Afhankelijk van prikkels vanuit de omgeving worden verbindingen tussen neuronen afgebroken of juist aangelegd. Dat betekent dat hersenen een hoge plasticiteit hebben: de hersenen veranderen fysiek als ze leren van relevante input vanuit de omgeving.
Een aantal hersencellen maken contact en geven een signaal door. De hersencellen verbinden zich, een paadje vormt zich. Als je dit blijft herhalen, verandert er iets in die verbinden. De cellen kunnen gemakkelijker contact met elkaar maken en worden goede vrienden.
De anatomie van het brein is zeer complex met twee hersenhelften, vier hersenkwabben en allemaal kleinere hersengebiedjes. We hebben maar liefst 86 miljard hersencellen die elektrische en chemische signalen met informatie uitwisselen. De twee hersenhelften zorgen er samen voor dat we kunnen functioneren.
Leren is het organiseren of het reorganiseren van netwerken van zenuwcellen in je brein. Dit is een dynamisch beeld. De hersenen bestaan uit zo'n 85 miljard zenuwcellen.
Hersenen = De hersenen (plurale tantum), ook wel het brein genoemd, vormen het deel van het centrale zenuwstelsel dat zich in het hoofd bevindt (Grieks: ἐγκέφαλος, enkephalos, in het hoofd).
De hersenen wegen ongeveer 1 tot 1,5 kilo. De massa en dichtheid van de hersenen zijn zo hoog dat de hersenen onder hun eigen gewicht in elkaar zakken als ze niet worden gesteund.
Ons brein bestaat uit drie delen: het reptielenbrein, het zoogdierenbrein en het mensenbrein. Dit onderscheid in breinen werd voor het eerst gemaakt door neurowetenschapper Paul D. MacLean.
Tussen de 20 en 25 jaar zijn de hersenen biologisch gezien volgroeid. Hoewel de hersenen niet meer groeien, betekent dit niet dat je hersenen daarna niet meer veranderen. Dit gebeurt namelijk je hele leven lang. Wanneer je nieuwe dingen leert of traint, worden verbindingen gemaakt of versterkt.
Tussen de 20 en 25 jaar zijn de hersenen biologisch gezien volgroeid. De hersenen groeien niet meer, maar veranderen nog steeds. Tot op hoge leeftijd kunnen er nieuwe verbindingen in de hersenen worden aangemaakt.
In een stresssituatie geeft het brein een seintje aan de hersenen om adrenaline en cortisol aan te maken waardoor de hartslag, bloeddruk en de ademhaling omhoog gaan. Hierdoor ben je alert, kun je je beter focussen én werkt het geheugen uitstekend. Wanneer het stressmoment voorbij is zakken de stresshormonen weer.
En wat er precies pijn doet? Je brein zelf niet. Er zitten geen uiteinden van gevoels zenuwen in je hersenen die een signaal van pijn kunnen oppikken en doorgeven aan het gebied in je brein dat pijn verwerkt. Als je met een stokje in je hersenen zou roeren of er een stuk uit- snijdt, dan voel je daar niets van.
Wanneer je voldoende beweegt, raken je hersenen goed doorbloed en krijgen ze de voeding en zuurstof die ze nodig hebben. Ook zorgt beweging voor de aanmaak van nieuwe hersencellen én versterkt het de verbindingen tussen de hersencellen.
In je hersenen regelt de motorische schors het bewegen. Deze motorische schors is verbonden met je ruggenwervel. In je ruggenwervel zitten zenuwen. Eigenlijk werkt je ruggenwervel als een telefooncentrale: het geeft elektrische seintjes aan je spieren.
Wie 's nachts voldoende slaapt en bijvoorbeeld om 7 uur 's ochtends wakker wordt, zal een eerste piek beleven rond 11 uur en een tweede rond 5 à 6 uur 's avonds. Op die twee piekmomenten zijn de hersenen het meest actief en kunnen we ons het best concentreren.
Je kunt zelf veel doen om je hersenen in conditie te houden. Gezonde voeding, voldoende slaap en regelmatig bewegen kunnen helpen om je hersenen zo gezond mogelijk te houden en het risico op hersenaandoeningen te verkleinen. Ook is het belangrijk om je hersenen uit te blijven dagen.
Door technologische vooruitgang, maar ook gewoon doordat we ouder worden. Maar dat je het kan verbeteren met braintraining (geheugen-apps en -spelletjes) is onjuist. De enige manier om je brein te trainen, is door nieuwe neuro-banen te ontwikkelen, zegt de wetenschap. Geen quick fixes, maar aanpassingen in levensstijl.
Dat laatste proces wordt ook wel synapseliminatie of pruning (letterlijk 'snoeien') genoemd en gebeurt in ieder hersengebied op een ander moment. Het snoeiproces zorgt er voor dat de hersenen steeds efficiënter informatie verwerken, minder energie vragen en dat bepaalde hersengebieden zich specialiseren.
'Als we ouder worden, worden de signalen tussen onze hersencellen minder makkelijk doorgegeven. Dat komt onder andere doordat de isolatielaag rondom de verbindingen van onze hersencellen afzwakt. Je brein kan dus minder makkelijk connecties leggen tussen deze cellen. Ook neemt je hersenvolume bij het ouder worden af.
Nee, je hersencellen gaan niet dood van alcoholgebruik. Dat is een fabeltje. Het verandert wel de chemische samenstelling van je brein. Als je op regelmatige basis de neurochemie van je hersenen verandert, veranderen op den duur de eiwitten van de cellen.
Herstel is mogelijk in alle fasen
In alle fasen na het ontstaan van niet-aangeboren hersenletsel kan herstel optreden. In het eerste jaar na niet-aangeboren hersenletsel vindt meestal de revalidatiefase plaats. Hierin zie je de meeste grote verbeteringen, zowel bij zichtbare (lichamelijke) als onzichtbare klachten.
Volgens MacLean is het menselijk brein het resultaat van een lange evolutie die honderden miljoenen jaren geleden is begonnen. Hij spreekt van drie breinen, die allemaal bij de mens aanwezig zijn: het reptielenbrein, het zoogdierenbrein en het menselijk brein.
Gewervelde dieren zoals honden, katten, vissen en vogels hebben bijvoorbeeld hersenen, maar ook krabben, insecten en inktvissen. Dieren zoals ringwormen, slakken, sponzen, anemonen en kwallen hebben geen hersenen.
Bij een trauma werken de drie breinen niet meer als een eenheid. Bij een trauma reageert het zenuwstelsel op triggers die in het onbewuste geheugen zijn gekoppeld aan eerdere stressvolle situaties, het zogenoemde trauma-netwerk en komt het meteen in actie.
De frontaalkwab is de grootste kwab. Hij wordt gezien als het meest geavanceerde deel van de hersenen, omdat deze kwab verantwoordelijk is voor het menselijke bewustzijn.
De ontwikkeling van ons brein begint zo'n drie weken na de bevruchting. Een week later is er, met een beetje goede wil, al echt een breintje in te herkennen. Tegen de tijd dat we uit de buik kruipen, is ons brein dus acht maanden oud.