Koel de brandblaar minimaal 20 minuten met lauwwarm water. Pas hierbij op dat je de blaren niet kapot maakt. 2. Om een infectie te voorkomen, moet je de brandblaar afdekken met een kompres van steriel gaas.
Als een brandblaar kapot is gegaan, moet je deze zelf schoonhouden en de kapotte huid steriel wegknippen.Er blijft een open wond achter, deze bedek je met paraffine gaas en een pleister of verband. Zodra je brandblaar verdwenen is en de huid weer gesloten is, kun je overwegen om verder herstel te ondersteunen.
Bij een eerstegraads verbranding en bij een oppervlakkige tweedegraads brandwond bestaat de behandeling uit het aanbrengen van een crème zoals 'after sun'. Diepe tweedegraads en derdegraads brandwonden behandelt de arts of verpleegkundige met flammazinezalf of vette gazen.
Is de blaar open? Maak dan de wond schoon en dek deze af met steriel verband of een pleister. Zorg dat het verband ruim over de blaar zit, er geen plooien in zitten en het niet kan schuiven. Na een dag kan het verband vervangen worden.
Er wordt vaak geadviseerd om de blaar intact te houden. Het vocht onder de huid helpt namelijk om het weefsel sneller te laten genezen. Maar in veel gevallen, waarbij het een onschuldige blaar is, kan het juist vervelend aanvoelen als het vocht er nog in zit. En dan kan deze als behandeling best doorgeprikt worden.
De wond is roodachtig-wit, nat en erg pijnlijk. Er ontstaan blaren, waarbij de huid vaak niet meer heel is. Op sommige delen van het lichaam wordt de huid heel dik (bijvoorbeeld op de rug of het been) Genezing: meestal tussen de 3-6 weken. Een diepe tweedegraads brandwond kan na een maand of langer nog vanzelf genezen.
Smeer nooit huismiddeltjes als tandpasta of mayonaise op een brandwond. Eerstegraads brandwonden moet u goed vet houden met vaseline. Op tweedegraads en derdegraads brandwonden moet u iedere dag nieuw verband doen.
Reinig de blaar en de huid rondom met stromend water of een waterig, niet-verkleurend ontsmettingsmiddel. Houd een naald evenwijdig met de huid en prik een paar keer aan de basis van de blaar. Druk met een steriel kompres het vocht uit de blaar. Reinig de wonde en de huid rondom opnieuw.
De verleiding is misschien groot om bij een brandwond andere middelen te gebruiken. Doe dit echter niet. Een brand pleister is veilig en biedt verkoeling en verlichting.Belangrijk is dat deze pleister steriel is.
De antiseptische en verzachtende ingrediënten verzachten de vaak geïrriteerde, rode huid. Overigens kan Sudocrem op alles worden gebruikt, van een door de zon verbrande huid, brandwonden, acne, lichte brandwonden, zweren, droge huid en eczeem en doorligwonden.
Douchen en wassen
De wond wordt er niet schoner van. Daarnaast verstoort dit de wondomgeving, en droogt de wond uit. De genezing duurt hierdoor langer. Spoel de wond altijd als laatste goed uit, om zeepresten te verwijderen.
Een brandblaar is een reactie van het lichaam op hitte. De hitte heeft het weefsel beschadigd, maar de huid zelf is nog intact. Dit gebeurt meestal als gevolg van een tweedegraads brandwond. Hoewel het pijnlijk is, is het een natuurlijk beschermingsmechanisme van je lichaam.
Eerste en tweede graads brandwonden genezen meestal restloos. Als u koorts krijgt of als de wond warm en rood is zijn dat vaak de eerste tekenen van een ontsteking. Het is belangrijk dat u dan contact opneemt met uw behandelend arts.
Blarenpleister bij brandblaren
Voor grotere brandblaren zijn blarenpleister niet de juiste remedie, omdat deze wonden makkelijk kunnen ontsteken.
Laat Flamigel® ter plaatse zolang de gelstructuur intact is. Als nieuwe huidcellen worden gevormd en de wond bijna dicht is, breng dan slechts een dunne laag laag Flamigel® aan om verweking te vermijden. Indien nodig, bescherm de wondranden. Voor open wonden: Vervang dagelijks.
Wanneer je een blaar oploopt en deze gesloten is, laat je deze dicht. De blaar is van zichzelf al goed afgedekt en geneest daardoor vanzelf. Wat je wel kunt doen, is de blaar afdekken met een speciale blaarpleister om verdere beschadiging te voorkomen.
Bereid de blaar voor: Als de blaar groot is en pijnlijk, of als deze zich op een gebied bevindt dat gemakkelijk kan worden gewreven of geschuurd, kan het doorprikken verlichting bieden. Als de blaar echter klein is en geen ongemak veroorzaakt, is het meestal het beste om deze intact te laten.
Spoel je blaar met schoon water. Dep de blaar voorzichtig droog met een steriel gaasje. Ontsmet je huid met een ontsmettingsmiddel. Verzorg de blaar 1 à 2 keer per dag totdat je merkt dat de huid weer dichtgroeit.
Zalf van welke aard dan ook wordt afgeraden om een brandwond te behandelen vanwege het risico op infectie. Vaseline, twee tot drie keer per dag aangebracht, kan helpen om het verbrande gebied vocht vast te houden en sneller te genezen .
Raak de brandwond niet aan. Zo hou je de kans op een ontsteking klein. Smeer niets op de brandwond. Bij een open wond of blaren: Doe er plastic huishoudfolie, een schone doek of een vet gaas op.
Laat de blaren het liefst heel. Maak ze alleen kapot als je er veel last van hebt. Als je een blaar doorprikt, gebruik dan een naald die je steriel gemaakt hebt met alcohol of chloorhexidine voor op de huid. Bij kapotte blaren kun je de losse velletjes met een klein schoon schaartje wegknippen.
ALHYDRAN verlicht klachten door brandwonden:
Vermindert roodheid. Helpt de huid herstellen en littekenvorming voorkomen.
Bij een eerstegraads brandwond is alleen de opperhuid aangetast, bij een tweedegraads brandwond vaak ook de lederhuid en bij een derdegraads verbranding zijn ook de zenuwen aangetast. Een eerste- en tweedegraads brandwond zijn (zeer) pijnlijk, terwijl u bij een derdegraads brandwond weinig pijn voelt.