Dus nooit op zelfde hoogte als in de pot, maar minstens 5 cm dieper. Dat is tot net onder de eerste blaadjes, of zelfs tot onder het tweede paar. De haartjes op de stengel zijn eigenlijk worteltjes. Hoe meer wortels, hoe meer vocht en voeding je plant kan opnemen.
Struiktomaten kun je in de volle grond langs een eenvoudig hekwerk zetten. Help ze hier en daar wel een beetje door ze aan het hek vast te binden. Plant kleine struiktomaten 25 centimeter van elkaar, voor grotere tomaten geldt een afstand van vijftig centimeter.
De reden waarom stamtomaten worden aangebonden is dat stamtomaten (zeker in de kas) grote planten worden tot meer dan 2 meter hoog. Door de hoofdstam elke 15 tot 30 centimeter vast te binden aan een stok zorg je dat de planten niet omvallen.
Een tomatenplant heeft in de serre een levensduur van 5 maanden. Mei, juni, juli, augustus en september. Alle energie van moeder natuur wordt best zo goed mogelijk verdeeld in die 5 maanden.
Volle grond: In de volle grond plant je tomatenplanten op een zonnige standplaats ten minste 50 cm uit elkaar, zodat iedere plant straks voldoende ruimte krijgt om te groeien. Opbinden: Wanneer de plant groter wordt start je met het leiden, oftewel opbinden van de tomaat.
Neem bemeste (biologische) potgrond voor tomaten of eenjarigen. Reken op 20 liter potgrond per plant; in een zak van 60 liter passen dus 3 tomatenplanten. Schud de potgrondzak goed los. Leg hem plat op de grond, en snijd er 3 vierkantjes uit, van 20 cm diameter.
Tomaat - aardappel, erwt, venkel, diverse koolsoorten.
Als je hem uitgraaft, kan je hem op een lichte warme plaats wel overwinteren. Hij zal dan echter lang en dun uitgroeien (Etoilleren). Mocht je hem tot het voorjaar in leven weten te houden dan kan hij de tuin in geplant worden. Makkelijker is het om volgend voorjaar een nieuw plantje op te kweken.
De tomaat is eigenlijk een meerjarige plant, maar kwekers gebruiken hem vaak eenjarig. Ook in Nederland kun je prima tomaten kweken: in de zomer buiten en het hele jaar door in een kweektent. De plantenvoeding en substraten van CANNA bieden je tomatenplant precies de basis die ze nodig heeft.
Tomatenplanten houden van zon, warmte en voed-zame grond. Kies dus een plek uit om de tomaten-planten te laten groeien, die voldoet aan deze voorwaarden. Als je buiten tomaten wilt gaan kweken, zorg dan dat de planten uit de wind staan en het liefst op het zuiden.
Regelmatig water geven is belangrijk
Van elke dag water geven, bouw je na 2 weken af tot 2 à 3 keer per week en na anderhalve maand geef je de plant 1 keer per week water. Geef je de tomatenplant onregelmatig water, dan gaan de tomatenvruchten barsten.
Tomaten toppen
Bij buitenteelt moet je al na 3 tot 5 bloemtrossen toppen, afhankelijk van hoe warm of miezerig de zomer is. Indien je dit niet doet, gaat dit ten koste van mooie tomaten. Toppen doe je door twee bladeren boven de laatste tros de top weg te snijden. In de bovenst bladoksels zullen terug dieven groeien.
Voor het krijgen van tomaten moeten de gele bloemen 'bestoven' worden. Dit houdt in dat het stuifmeel van de stuifmeeldraden op de stamper terechtkomt. In de natuur wordt het bestuiven van de tomaten- bloemen gedaan door insecten, die op zoek zijn naar stuifmeel of door de wind.
Tomatenplanten houden van een warme en zonnige plek. In kas heb je altijd voldoende warmte, daardoor groeien tomatenplanten hierin erg goed. Het seizoen is langer en je kan dus meer tomaten oogsten. Je kan de jonge tomatenplanten vanaf half april planten in de kas.
Tomaten houden van zon en warmte. Plant pas midden april in je serre, en wacht tot midden mei als je in de openlucht kweekt. Geef ze een plekje met veel zon. Geef je tomaten ruimte om te groeien: plant gemiddeld 2,5 planten per vierkante meter (of 5 planten op 2 vierkante meter).
Tomaten doen er namelijk gemiddeld 8 weken over om van zaad tot plant te groeien. In de kas kun je planten vanaf begin mei, in de openlucht wacht je beter tot half mei – vanwege de ijsheiligen.
Tomaten houden niet van regen. Knip eventueel wat blad weg wanneer een plant te lang nat blijft na een regenbui. Knip ook bladeren weg die het zonlicht weghouden van de vruchten. Laat in ieder geval altijd minstens 6 tot 8 grote bladeren aan de plant zitten.
Tomatenplanten kunnen helaas niet tegen vorst. Men dient hierdoor maatregelen te nemen om te voorkomen dat de plantjes doodvriezen. Dit kan door de plant in een warmere ruimte te plaatsen. Je kunt bijvoorbeeld een tomatenplant binnen plaatsen en in het voorjaar opnieuw planten.
Toppen doe je door de stam te verwijderen boven de 2 eerste bladeren na de laatste tros. Tomatenplanten kunnen echt groeien als onkruid. Het verwijderen van bladeren heeft als voordeel dat de plant beter opdroogt na regen (buitenteelt), maar ook dat er meer licht en lucht aan de plant en zijn vruchten kan.
Hoe vaak bemest je tomaten? Je kunt beter regelmatig een klein beetje mest geven dan heel veel in één keer. Bemest je tomatenplant eens per drie weken. Maar houd vooral de dosering op de verpakking aan.
Tomaten hebben kalk nodig. Drie of vier verpulverde eierschalen per plantgat doet de plantjes goed. Verzamel dus een paar dagen je eierschalen. Was ze in warm water, leg ze te drogen op een stukje keukenpapier en vermaal ze in een keukenmachine of vijzel.
Dieven van tomaten is simpelweg het verwijderen van alle uitgelopen okselknoppen. Een okselknop is een knop in de ruimte (oksel) tussen de stengel en het blad. Zo'n knop ontwikkeld zich spontaan tot een nieuwe stengel met bladeren, bloemen, en vruchten.
Vergeelde blaadjes onderaan de plant kunnen wel weggesneden worden. Als, bij de sterker groeiende tomatenplanten, een paar bladeren op de grond hangen, kan je die wel verwijderen. II. Bloei tros 2 : De onderste 3-4 bladeren kunnen nu definitief weggesneden worden.
Tomaten: sla, peterselie, prei, radijs, rammenas, spinazie, ui, wortels. Uien: aardbeien, bieten, bonenkruid, dille, kamille, komkommer, witlof, wortels.