Een ruststroom van minder dan 40 milliampère (0,04 A) is toegestaan. Ruststroom noemen we ook wel “lekstroom”. Op het moment dat de ruststroom hoger is dan 40 mA is er sprake van een ruststroomverstoring. Er blijft een elektrisch component of systeem ingeschakeld terwijl de auto geparkeerd staat.
Het stroomverbruik van een auto rust mag tot maximaal 100 mA zijn. Als er een hoger stroomgebruik gemeten wordt is het raadzaam de oorzaak op te sporen. Veronderstel dat de Stilo een accu heeft van 60 Ah en het verbruik in rust is 100mA zou de accu na 60:0.1=600 uur leeg zijn.
Gemiddeld sluipverbruik
Hoeveel uw sluipverbruik van stroom gemiddeld is, hangt af van het aantal elektronische apparaten die u in huis heeft. Daarnaast heeft niet elk elektronisch apparaat sluipverbruik. Volgens Milieu Centraal zou een huishouden zo'n 450 kWh sluipverbruik aan stroom, gemiddeld per jaar hebben.
Lekstroom is gevaarlijk omdat zaken onder stroom staan die niet onder stroom mógen staan. Bijvoorbeeld een vloer die onder water staat, een lamp, een metalen behuizing van een wasmachine, of een koffiezetapparaat. Als je in het water gaat staan, of een lamp aanraakt, kan je geëlektrocuteerd worden.
Een lekstroom is bijna niet te voorkomen. In veel apparaten zijn bijvoorbeeld transformatoren en/of bijvoorbeeld condensatoren aanwezig, veroorzakers van (kleine) lekstromen. Door niet enkel de fase, maar ook de nul te schakelen kan lekstroom als veroorzaker van gloeiende LED-lampen voorkomen worden.
Bepaalde LED lampen zijn zo energiezuinig dat de lekstroom genoeg vermogen biedt om een heel klein beetje licht te geven. Dit komt vooral voor bij LED lampen met veel kleine LEDjes en minder bij PowerLED lampen. Het kan verder weinig kwaad en beïnvloed de levensduur van de lamp nauwelijks.
U kunt de karakteristieke lekstroom bij 50 Hz alleen meten met een stroomtang die voorzien is van een doorlaatfilter met een kleine bandbreedte, die stromen bij andere frequenties verwijdert. Wanneer de belasting aangesloten (ingeschakeld) is, bevat de gemeten lekstroom de lekstroom in belastingsapparatuur.
Als de led lamp blijft nagloeien en dit is te wijten aan de lamp zelf, is het in principe geen probleem. Als het zwakke licht storend is, bijvoorbeeld in de slaapkamer, helpt het alleen om de led-lichtbron te vervangen door een ander type.
Een lekstroom kan ontstaan door een beschadiging of een defect in een elektrisch apparaat waardoor onverwachts spanning op het gehele apparaat komt te staan. Hierdoor loopt er stroom weg via de aarde met als gevolg dat er meer stroom ingaat dan dat er uitgaat. Dit geldt alleen voor een geaard apparaat.
LED lampen verbruiken veel minder energie dan conventionele lampen waardoor de kans groter is dat de energie in de elektriciteitsdraden blijft hangen. Uiteindelijk is dit de oorzaak van dat lampen blijven nagloeien.
Elk huishouden heeft wel een aantal flinke stroomvreters. Van veel apparaten weten we dat ze veel stroom verbruiken, maar er zijn ook stiekeme stroomvreters. Een aantal voorbeelden die vaak genoemd worden zijn een miniboiler, een uitgebreide decoder of wat dacht u van een slecht geisoleerde kokend waterkraan.
Bij een lekstroom:
Je apparaat lekt water in de elektronica (koffiezetapparaat, waterkoker, wasmachine etc.) Elk apparaat heeft een lekstroom. Als deze waarde te groot wordt door defect of doordat heel veel groepen op dezelfde aardlekschakelaar zijn aangesloten, kan deze uit veiligheidsoverweging uitschakelen.
Algemeen. In de meterkast van uw huis bevindt zich de groepenkast waarin de aardlekschakelaar(s) en alle afgaande groepen (automaten)zitten. Hier hoort ook een groepenkaart bij aanwezig te zijn waar u op kunt zien welke groep welk gedeelte van het huis van energie voorziet en achter welke aardlekschakelaar deze zit.
Sommige elektrische apparaten verbruiken alsnog stroom als ze uit of op stand-by staan. Dit heet sluipverbruik. In een gemiddeld huishouden gaat er 450 kWh per jaar op aan sluimerverbruik. Vooral oudere apparaten gebruiken in deze stand nog flink wat stroom.
Er zijn twee methodes voor het meten van verliesstroom. Bij de ene omsluit men de aardingsgeleider met de stroombek en bij de andere omsluit men twee geleiders (of drie geleiders, eventueel met nulgeleider) tegelijkertijd (zie tekening).
Vind de energieverslinders
Merk je op jouw elektriciteitsfactuur een verhoogd stroomverbruik op? Dan zit je misschien met een stroomlek. Elektrische huishoudtoestellen die veel verbruiken, liggen vaak aan de basis van zo'n stroomlek.
Om de lekstroom te meten kan je een ampere meter (multimeter) tussen je aarde draad plaatsen. Je meet dan de stroom die dus via je je apparaten lekt naar de aarde. Je kan heel makkelijk meten welke apparaten er lekken door ze in of uit te schakelen.
LED lampen kunnen dus ook nooit brandgevaar veroorzaken of verbranden. Een LED lamp produceert licht op een 'koele' en duurzame manier. Kies voor LED en je maakt een energiezuinige en milieuvriendelijke keuze!
Reacties. Ja, dat is zeer goed mogelijk als er meer stroom doorheen gestuurd wordt dan waar de LED tegen kan. Ook het aanleggen van een hoge spanning in de sperrichting van de diode kan de LED beschadigen.
Brandonderzoek heeft al een paar keer aangetoond dat er een brand ontstond door een leeslampje. Sommigen hebben een klemmetje waarmee je ze kunt vastzetten op de rand van je bed. Daarbij is de kans aanwezig dat de lamp langzaam opzij valt. Als de gloeilamp dan op beddengoed terecht komt, ontstaat vaak brand.
Hoe test ik de aardlekschakelaar? Op de aardlekschakelaar zit een testknop met de letter “T”. Deze knop moet ingedrukt worden om te testen, de achterliggende installatie wordt uitgeschakeld. Na het testen moet de aardlekschakelaar normaal worden ingeschakeld.
Het betreft een abnormale stroom, in het algemeen met grote stroomsterkte (meerdere duizenden ampère) die door een netwerk stroomt na het verschijnen van een fout.
Ik meet bij een kennis tussen nul en aarde 50V en tussen fase en aarde 180V. Tussen de fase en nul normaal 220V.