Je kunt zelf lastig controleren of je een aardpen hebt en kan het beste een elektricien laten controleren. Hoe diep moet een aardpen in de grond? Een aardpen moet gemiddeld 2 tot 12 meter diep in de grond worden geslagen. Hoe diep precies ligt aan de grond waar de aardpen in komt te zitten.
Je kan zonder probleem zelf een aardpen aansluiten, net zoals je zelf je meterkast kan aansluiten. Hou er uiteraard wel rekening mee dat de aardpen verbonden moet zijn met het elektrisch circuit en dat je de aardpen dieper dan tien meter in de grond moet slaan.
Type aardingsinstallatie. Een aardpen is een metalen aardelektrode van 1,5 meter lang die middels een conische koppeling op elkaar wordt aangebracht en de grond in wordt gedreven. Aan de eerste aardpen (voorloper) die aangebracht wordt zit een koperen massieve geleider die uiteindelijk aangesloten wordt in de meterkast ...
De aardpen wordt in de grond geslagen. Meestal worden er meerdere staven op elkaar aangebracht en in de grond geslagen om de vereiste diepte te bereiken waarop stroom het beste de aarde in geleid kan worden.
Voor een goede aarding heeft u een aardpen nodig van 2m (voor accu-schrikdraadapparaten een aardpen van 1m), een aardklem en dubbel geisoleerde kabel.
Een aarding is de verbinding van een object met de aarde en beschermt tegen elektrocutie. Het is dus essentieel, verplicht en beschreven in het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties (AREI).
Een erkend installateur kan zien of een huis goed geaard is. U laat dit doormeten door een erkend installateur.
Zonder aarding zou die stroom doorheen het lichaam van de eerste persoon gaan die het toestel zou aanraken: dat is elektrocutie.
Er zijn vier manieren van aarding van de elektrische installatie. Dit kan via metalen aardelektrode, waterleiding, netwerkbedrijf of collectief aardnet. Vocht en metaal zijn goede geleiders van elektriciteit. Geaarde stopcontacten zijn daarom verplicht in vochtige ruimtes zoals badkamers en keukens.
Een alternatief voor de aardlus zijn de aardpinnen of aardingsstaven. Dit zijn koperen staven van 1,5 of 2 meter lang die je in de grond klopt om zo voldoende aarding te voorzien. Plan je een grondige renovatie, waarbij je ook een nieuwe vloerplaat plaatst, dan sla je de aardingstaven bij voorkeur binnen.
Allereerst dit: met een multimeter is niet te controleren of de aarde goed is. Je kunt wel controleren of de aarde is aangesloten, maar of deze goed is kan alleen met een speciale meter worden gemeten.
In de ideale situatie moet de aarding een weerstand van nul ohm hebben. Er is geen standaarddrempelwaarde voor aardings- weerstand die door alle norminstituten wordt erkend. De NFPA en de IEEE adviseren echter een aardings- weerstandswaarde van 5,0 ohm of minder.
Een aardingsonderbreker is verplicht in elke woning. Hierop van de technische elektrische keurder je spreidingsweerstand meten. De weerstand moet lager liggen dan 30 Ohm.
Allereerst geldt voor een aarddraad een minimale doorsnede van: 2,5 mm² indien de beschermingsleiding beschermd is tegen mechanische beschadiging, bijvoorbeeld door aanleg in een installatiebuis. 4 mm² indien de beschermingsleiding niet beschermd is tegen mechanische beschadiging.
Plaats de aardingsonderbreker bij voorkeur dicht bij je teller- en zekeringkast. Schroef deze vast in de muur. Ontmantel het uiteinde van de aardingslus (of de hoofdaardgeleider van 16mm² indien aardingspennen) en sluit deze aan op de onderkant van de aardingsonderbreker.
Houd er echter wel rekening mee dat geaarde stekkers niet werken op een ongeaard stopcontact, dat past niet. Het vervangen van niet geaarde stopcontacten is voor een elektricien een routineklus. Niet zelden is de aarding al aanwezig, maar moet deze enkel nog worden aangesloten.
Geaarde stopcontacten zijn verplicht in onder meer de badkamer en keuken. Woonkamer en slaapkamers daarentegen zijn gewoonlijk voorzien van 'normale' stopcontacten. In de huidige woningen zijn de elektrische installaties echter volledig geaard.
Stel je wil een spanningsrail of en ander verlichtingsproduct gaan installeren, maar er is geen aarding mogelijk. Is het dan wel veilig? Kort antwoord: nee, bij metalen armaturen wordt het aansluiten van randaarde sterk aanbevolen.
Het verschil in energie en levensvreugde
Mensen die niet goed geaard zijn, hebben het gevoel dat ze niet toekomen aan wat zij zelf werkelijk belangrijk vinden. Ze zijn niet stabiel. Ze zijn vaak omgevingsgericht en schuiven dikwijls hun eigen verlangens aan de kant.
De aardedraad van de lamp kan je vaak aansluiten op de plafondkap van de lamp hier zit vaak een los schroefje waar de aardedraad op aangesloten kan worden. Bij de meeste nieuwe lampen kan de aardedraad direct naast de rest van de draden op het kroonsteentje.
In de meterkast zit een ongeïsoleerde leiding van meterkast naar hoofdaardrail. Als je aan die leiding een lange draad knoopt en dan die draad ook aan je multimeter dan kan je kijken of de aarde in de MK ook op de wcd-en en aansluitpunten aangesloten is.
Het aarden van zonnepanelen
Dankzij de NEN1010 moet de metalen constructie van een zonnepaneelsysteem dus geaard worden. Je aard deze metalen constructie met behulp van een potentiaalvereffeningsleiding. Deze wordt met de DC kabel mee naar de omvormer geleid.
Binnen een huishoudelijke installatie mag de weerstandswaarde nooit groter zijn dan 30 Ohm. Van 30 tot 100 Ohm voorzien verliesstroomschakelaars in de veiligheid.
Er zijn twee manieren waarop wij bepalen welke typen aardpen u nodig heeft: Indien uw groepenkast voorzien is van aardlekschakelaars en elke installatie groep bevind zich achter een aardlekschakelaar, dan volstaat een hulpelektrode (aardpen) met een maximale weerstand kleiner of gelijk aan 166 Ohm.