Wiskunde leer je maar op één manier en dat is door heel veel te oefenen. Zorg er daarom voor dat je in de laatste weken voor het examen veel sommen maakt.Een belangrijk onderdeel van een goede voorbereiding is het maken van oude examenopgaven.
Het examen Wiskunde A VWO
Op het examen moet je de eigenschappen van standaardfuncties kennen, grafieken kunnen tekenen en vergelijkingen kunnen oplossen. Ook wordt er verwacht dat je telproblemen kunt oplossen en kunt rekenen met rijen. Ten slotte moet je de afgeleide van een functie kunnen bepalen.
In de examens kan je beter 10 uur per dag studeren. Je voorbereiding tijdens het semester is hierbij cruciaal. Je hebt immers meer slaagkans door diepgaand te leren en veel en met vaste tussenposes te herhalen dan door op korte termijn te willen blokken.
Het vak wiskunde B is voor veel middelbare scholieren erg lastig. Om het toch goed te kunnen beheersen vóór het eindexamen, is het belangrijk om veel te oefenen met de lesstof. Naast het maken van je huiswerk van school kun je dit ook doen door te oefenen met oude wiskunde B examens.
Je bent niet geslaagd wanneer je een 4,4 hebt voor Nederlands, een 8,2 voor Engels en een 9,0 voor Wiskunde. Je mag namelijk nooit lager dan een 4,5 (afgerond een 5) halen voor de kernvakken.
Elke cursus wiskunde B vwo heeft een vast aantal uur om de hele bovenbouwstof te doorlopen. De intensiteit en duur verschillen echter per cursusblok en variëren in een studielast van 7 tot 35 uur per week. De voorjaars- en najaarscursus starten in september en januari.
Leer maximaal 25 minuten en neem daarna 5 minuten pauze.
Je hersenen hebben namelijk tijd nodig om alles te kunnen verwerken en kunnen maar beperkte hoeveelheid nieuwe informatie aan (zie cognitive load theory). Een korte break helpt om weer fris aan de slag te gaan.
De meeste leerlingen vinden wiskunde vooral moeilijk omdat het abstract is. Het is onzichtbaar, er bestaan eenmaal geen werkelijke wiskundige objecten. Leerlingen die veel visualiseren zullen wiskunde daarom ook moeilijker vinden. Zij kunnen dan niet een goed beeld krijgen en snappen zij het niet.
Wiskunde is een vakgebied waar iedereen goed in kan worden, zelfs als je zogenaamd geen wiskundeknobbel hebt.
Om een 8 te halen voor wiskunde, zijn er enkele dingen die je kunt doen. Maak aantekeningen van belangrijke formules en concepten, maak een overzicht van de belangrijkste onderwerpen en oefen met het maken van oefenvragen.
Het examen bestaat uit open vragen en bevat ongeveer 20 vragen verdeeld over vijf opgaven. In totaal zijn er tussen de 80 en 85 punten te verdienen. De vragen gaan over verschillende onderdelen. De onderdelen die getoets worden op het centrale examen zijn: algebra en tellen, verbanden, verandering en differentiëren.
Kijk op de voorkant van het examenboekje (rechtsboven) hoe lang het examen duurt. Doorgaans duren de vmbo-examens 2 tot 2,5 uur (dus 120 tot 150 minuten).Voor havo en vwo duren de examens 2,5 tot 3 uur (dus 150 tot 180 minuten). Als je een beperking hebt, kun je vaak extra tijd krijgen voor het maken van het examen.
Tijdens een hoge activiteitsgraad kan je brein meer en beter informatie opslaan. Volgens de Amerikaanse socioloog Mariah Evans kan je het best studeren tussen de late voormiddag en de avond: tussen 11u en 21u30. Vroeg starten is dus niet persé beter. Als je te moe bent, kan je niet vlot werken en word je gefrustreerd.
Verschilt per vak en of het een So of Proefwerk is. Bij een So voor Frans, Duits, Latijn, Engels & Grieks 3 dagen van te voren. Want je moet dan woordjes leren en dat moet je blijven herhalen. Bij een proefwerk van een taal 5 tot 7 dagen.
Een student kan gemiddeld vijf bladzijden verwerken per uur. Dit kan sneller of trager afhankelijk van de moeilijkheid van het vak. Als je dit vertaalt naar acht uur studeren (die richtlijn hanteren we bij Rebus), betekent dit dat je 40 bladzijden per dag kan studeren.
Over 8 schooljaren is dit minimaal 7.520 uur. De overgebleven 240 uur mogen scholen zelf verdelen over de onderbouw en de bovenbouw. Er is geen wettelijk maximum aan het aantal uren onderwijs per dag.
Hoe werkt het? Pomodoro werkt met tijdsblokken: 25 minuten studeren, 5 minuten pauze, 25 minuten studeren en weer 5 minuten pauze. Na elke 3 of 4 blokken neem je een grotere pauze van een kwartier of een half uur.
Frisse buitenlucht kan wonderen doen.Door buiten te bewegen kunnen je hersenen nieuwe zuurstof opnemen. Die zuurstof is belangrijk om nadien je aandacht terug bij de leerstof te houden en om je stresssymptomen te verminderen. Het afwisselen van mentale en lichamelijke inspanning is goed voor je concentratie.
Vooral als je wiskunde echt heel moeilijk vindt, is wiskunde A de beste optie voor jou. Lukte dat vak in de onderbouw best aardig, ga dan voor wiskunde B. Met die variant word je namelijk op veel meer opleidingen toegelaten.
(veel mensen kiezen dit als ze ook economie hebben) Bij wiskunde B moet je veel exact oplossen en krijg je meer theorie. (veel mensen kiezen dit als ze later door willen met wiskunde of als ze iets met bouw/tekenen willen doen) Over het algemeen wordt wis A als makkelijker ervaren dan wis B.
Wiskunde D is bedoeld als aanvulling en verdieping op wiskunde B. Je krijgt bijvoorbeeld te maken met kansrekening en statistiek, een onderdeel dat niet in wiskunde B zit, maar dat bij veel universitaire studies wel belangrijk is. Een voorbeeld van verdieping is bewijzen.