de vork niet meer in je mond! Cocktailvork - ongeveer even groot als een taartvork, maar meestal met 4 gelijke tanden.
Etiquette. Eenmaal aan tafel zul je ontdekken dat ook de etiquette vooral op rechtshandigen toegespitst is. Messen liggen rechts van je bord en vorken links. Daarnaast dient je maaltijd altijd links van je geserveerd te worden.
Het bestek leg je als volgt neer: de vork leg je links van het bord. Aan de rechterkant leg je direct naast het bord het mes. Deze dient met de snijkant naar het bord te liggen. Daarnaast komt de soeplepel.
Maar slecht nieuws voor degenen die spaghetti met vork en lepel eten: ook dit hoort officieel niet. Volgens de etiquette eet je spaghetti zó. Met je vork een paar slierten spaghetti pakken en ze draaien tot een mooie hap op je lepel. Voor velen is dit dé manier om spaghetti te eten.
Om niet verstrikt te raken in de plooien van de kraag hadden de mannen kort haar en moesten de vrouwen hun haren omhoog kammen. Ook voor het eten diende er een oplossing gevonden te worden: om de kraag niet vuil te maken kwam er een vork bij en deze werd links gelegd omdat er daar plaats was.
Gebruikt bestek hoor je niet op tafel te leggen, dus doe dit niet. Ik ben uitgegeten: Je mes en vork met de handvatten bijeen op je bord gelegd geeft aan dat je bent uitgegeten (voor de betreffende gang). Leg de handvatten naar onder als je niets bijzonders te vertellen hebt over de maaltijd.
Vorken liggen links van het bord, messen rechts (met de snijkant richting het bord). Soeplepels liggen rechts naast het bord, dessert- en fruitbestek (vaak lepels, maar kan ook een klein vorkje zijn) liggen boven het bord. Je eet van buiten naar binnen.
Volgens de etiquette moet het waterglas links staan, maar bij Table in a box verkiezen we rechts, vlakbij het bord. Naast het champagneglas, komende van links, volgt het rodewijnglas en dan het witte.
De messen horen altijd aan de rechterzijde van het bord te liggen. De messen moeten met de snijkant naar het bord toe liggen. De soeplepel en eventueel daarnaast het bestek voor het voorgerecht komen daarnaast te liggen. Vorken leg je altijd aan de linkerzijde van het bord.
Re: Visbestek
het bestek is bot omdat je anders in het graat zit te snijden, en je hebt toch niet zo'n scherp mes nodig omdat de structuur van de vis zacht is.
Speel niet met je bestek of eten
Ga niet met je eten lopen knoeien, houd het netjes op je bord. Plet ook geen aardappelen tot puree op je bord. Neem van alles een klein beetje en doe dat op je vork. Breng de vork of de lepel naar je mond en niet je mond naar je bord.
Je kunt de spaghetti het beste breken voordat je ze gaat koken. De spaghetti slierten zijn hier nog ongekookt en daarom zijn ze nog stijf. Het breken gaat simpel gezegd gewoon makkelijker als de spaghetti stijf is.
Geen parmezaan over je hoofdgerecht
Ben je in Italië, pas dan op met Parmezaanse kaas. Je komt misschien in de verleiding om deze Italiaanse delicatesse over je hoofdgerecht uit te strooien, omdat hij nu eenmaal op tafel staat, maar hij mag alleen over de pasta en over risotto.
Bij de Italianen thuis bestaat het diner vaak uit een secondo, vlees of visgerecht met groenten en wat brood. Ze eten dus een lichtere maaltijd dan tijdens de lunch.
Waarom mag je nou niet met je ellebogen op de tafel leunen? Volgens experts heeft dat te maken met de gewoonte dat mensen vroeger een bord deelde met hun buurman aan tafel. Als je met je elleboog op die tafel leunt, kan hij of zij er dus niet meer bij.
' Hoewel het voor jou misschien lijkt alsof je voor een week gegeten hebt. Zeg als de ober je dan nog wat aanbiedt: 'Nee dank u, ik heb heerlijk gegeten. ' – Het digestief (het drankje dat je na het diner drinkt) achterover slaan.
Etiquette is een geheel van cultuurgebonden beleefdheidsregels en omgangsvormen. De kern van de etiquette is: rekening houden met de gevoelens van anderen en met de gebruiken in een samenleving, in alle situaties waarin mensen met elkaar omgaan.
Je gebruikt uitsluitend je vork. Draai de spaghetti rond je vork en gebruik daarbij je bord als weerstand. Zo draai je een perfecte enkele hap spaghetti rond je vork, die je zonder lepel of mes kunt veroberen. Het is misschien even klungelen op het begin, zo je vork moeten ronddraaien in en met één hand.
Maar brood geldt als zo'n elementair voedingsmiddel dat het met de hand mag worden gegeten. Mensen mogen hun eigen brood aanraken. Voor sneetjes brood bij ontbijt of lunch worden geen vorken ingezet, tenzij er iets warms op ligt dat eraf kan druipen: kroketten, gebakken eieren of iets dergelijks.
Linkshandigen hanteren het bestek andersom: mes en lepel links en de vork rechts. Dit mogen ze gewoon doen, zowel bij informeel eten als bij een formeel diner. Ze zijn immers linkshandig en worden allang niet meer gedwongen om handelingen op een rechtshandige manier uit te voeren.