Een tracheostoma is een opening in de hals, naar de luchtpijp toe. Via deze opening wordt een buisje ingebracht in de luchtpijp. Dit buisje noemen we ook wel tracheacanule. De tracheacanule wordt onder de stembanden geplaatst.
Een tracheotomie is een operatie waarbij een tracheacanule in de luchtpijp wordt geplaatst. Een tracheacanule is een krom kunststof buisje dat via een opening in de hals de adem rechtstreeks naar de luchtpijp brengt, zonder eerst door de mond of neus te gaan. Hierop is het beademingsapparaat aangesloten.
Canule met cuff
Deze canule heeft een cuff. Dit is een kleine ballon die gevuld kan worden met lucht. De cuff zit aan het onderste gedeelte van de buitencanule en bevindt zich in de luchtpijp. Een canule met cuff wordt ingebracht tijdens de operatie.
Er zijn verschillende redenen om een tracheostoma te plaatsen: Er wordt verwacht dat iemand langere tijd kunstmatig beademd moet gaan worden; Het ontwennen van de beademing verloopt moeizaam en duurt langer; Slijm wordt onvoldoende of niet opgehoest.
In de keelholte komen twee organen samen die beide tot een ander systeem behoren: de farynx ofwel neus-keelholte (in de keel zelf worden specifiek de orofarynx en de hypofarynx onderscheiden) en de larynx. De farynx maakt deel uit van het digestief systeem.
Waarom zeggen we dat, wanneer je aan het eten bent, iets in je verkeerde keelgat schiet, terwijl we maar 1 keelgat hebben? Want we hebben namelijk 1 keelholte (keelgat) en 1 luchtpijp.
Eten en drinken met een tracheostoma
Met een tracheostoma is eten en drinken vaak mogelijk. Een voorwaarde is dat de patient zelf kan slikken en hoesten. De logopedist beoordeelt in hoeverre de patiënt zonder kans op verslikken, kan eten en drinken.
Trachea is het Latijnse woord voor 'luchtpijp' en tomie voor 'een opening maken'. Tracheostoma geeft precies aan wat er gedaan wordt. Er wordt onder het strottenhoofd (adamsappel) via de hals een tijdelijke opening gemaakt in de luchtpijp. Door deze opening wordt een buisje (tracheacanule) in de luchtpijp geschoven.
De verzorging
Verwijder zonodig het aanwezige slijm. Druppel bij inademing ½ tot 1½ ml NaCL 0,9% in de stoma. Hoest goed op door middel van de huf-techniek (adem diep in en hoest kort en krachtig uit). Verwijder overtollig slijm met 10 bij 10 cm gaas.
Sommige ziektes of aandoeningen zorgen ervoor dat iemand niet meer genoeg spierkracht heeft om zelfstandig te ademen. U kan dan beter ademen met behulp van een tracheacanule. Voor zorg en begeleiding bij een tracheacanule kan u naar een verpleeghuis of een revalidatiecentrum verhuizen.
Dit is een scheur in een of meerdere pezen van de schouderspieren rondom het schoudergewricht. Indien een pees volledig afgescheurd is van het bot, spreekt men van een volledige dikte scheur. Indien een pees gedeeltelijk afgescheurd is van het bot, spreekt men van een partiële dikte scheur.
Wat is het? Een spierscheur zorgt voor een snelle, vlammende pijn ter hoogte van een spier. Als de spier volledig gescheurd is, kun je soms een indeuking zien op de betrokken plaats. Een peesscheur doet minder pijn, maar als de pees volledig doorscheurt, wordt bewegen onmogelijk.
Stress of angst kan ervoor zorgen dat je (onbewust) de spieren in de hals en keel aanspant. Dit kan een brokgevoel in de keel veroorzaken. Sommige mensen slikken heel bewust speeksel en slijm door dat gedurende de hele dag geproduceerd wordt. Door dit bewust slikken, de hele dag door, kan ook een brokgevoel ontstaan.
Als het slijmvlies uitdroogt, kan er een gevoel van een droge keel ontstaan. Vaak zit dit gevoel ter hoogte van het strottenhoofd, waarbij iemand ook de neiging kan hebben om vaker te slikken of te schrapen. Ook kan er een brokgevoel in de keel ontstaan en een droge mond. Vaak verdwijnt de klacht vanzelf.
Oorzaken van keelkanker
Het is ook belangrijk om te weten of keelkanker in de familie voorkomt. Hoewel kanker meestal niet erfelijk is, is de kans op het ontwikkelen van een tumor in de keelholte groter bij mensen bij wie andere familieleden bekend zijn met een gelijkaardige tumor dan wel slokdarm- of longkanker.
decanulatie. Om tot een succesvolle 'decanulatie' te komen gelden de volgende criteria: er mag geen obstructie bestaan van de eigen luchtweg, de patiënt moet goed kunnen ophoesten en er mag geen (dreigende) luchtweginfectie zijn.
Een manometer wordt aangesloten aan de pilot ballon van de cuff. De meter geeft aan wat de cuffdruk is. Meestal is er een groen gedeelte op de manometer aangegeven waar de druk in moet vallen. Bij de meeste meters valt deze tussen de 15-22 mmHg (25-30 cm H2O).
De belangrijkste risico's van intubaties zijn weefselschade (keel, stembanden en luchtpijp) en schade aan gebitselementen (meestal de boventanden). Daarnaast bestaat het risico op verslikken, waarbij maaginhoud in de longen terechtkomt.
Zodra de canule met ballonnetje is gewisseld voor een canule zonder ballonnetje, kunt u praten door bij het uitademen de vinger op de canule te houden. Soms lukt praten ook als het ballonnetje leeg mag blijven.
Beademing is geen behandeling op zich maar geeft de tijd om van de aandoening of verwonding te genezen. Het is nooit volledig te voorspellen hoe lang iemand kunstmatig beademd moet worden. Het kan enkele uren of dagen zijn maar er zijn ook patiënten die nooit volledig van de beademing af komen.
Mogelijke complicaties
Bloeding. Stemverandering. Woekering van weefsel (granulatie) Vernauwing (stenose)
Het kan een gevolg zijn van een allergie, uit de hand gelopen verkoudheid of verslikking, waardoor een stukje voedsel in het verkeerde keelgat terechtkomt. Het vaakst is de oorzaak bacterieel, waardoor behandeling met antibiotica (die bacteriën doden) bijna standaard is.
Meestal zakt het graatje automatisch af, maar het blijft ook weleens zitten. Dan is het verstandig bij de dokter langs te gaan die het via een kijkonderzoek kan verwijderen.