Grappig is dat 't húske nog steeds een veelgebruikt begrip is, al is de wc al láng niet meer buiten te vinden. Voor degenen die niet weten hoe 't húske eruit zag: een klein hokje van hout of steen, met daarin een plank met een gat erin om op te zitten en een ton eronder om alles op te vangen.
Een hudo is een primitief toilet, bestaande uit een in de grond gegraven sleuf, meestal 30 cm breed en 60 cm diep, al dan niet met overkapping. Soms heeft de hudo ook een eenvoudig houten zitje, of planken aan weerszijden van de sleuf (tegen instorten).
Privaat, latrine, gemak, kakhuis, secreet, toilet of plee. Het zijn allemaal namen voor het kleinste kamertje. De daarbij horende stank en viezigheid waren voor de meeste Hollanders eeuwenlang nooit ver weg.
Herkomst van het woord[bewerken]
Bij scouting wordt er over het algemeen verteld dat "H.u.d.o." een afkorting is van "Houdt uw darmen open". Sommige scouts gebruiken het woord "Hudo" ook wel als afkorting voor "HurkDoos" of "Hier Uw Dagelijkse Ontlasting".
In deze openbare ruimtes waren een aantal zittingen naast elkaar geplaatst boven een trog waar stromend water doorheen liep. Aan alles was gedacht en als voorloper van het wc-papier, werd een spons op een stok gebruikt waarmee het achterwerk kon worden schoon geveegd.
Onder latrine verstaat men tegenwoordig een in de grond gegraven (tijdelijke) plek voor het doen van behoeftes, zoals in een legerkamp.
Het kan verwijzen naar het hartje op speelkaarten: een toiletbezoek was ooit taboe, net als spelen met kaarten. Het hart kan ook verwijzen naar de 'innerlijke' mens. Sommige mensen zeggen dat een goede stoelgang 'deugd doet aan het hart'.
Hudo's-and-don'ts
Graaf een hudo op een afstand van minstens 50 meter van beken en andere watertjes. Giet geen chloorproducten of bleekwater in een hudo. Hou het bij een beetje zand na elk gebruik. 's Avonds kan je nog een extra laagje zand in de put gooien. Maak de hudo voldoende diep.
Voor ongeveer € 50,- kun je al beschikken over je eigen toilet, namelijk de Thetford Qube 145. De luxere varianten zijn rond de € 150,-.
Toiletten worden in bijna alle gevallen gemaakt van porselein en porselein is standaard wit. Om het zwart te krijgen, moet de fabrikant het dus van een laag gekleurd glazuur voorzien en - je raad het al - dat maakt het een stuk duurder.
De wc is juist. Het is gebruikelijk om wc als mannelijk de-woord op te vatten. Een beetje vreemd is dat wel, want wc is een afkorting van watercloset, en dat is een het-woord. Normaal gesproken krijgt een afkorting hetzelfde lidwoord als het voluit geschreven (kern)woord.
Wie in de openbare latrines van het oude Rome zijn behoefte deed, gebruikte daarna een tersorium, een hulpmiddel dat bestond uit een stok met daaraan een spons die in water met azijn of zout was gedrenkt.
Het Droogtoilet is een 'klein' toilet dat géén water en géén chemicaliën gebruikt ! Daarom heet het ook droog-toilet. Fecaliën en urine worden in het toilet opgevangen. Sommige modellen scheiden de urine, dan komt alléén poep en papier in de emmer en wordt urine apart gehouden.
Om natuurgebieden voor mensen met buik- en blaasklachten toegankelijk te maken en de natuur te beschermen tegen vervuiling, gaan de Maag Lever Darm Stichting en Natuurmonumenten samenwerken. 'When Nature Calls' heet het project. Doel: dertig natuurtoiletten.
Een chemisch toilet hoor je elke paar dagen te legen, maar dit is afhankelijk van hoeveel mensen gebruikmaken van het toilet. Wij hanteren zelf een maximum van 4 dagen als je gebruikmaakt van de blauwe toiletvloeistof. Op de meeste toiletten zit een lampje dat gaat branden als de tank vol is.
Toiletvloeistof mag meestal in een beerput worden geleegd mits er geen chloor in komt. Als je de cassette daar wel in wilt legen, kun je ook zelf een oplossing maken van een borrelglaasje schoonmaakazijn, een kneepje zeepsop en een liter water.
Chemische toiletten worden overal gebruikt. Het is aan te bevelen om een apart lozingspunt te maken voor lozing op het vuilwaterriool. Een lozing op een straatkolk mag als de straatkolk is aangesloten op een vuilwaterriool.
Het eenvoudigste, maar prima functionerende, composttoilet bestaat uit een meubeltje dat op een gewone WC lijkt met daarin een grote, losstaande plastic emmer. Plas en ontlasting gaan in de emmer, waarna je over je producten een laagje koolstofrijk materiaal uitstrooit, bijvoorbeeld zaagsel, hennep- of vlasvezel.
Boven het toilet zit een bak (1) die met water gevuld is. Dat water stroomt weg als op de bedieningsknop gedrukt wordt. Daardoor stroomt het water weg door een ventiel (2) onderin de bak. Het water stroomt in één keer weg, de toiletpot (3) in.
Voor een toilet heb je twee dingen nodig: een toiletpot en een stortbak. Veel toiletpotten worden van porselein gemaakt, in een aardewerkfabriek. Een stortbak is ook van porselein, of van plastic. De stortbak hangt boven de wc-pot en is gevuld met water.
als trefwoord met bijbehorende synoniemen: latrine (zn) : toilet, urinoir.
In 1596 bedacht Sir John Harrington, peetzoon van koningin Elizabeth I, een toilet dat was verbonden met een watertank waarmee de uitwerpselen konden worden weggespoeld.
De geschiedenis van toiletten gaat 4.000 jaar terug. De oudste toiletten waren met elkaar verbonden door een eenvoudige geul bedekt met bakstenen, die een eenvoudig, maar effectief rioleringssysteem voorstelde. Zulke oude rioleringssystemen kon men in het oude Egypte, Rome, Griekenland alsook India terugvinden.
Een randloos toilet, ook wel een Rimless toilet genoemd, heeft geen spoelrand waar vuil en restjes achter kunnen blijven hangen. Dankzij het randloze design is het toilet extra hygiënisch en eenvoudig schoon te maken.