Haal één keer diep adem door je mond en laat jezelf zakken onder het wateroppervlak. Houd je mond en neus gesloten terwijl je onder water bent. Gebruik je vingers om je neus dicht te houden als je dat nodig hebt.
Omdat diffusie van gassen een relatief langzaam proces is, moet de vis constant ademen. Alle onderwaterdieren ademen op deze manier: door diffusie. De zoogdieren hebben longen en moeten om de zoveel tijd naar boven om lucht te halen. Ook bij zoogdieren werkt de zuurstofopname door middel van diffusie.
In het water adem je altijd via de mond. Je ademt actief uit om alle lucht uit je longen te blazen en nadien efficiënter te kunnen inademen. Om uit te ademen heb je dus twee tot drie keer meer tijd nodig dan om in te ademen.
Diep ademhalen
Tijdens het duiken ademen we langzaam en diep. Op deze manier ademhalen is beter voor het luchtverbruik omdat de uitwisseling van luchtmengsels doelmatiger is als de lucht in de longen wordt getrokken en langzaam weer wordt losgelaten.
Op een diepte van dertig meter ondervindt een duiker een totale druk van 400 kPa. Bij het inademen trekken spieren de ribben omhoog en naar buiten zodat de borstkas uitzet. In de longen ontstaat een onderdruk waardoor lucht via de luchtwegen wordt aangezogen.
De meeste mensen kunnen hun adem onder water niet langer dan een minuut inhouden. Dan krijgt je lichaam te weinig zuurstof en moet je ademen, anders raak je bewusteloos. Maar door te trainen kun je je adem steeds langer inhouden. Freedivers kunnen dat wel tien minuten lang.
Duiken is een populaire vrijetijdsbesteding, het wordt in toenemende mate beoefend. Er zijn echter wel enkele risico's aan verbonden. Barotrauma, decompressieziekte en verdrinking door het bewustzijnsverlies onder water zijn de belangrijkste ongevallen die kunnen gebeuren. Water is veel zwaarder dan lucht.
Wat kan hier een verklaring voor zijn? Er zijn natuurlijk vele factoren die een rol kunnen spelen, zoals temperatuur van het water en daarboven, de lengte van je duik, de mate van inspanning onder water, maar ook hoe je bij de duikstek komt. Maar ook slaapgebrek, alcohol en jetlag kunnen van belang zijn.
De bril heeft een waterdichte afsluiting die rond je ogen op de huid zit. Doordat dit goed aansluit en het elastiek de zwembril op z'n plaatst houdt krijg je tijdens het zwemmen geen water in je ogen. Zwembrillen worden over het algemeen gemaakt van siliconen.
Je gaat eerst rillen, krijgt kippenvel en krijgt een snellere hartslag. Daarna wordt je juist suffer, je hartslag daalt en je ademhaling gaat langzamer. Raak je onderkoeld, breek dan altijd je duik (of snorkelavontuur) voortijdig af! Het duiken met een droogpak vergt overigens ook bepaalde vaardigheden.
Als je diep onder water bent en naar boven wil komen, gebruik dan je armen om jezelf omhoog te stuwen. Houd ze recht boven je hoofd en beweeg ze snel langs je lichaam naar beneden. Hierdoor zal je omhoog komen. Doe dit net zo lang tot je boven water komt.
Hoe dan ook, kort na de krachttoer van de jonge Amerikaan David Berkoff sloeg de FINA met de vuist op tafel en legde ze de afzet onder water reglementair vast op 10 luttele meters. In 1991 herzien ze de afstand dat er onder water mag worden afgezet en komt er 5 meter bij.
Hun temperatuur, chemie, stromingen en het leven dat er huist, maken de aarde bewoonbaar voor de mensheid. Het leven onder water wordt echter ernstig bedreigd: tot wel 40% van onze oceanen is zwaar getroffen door vervuiling. Het leidt tot een uitgeputte visserij en verlies van kust habitats.
Normaal gesproken zal een mens met zijn longen geen (voldoende?) zuurstof uit water kunnen halen, en zal onder water dus verdrinken. Maar wordt er echt helemaal geen zuurstof opgenomen in het bloed en waardoor kan dat dan niet in water maar wel uit de lucht.
De hersenen hebben een noodvoorraad zuurstof van 3 minuten. Als het zuurstoftekort langer duurt worden eerst de meest kwetsbare delen aangetast. Naarmate het zuurstoftekort voortduurt sterven meer hersendelen af. In normale omstandigheden is er na 9 minuten sprake van hersendood.
Het snorkelmasker is NIET geschikt om onder water te zwemmen of om bijvoorbeeld hoekduiken te maken. Dit kan zelfs gevaarlijk zijn. Dit komt omdat de luchtdruk in het masker onder water te groot wordt en je kunt ook je oren niet klaren.
Nadelen van snorkelen
Bij het snorkelen kun je niet te lang onder water blijven omdat je natuurlijk niet te lang zonder zuurstof kan. Het is daarom goed om niet te diep te gaan, zodat je nog zonder moeite de oppervlakte kan halen wanneer je de neiging hebt om te ademen.
De snorkel
Je kunt gewoon rustig doorademen zolang je aan het wateroppervlak bent. Maak je een hoekduik, dan eerst flink inademen en duiken maar!
Duikers kunnen onderwater ademhalen. Maar we blijven toch mensen. Er kan zich altijd een moment voordoen dat je onder water moet hoesten, niezen, overgeven of duizelig wordt. Het is niet verstandig om als een speer naar de oppervlakte te gaan.
Het lichaam moet de opgenomen stikstof zelf uitwassen via de longen en dat kost tijd. Om decompressieziekte te voorkomen mag je dus min. 18 uur na de laatste duik niet vliegen. Nog beter is het om na een intensieve duikvakantie de eerst 24 uur niet te vliegen.
Het advies is na drie tot vier duikdagen een dag niet te duiken om het lichaam weer even te laten bijkomen. In de regel doen heel weinig mensen dat. Mijn advies is om het aantal duiken te beperken tot drie, hooguit vier per dag. Dat is al een serieuze belasting voor het lichaam.
Het ademen onder water kost meer energie dan op de kant en tijdens de inspanning en stress van het duiken kan aderverkalking losschieten en een hartinfarct veroorzaken. Hart en longen krijgen het voor hun kiezen tijdens het duiken. Bij duikers met een verminderde reserve kan het dan misgaan.
Zwemmen Vanaf één week na de ingreep mag u weer zwemmen (zonder oordopjes). U mag echter niet diep duiken, dit in verband met de verhoogde druk, en niet zwemmen bij verkoudheid of een loopoor.
Duiken is niet moeilijk. Duiken is ook geen prestatie sport. Door het domweg te oefenen kan iedereen het duiken onder de knie krijgen. Het is wel zo dat de ene persoon meer moet oefenen dan de andere persoon maar uiteindelijk lukt het altijd.