Wanneer jouw REV tussen de 5% en 15% zit, ben je goed bezig. Het percentage zegt iets over de winstgevendheid van het bedrijf, hoe hoger het percentage hoe meer het risico afneemt voor kredietverstrekkers.
Rentabiliteit totaal vermogen
Doordat het een verhoudingsgetal is, is de hoogte van het vermogen niet van belang. De norm voor de rentabiliteit totaal vermogen ligt tussen de 8 en 13 procent.
RTV: (bedrijfsresultaat / gemiddeld totaal geïnvesteerd vermogen) x 100% REV: (winst na aftrek van interest en belastingen / gemiddeld geïnvesteerd eigen vermogen) x 100% RVV: (betaalde interest / gemiddeld geïnvesteerd vreemd vermogen) x 100%
Voor de bepaling van de rentabiliteitswaarde wordt uitgegaan van de meest recente netto winst, dus de bedrijfswinst na aftrek van kosten voor het vreemd vermogen (rente) en winstbelasting. Deze wordt als maatgevend aangeduid voor de toekomstige winsten op basis van going concern.
De rentabiliteitswaarde van een onderneming bereken je door alle verwachte toekomstige winsten van de onderneming contant te maken. De rentabiliteitswaarde van 1 aandeel bereken je door de rentabiliteitswaarde van de onderneming te delen door het aantal geplaatste aandelen.
De waarde van de vaste activa wordt bepaald door de afschrijvingstermijnen, restwaarde en waarderingsgrondslagen. Door te 'spelen' met deze variabelen kan de intrinsieke waarde van de onderneming worden opgevijzeld. Ook het verlagen van de voorzieningen (vreemd vermogen) leidt ertoe dat het eigen vermogen toeneemt.
De REV meet de winstgevendheid ten opzichte van het eigen vermogen. De tweede is de rentabiliteit van het totale vermogen (RTV). De RTV meet de winstgevendheid ten opzichte van het totale vermogen.
De rentabiliteit van het totale vermogen (RTV) is een maatstaf voor de winstgevendheid van een onderneming.
Eigenaren/aandeelhouders en kredietverstrekkers (banken) brengen namelijk vermogen in de onderneming, en dat vermogen moet wel rendement opleveren. Een hoger rendement betekent een hogere rentabiliteit.
Een goed percentage hangt ook af van de branche en de markt. Gemiddeld mag u uitgaan van een rentabiliteit van 5% tot 10%, al bevestigen uitzonderingen hier de regel.
De bank ziet jouw onderneming als 'financieel gezond' als de uitkomst van de berekening ligt tussen de 20 en de 40 procent. Dit is overigens wel enigszins afhankelijk van je branche en ondernemingsvorm.
De formule is als volgt: IVV = (interestkosten vreemd vermogen : gemiddeld vreemd vermogen) x 100%. De interestkosten zijn vaak aangegeven. Het gemiddeld vreemd vermogen reken je uit op dezelfde manier als de berekening voor het gemiddelde eigen vermogen.
Brutowinstmarge berekenen
Dit doe je door de totale brutowinst te delen door de totale omzet en dit keer 100% te doen. Simpeler gezegd maak je de volgende berekening: deel (totale brutowinst) / geheel (totale omzet) x 100 = brutowinstmarge.
Hefboomeffect = (rentabiliteit van het totale vermogen - kosten van vreemd vermogen) x (vreemd vermogen ÷ eigen vermogen). De financial leverage of hefboomfactor wordt bepaald door de financiële structuur van de onderneming en de financiële lasten.
De rentabiliteit van het eigen vermogen (REV) is een maatstaf voor de winstgevendheid van een onderneming.
ROE staat voor Return on Equity of rendement op eigen vermogen. Het is een maatstaf om de rentabiliteit of winstgevendheid te bepalen.
Gemiddeld gezien wordt een rentabiliteit van het totale vermogen vanaf 8 procent al als financieel gezond gezien.
ofwel REVvb is gelijk aan RTV plus de extra bijdrage van het vreemd vermogen gecorrigeerd voor de verhouding van vreemd en eigen vermogen. De correctie van de verhouding tussen vreemd en eigen vermogen, de breuk VV/EV noemen we ookwel de hefboomfactor.
De WACC wordt als volgt berekend: Kostenvoet eigen vermogen (Rel) * eigen vermogen/totaal vermogen + Kostenvoet vreemd vermogen (Rvv) * vreemd vermogen/totaal vermogen * (1-T) T = belastingdruk, rente is namelijk aftrekbaar.
De 'Earnings Before Interest, Taxes, Depreciation and Amortization' (EBITDA) De EBITDA is een maatstaf voor de brutowinst minus de aftrek van overheadkosten van een bedrijf.
Vuistregels voor bedrijfswaardering
Veelgebruikte vuistregels zijn: 5 tot 8 keer de nettowinst. 3 tot 5 keer EBITDA.
Met EBITDA kun je de prestaties van jouw onderneming goed in kaart krijgen, want met de EBITDA laat je de werkelijke operationele prestaties (of operationele winst) zien. Het is het resultaat uit de normale bedrijfsvoering. Dat wil zeggen: de omzet en de kosten die zijn gemaakt om die omzet te halen.