De daadwerkelijke crematie van een overledene vindt plaats in een crematieoven. Dit is een verbrandingsoven die speciaal is ontwikkeld om een menselijk lichaam te kunnen verbranden. Voor een crematie kan plaatsvinden wordt de oven voorverwarmd naar een temperatuur van ca. 800 graden Celsius.
Voor een crematie wordt de oven voorverwarmd tot zo'n 800 graden Celsius. Tijdens de verbranding loopt de temperatuur op tot zo'n 1100 graden Celsius. Een crematie duurt gemiddeld zo'n vijf kwartier. Na de verbranding worden de as van de overledene en andere overblijfselen (identificatiesteentje, metalen) verzameld.
Het crematieproces
De duur van de crematie hangt af van het soort oven, het gewicht van de overledene en de kist. Gemiddeld duurt het verbrandingsproces 55 minuten tot anderhalf uur, maar het kan ook korter of langer duren.
Cremeren is het proces waarbij een overleden lichaam wordt verbrand. Het verbranden van het lichaam doet voor diegene geen pijn, je voelt er dan niks meer van want alleen je lijf is er nog.
Bij het cremeren wordt de kist in een crematieoven geplaatst. De kist vergaat daarbij door de hitte. Voorafgaand aan een crematie is er vaak een uitvaartdienst of een kerkdienst, maar het hoeft niet. Na het afscheid brengt de uitvaartondernemer de kist naar de ovenruimte, waar de uiteindelijke crematie plaatsvindt.
Hier bestaan geen regels voor. Om een overledene wel of niet thuis op te baren is een vrije keuze. Ook om hem 's nachts alleen te laten. De meeste mensen laten een overledene niet alleen in huis en zorgen voor een wake; dat is een kwestie van gevoel.
Het wit-grijze poeder is de as
Wat men uit de crematieoven haalt na crematie, is een menselijk lichaam maar dan enkel de botten. De vermaling van deze botten of beenderen, zorgen voor het wit-grijze poeder dat we kannen: as.
Voor een lijk in een kist helemaal verteerd is (verdwenen is), moet u aan tientallen jaren denken. Soms kun je na honderden jaren nog skeletten of delen van skeletten op een oude begraafplaats vinden. Soms is na 20 of 30 jaar alles helemaal weg.
In principe mag je alle makkelijk verteerbare voorwerpen meegeven in de kist. Ook tekeningen van kinderen, brieven, bloemen en foto's (zonder fotolijstje uiteraard!) mogen mee. Daarnaast vinden veel kinderen het fijn om een lievelingsknuffel mee te geven aan een overleden persoon.
Verbrandt het hele lichaam tijdens een crematie, dus ook de botten? Nee, de botten vallen uit elkaar, doordat elementen hiervan verdampen. Na de crematie worden de asresten vermalen tot as.
Een crematie is goedkoper dan een begrafenis. Cremeren is beter voor het milieu. Er is geen graf dat onderhouden moet worden en dat op een later moment weer extra kosten met zich meebrengt.
Bij een crematie wordt de temperatuur in een crematieoven opgedreven tot het niveau dat de kist vanzelf ontvlamt. Daarmee start de crematie. Het lichaam van de overledene wordt gereduceerd tot as en een groot deel van de botten. De botten verbranden dus niet helemaal tijdens de crematie.
De hoeveelheid as die resteert na een crematie bedraagt gewoonlijk tussen de 2,5 en 3,5 kg.
Waarom wordt as niet meteen vrijgegeven? In Nederland wordt na een crematie niet meteen het as vrijgegeven. Hiervoor is een vaste periode van 1 maand vastgelegd in de As-wet. Een reden hier van is dat de overheid hierdoor nog een maand de mogelijkheid heeft het as te onderzoeken.
De dienst duurt gemiddeld 45 minuten. Als er veel gasten komen of veel toespraken zijn, dan kunt u de aula van het crematorium langer reserveren. Het cremeren gebeurt meestal meteen na de dienst.
Het is niet zo dat een begrafenis of crematie pas na 5 dagen plaats MAG vinden. De termijn van 5 dagen wordt vaak genomen als compromis tussen het tijdig zo veel mogelijk mensen op de hoogte stellen van het overlijden en de zaak niet onnodig te rekken en het belang van de volksgezondheid.
Weefsel van organen wordt vernietigd, lichaamscellen worden in hoog tempo afgebroken, de huid verkleurt en raakt los. Vet neemt de langste tijd om te verteren, dus billen en dijen zitten er als laatste aan. Na zo'n tien jaar is alleen het skelet nog over.
Natuurlijk mag iemand de overledene op de mond kussen maar men moet wel rekening houden dat daar veel bacteriën aanwezig zijn. Het is wellicht een vervelend praatje maar direct na het overlijden begint het lichaam met het ontbindingsproces. Die lichaamssappen moeten weg en dat gaat vaak via de mondhoeken.
Er is nog een andere reden waarom de asresten pas na een maand vrijgegeven worden. Het geeft justitie de kans de as te onderzoeken op zaken die kunnen wijzen op een niet-natuurlijke doodsoorzaak. Denk bijvoorbeeld aan gifsporen. Gelukkig is daar in veruit de meeste gevallen geen reden toe.
Na de verzorging kan men bij een intacte huid van zowel de overledene, als nabestaande of verzorger, iemand zonder problemen aanraken. Voor het sluiten van de ogen, is het vaak al voldoende ogen direct na het overlijden met de vingers dicht te strijken.
Hoe een lijkengeur ruikt hangt voor een groot deel af van de concentraties van de componenten die de geur samenstellen. Meestal is er een duidelijk verschil te ruiken tussen de geur van rotte vis en de geur van rot vlees. De lijkengeur van een vleeseter verschilt doorgaans ook van die van een planteneter.
Als er wordt gesproken over het schoonmaken na een overlijden of onopgemerkte dood, ligt de nadruk vaak op het risico van bloed overdraagbare ziekteverwekkers. Dit zijn ziektekiemen die in bloed leven en zeer veel ellende kunnen veroorzaken. Sommige van deze ziektekiemen worden bacteriën genoemd en anderen virussen.
De wetgever gaat er van uit dat na een begraving van 10 jaar een lichaam helemaal geskeletteerd is. Dat houdt in dat alleen de belangrijkste grote botten over zijn. Bij sommige mensen zal dit al na 5 of 7 jaar het geval zijn, afhankelijk van de omstandigheden.
De weke delen van een lichaam zoals ogen en ingewanden zijn na enkele weken of maanden weg. Het spierweefsel (zeg maar het vlees) gaat veel en veel langzamer. Dat komt omdat er in de grond vrij weinig zuurstof doordringt, waardoor er een langzame stofwisseling en langzaam ontbindingsproces is.
Dan blijven botten over. Maar die botten vergaan op de lange termijn ook. In 'gunstige' omstandigheden na ongeveer 20 jaar. In 'ongunstige' omstandigheden pas na meer dan 100 jaar.