Waar moet je aan denken? Een vluchtroute is minimaal 0,85 meter breed, ook als er 'toegestane objecten' in de gemeenschappelijke verkeersruimte staan; De vluchtroute wordt niet belemmerd door (te) grote en/of brandbare spullen.
Wat zijn de maximale en minimale afmetingen van een nooddeur? Nood- en vluchtdeuren zijn maximaal 2500 mm hoog en 1300 mm breed. Nieuw in het gewijzigde Bouwbesluit 2005 is dat de minimale breedte van de nooddeur is vergroot van 0.60 naar 0.85 meter.
Een uitgang leidt steeds rechtstreeks naar de openbare weg of een gelijkaardige veilige plaats. Ze hebben steeds een vrije doorgang van minstens 120 centimeter breed en 200 centimeter hoog.
Een vluchtroute heeft een vrije doorgang met een breedte van ten minste 0,85 m en een hoogte van ten minste de in tabel 2.101 aangegeven waarde.
Hiertoe moeten deze ruimten zijn voorzien van minimaal twee zover mogelijk uit elkaar gelegen uitgangen. De afstand die in een ruimte moet worden afgelegd om een uitgang te bereiken, mag niet meer bedragen dan 30 meter.
Aanbevolen reisafstanden
25 m in een gebied met een hoog brandrisico. 45 m in een gebied met een normaal brandrisico.
Een vluchtroute is minimaal 0,85 meter breed, ook als er 'toegestane objecten' in de gemeenschappelijke verkeersruimte staan; De vluchtroute wordt niet belemmerd door (te) grote en/of brandbare spullen.
De eis van 85 centimeter doorgangsbreedte is ook van toepassing voor de brandgang die een scheiding vormt tussen gemeenschappelijke tuin en privé tuinen. Hagen e.d. die in de privé tuinen staan dienen dan ook regelmatig gesnoeid te worden waardoor de doorgangsbreedte tenminste de vereiste 85 centimeter is.
4 personen per m2 vloeroppervlakte. 0,9 personen per meter breedte per traptrede, bij een trap die minimaal 1,1 meter breed is. 0,5 personen per traptrede bij een trap met een breedte van minder dan 1,1 meter.
Afhankelijk van de omvang en complexiteit van een gebouw, kan dit een 'gewone vluchtroute' zijn, een 'beschermde vluchtroute', een 'extra beschermde vluchtroute' of zelfs een 'veiligheidsvluchtroute'.
Stoel met extra beenruimte
Kies dan voor een stoel die vlak bij de nooduitgang zijn. Kenmerken zijn: Tot 61 cm meer beenruimte dan een standaardstoel. U zit bij de nooduitgang.
Een vluchtdeur en tevens normale toegang, in een rookvrije vluchtroute, is bijvoorbeeld nooit smaller dan 85 cm. Een nooddeur wordt uitsluitend gebruikt om het bouwwerk te ontvluchten bij calamiteiten, is niet voor regulier gebruik en moet binnen een seconde kunnen worden geopend.
Het aantal nooduitgangen van een vliegtuig hangt af van de grootte van het vliegtuig. Zo hebben vliegtuigen 2-16 nooduitgangen.
Voor woongebouwen moet een vluchttrap minimaal 80 centimeter breed zijn.In gebouwen met een grotere bezettingsgraad, zoals kantoren of scholen, is een breedte van 120 centimeter vaak vereist. Deze breedte zorgt ervoor dat mensen snel en veilig kunnen evacueren zonder dat er opstoppingen ontstaan.
Soms zijn branduitgangen, onder normale omstandigheden, onderdeel van de gebruikelijke route van het verkeer, zoals een voordeur. Branduitgangen kunnen ook alleen voor noodgevallen zijn en niet worden gebruikt tijdens normaal gebruik . Schuif- of draaideuren mogen niet worden gebruikt voor uitgangen die specifiek bedoeld zijn als branduitgangen.
Het maximaal aantal toegelaten personen wordt steeds bepaald aan de hand van drie criteria: het aantal cm nuttige evacuatie-breedte: de regel is 1 cm per persoon, met een minimale breedte van 80 cm; het aantal uitgangen; de netto-oppervlakte: dat is de oppervlakte die beschikbaar is voor het publiek.
➢ Een vluchtroute heeft een vrije doorgang van ten minste 0,85 meter breed en een hoogte van ten minste 2 meter (3.34.1). e. 135 personen per minuut per meter vrije breedte van een andere doorgang.
Plafonds van vluchtroutes moeten minimaal 7 voet, 6 inch hoog zijn. Een vluchtroute moet op alle punten minimaal 28 inch breed zijn.
Een nooduitgang is minimaal 0,85 meter breed en heeft een minimale hoogte van 2 meter. De totale breedte van de nooduitgangen moet afgestemd worden op het aantal personen dat wordt toegelaten.
Als uw huis omgeven is door laag struikgewas, leg dan een "brandwerende strook" rond uw huis aan op ongeveer 30 meter afstand en 90 tot 180 centimeter breed. Deze strook kan ook gebruikt worden als wandel- of hardlooppad.
De breedte van de vrije doorgang van een toegang moet minimaal 0,85 m zijn. De vrije hoogte van de vrije doorgang moet minimaal 2,1 m zijn. Voor een woonfunctie (met uitzondering van een woonwagen) geldt een minimale vrije hoogte van 2,3 m.
De brandgang kan voor u als bewoner als tweede vluchtweg dienen. Ook de brandweer kan er voor kiezen om van de brandgang gebruik te maken. Een brandgang is niet verplicht door de brandweer, er is ook geen regelgeving waar in een bepaalde situatie een brandgang verplicht wordt.
In het huidige bouwbesluit is het in principe zo dat er altijd 2 vluchtroutes noodzakelijk zijn, tenzij de situatie zo is dat met 1 vluchtroute kan worden volstaan.
Niet-gemeenschappelijk en afsluitbaar geeft aan dat iedere woning een eigen afzonderlijke bergruimte moet hebben die met een deur afsluitbaar is.