De spaghettimeter bestaat uit een soort siliconen lus waarop de maten zijn aangegeven en een plastic schuifje. Je stopt de spaghetti in de lus en beweegt het schuifje richting de spaghetti tot deze strak aansluit. Op de lus kun je vervolgens aflezen hoeveel spaghetti je hebt: 1, 2, 3 of 4 porties.
Ga je noedels of spaghetti klaarmaken? Dan is er nog een andere simpele methode om vast te stellen hoeveel je nodig hebt voor één portie. Houd simpelweg je duim tegen je wijsvinger aan gedrukt en kijk hoeveel pasta er in de diameter past. Dit staat ongeveer gelijk aan één portie.
Heb je een spaghettilepel met een gat erin?Dan kun je makkelijk de juiste hoeveelheid spaghetti afmeten!Doe in het gat zoveel spaghettistengels dat het niet meer past. Dat is namelijk genoeg voor één persoon!
Reken gemiddeld op zo'n 100 gr droge pasta per persoon. Voor kinderen voorzie je best iets minder, zo'n 80 gr per persoon. En voor grote eters neem je je voorzorgen en voorzie je rond 120 gr per persoon.
Breng een grote pan water met deksel erop aan de kook. Reken 1 liter water per 100 g pasta. Voeg flink wat zout toe zodra het water kookt. Doe vervolgens de pasta in de pan en roer even om te voorkomen dat de pasta aan elkaar plakt.
tip 3 – gebruik geen deksel
Je heb vast wel eens meegemaakt dat er veel schuim op het kookwater ontstaat. Soms kan dat zelfs zo veel zijn, dat het over de pan heen stroomt. Om dat te voorkomen, gebruik je beter geen deksel tijdens het koken van pasta.
Het zout in het water brengt je pasta namelijk op smaak. Dat kan écht het verschil maken tussen een flauw en een heerlijk pastagerecht. Je brengt niet enkel de pasta zélf op smaak, je doet dat bovendien al helemaal in het begin van het kookproces.
Zet jij vanavond een lekkere pasta op tafel? Ga dan bij een hoofdgerecht voor volwassenen uit van 100 tot 125 gram ongekookte, gedroogde pasta per persoon. Voor kleinere eters, kinderen of voorgerechten kun je uitgaan van 80 gram.
Pasta: gekookt 100 gram = ongekookt 40 gram (x 0,4)
Hoeveelheid pasta voor 1 persoon: 125 gram. Hoeveelheid pasta voor 2 personen: 250 gram. Hoeveelheid pasta voor 3 personen: 375 gram. Hoeveelheid pasta voor 4 personen: 500 gram.
De basis om pasta goed te koken is water. Je hebt 1 liter water nodig per 100 g droge pasta.
Pasta. 1 kopje (ongekookte) pasta is 140 gram. Poedersuiker. 1 kopje poedersuiker is 100 gram.
Hoeveel saus reken je ongeveer per persoon? Wij rekenen ±150 g per persoon. Dus een potje saus van 340 g is goed voor twee personen.
Om spaghetti te eten gebruik je volgens de eet etiquette geen lepel en eet je het al helemaal niet alsof je een kom ramen naar binnen aan het slurpen bent. Plaats je vork tegen de zijkant van het bord en rol de pasta om je vork.
Reken zo'n 1 liter water per 100 gram spaghetti. Veel water voorkomt dat het aan elkaar plakt.
Het uitgangspunt voor de volledige maaltijd is gemiddeld 500 gram per persoon. Houd voor een koud of warm voorgerecht een hoeveelheid van 100 tot 125 gram per persoon aan. Reken voor het hoofdgerecht ongeveer 75 gram vlees, vis of vega product, 150 tot 200 gram groente en 150 gram aardappelen, rijst of pasta.
Penne: 11 – 14 min. Macaroni: 8 min. Farfalle: 13 – 15 min. Spaghetti: 11 – 13 min.
Hoeveelheid pasta per persoon bepalen
De vuistregel is hierbij ongeveer keer 2,5. Oftewel 100 gram ongekookte pasta is zo'n 250 gram gekookte pasta. Gemiddeld genomen kook je als je pasta kookt zo'n 75 tot 125 gram ongekookte pasta per persoon. Voor een kleine eter ga je dus voor ongeveer 75 gram ongekookte pasta.
GEKOOKTE PASTA BEWAREN IN DE KOELKAST
Gekookte pasta kan je afgesloten in een vershoudbakje nog 2 dagen in de koelkast bewaren. Zorg er wel voor dat de pasta snel afkoelt. Zet de restjes daarom binnen 2 uur in de koelkast. Houd er wel rekening mee dat gekookte pasta gaat plakken.
Hoeveel gram bevat een portie? Een gemiddelde maaltijd bevat bij de maaltijdservice tussen de 450 en 500 gram eten, een kleine maaltijd gemiddeld zo'n 350 gram en een grote portie zo'n 650 gram. Daarbij is het belangrijk te vermelden dat er minimaal 30% groente in de maaltijden zit.
Géén olie, wél kookvocht
Kortom: wanneer je olie toevoegt aan je gekookte pasta sluit je de pasta eigenlijk af met een laagje olie. Hierdoor kan de pasta vervolgens geen saus meer opnemen, omdat de buitenlaag dicht is terwijl die juist open moet staan.
Wanneer je de pasta overgiet met koud water, spoel je het zetmeel weg. Het zetmeel maakt de saus die je achteraf over de slierten doet romiger, en zorgt ervoor dat de pasta zich goed vasthecht aan de saus.
Kook in ruim water
Kook de pasta altijd in ruim water. Wanneer je voldoende water gebruikt, zal het vrijgekomen zetmeel makkelijker oplossen, waardoor het minder inwerkt op de pasta. De grote hoeveelheid water geeft de pasta ook meer ruimte om vrij te bewegen.