Sla heeft gedurende de groeiperiode geen extra meststoffen nodig. Vooraf wat organische mest in de grond werken is daarentegen wel goed voor de plant.
Organische meststoffen zoals visemulsie, goed verteerde mest en compost of compostthee werken zeer goed voor de teelt van Sla. U kunt de voorkeur geven aan een meststof met een iets hogere stikstofverhouding dan andere macronutriënten, omdat stikstof een sterke bladontwikkeling ondersteunt.
Bemest zo vaak als elke twee weken , met vloeibare meststof uit een gieter, of korrels verspreid rond de planten en bewaterd. Meststof helpt de bladeren voller te maken en de bitterheid te verdrijven die zo vaak voorkomt in in de tuin gekweekte sla. En het helpt de sla te laten groeien.
Sla heeft redelijk veel voedingsstoffen nodig (zoals alle bladgewassen). Compost of stalmest onderwerken of toevoegen in de winter is het begin, het zorgt voor een luchtigheid en veel humus. En we geven dan in het voorjaar wat organische mest in de vorm van korrels (zoals bijvoorbeeld Culterra.
Slechts weken zitten er tussen zaaien en oogsten; de gemiddelde groeiperiode bedraagt 35 tot 60 dagen. Terwijl het slaplantje bovengronds snel groeit, ontwikkelt zich ondergronds tegelijkertijd een penwortel met vrij korte zijwortels. Dit wortelstelsel heeft moeite om de ontwikkeling van de krop bij te houden.
IJsbergsla heeft een ongewoon lang koel seizoen nodig (voor een sla) om een strakke krop te vormen. Elk warm weer of vochtstress tijdens de ontwikkeling zal een misvormde krop, onvolledige krop of geen krop veroorzaken .
Tips voor sla kweken: grond, zon en water geven
Gebruik voor het kweken van sla een luchtige, vruchtbare grond en liever niet te nat. In het voorjaar en najaar is extra zon heel belangrijk, in de zomer is wat schaduw ook prima voor sla kweken. Ook water geven is erg belangrijk, want de planten drogen razendsnel uit.
In potgrond zit voldoende voeding voor 8 weken, en daar heb je voldoende aan want ongeveer 10 weken na het zaaien kun je de sla al oogsten. In de volle grond kun je ongeveer 2 weken voor je de zaailingen uit gaat planten wat algemene moestuinvoeding geven volgens de aanwijzingen op de verpakking.
Plant pluk- of snijsla kun je uitplanten op 10 tot 15 cm afstand tussen de plantjes en 25 cm tussen de rijen. Zaai je pluksla rechtstreeks, dun dan goed uit. Sla die te dicht gezaaid is schiet door. kropsla, Ijsbergsla en Romeinse bindsla zaai je 25 tot 35 cm tussen de planten en 25 tot 35 cm tussen de rijen.
Langedagplanten zijn planten die veel lichturen, dus lange zomerdagen, nodig hebben voor ze gaan bloeien. Kortedagplanten bloeien ook al bij weinig lichturen. Sla is een kortedagplant en deze schiet dus op de langste dagen van het jaar snel door. Je kunt dit voorkomen door ze tijdig te oogsten.
Wanneer verse mest wordt gebruikt in een moestuin, is er een klein risico dat ziekteverwekkende pathogenen de groenten besmetten. Het risico van mesttoepassing is het grootst voor wortelgewassen zoals radijs en wortelen, en voor bladgroenten, zoals sla, waarbij het eetbare deel de grond raakt .
Rode bladsla, zoete maïs en sojabonen profiteren allemaal van compostthee als meststof. Pro tip: Voeg na het koken of stomen van groenten het resterende groentewater toe aan uw compostthee. U kunt zelfs overgebleven rijstwater toevoegen aan uw thee voor een extra boost aan voedingsstoffen.
Wortelgroenten zoals wortels, aardappelen en bieten vinden het ook lastig om te gedijen in grond die verrijkt is met paardenmest. De voedingsrijke compost kan hun wortels verbranden.
Nitraat is de voorkeursvorm van stikstofmeststof voor sla . Studies tonen aan dat de vatbaarheid voor verschillende pathogenen veel groter is in de aanwezigheid van ammoniumstikstof vergeleken met nitraatstikstof.
De vertering van stro onttrekt stikstof aan de mest (lees hier eventueel meer over op de pagina over compost). Hierdoor komt de stikstof uit verse paardenmest niet beschikbaar voor de planten in de moestuin. Paardenmest is dus pas zinvol om in de moestuin te gebruiken nadat de mest goed verteerd is.
Koemest bij de aanleg van een gazon
Omdat koemest een organische meststof is, kun je eigenlijk niets fout doen. Bij kunstmest kun je te veel meststof geven, waardoor je juist schade toebrengt aan je planten of gazon. Bij organische meststoffen gebeurt dit niet, je kunt dus niets fout doen in de dosering van koemest!
Om sla mooi te houden, moet je hem regelmatig water geven en ervoor zorgen dat de grond vochtig blijft – maar niet nat. Bij warm weer kan het nodig zijn de sla dagelijks water te geven, doe dit van bovenaf. Sla kun je ook elke 3 weken bemesten met een vloeibare of organische meststof.
Dit kan te maken hebben met het weer: te warm, te koud, te droog, te nat. Veel wind kan ook de oorzaak zijn: dan moet je plantjes te veel energie stoppen in het rechtop blijven staan en gaat dat ten koste van de groei. Staan plantjes te dicht op elkaar dan kunnen ze ook niet goed groeien.
Egels, vogels en spitsmuizen eten graag slakken. Je maakt je tuin gastvrij voor deze natuurlijke vijanden van slakken door ze een schuilplaats te bieden onder struiken of stapels takken. Een groene tuin is uitnodigend voor allerlei insecten en dieren. Ook padden en kikkers vinden een slak een lekker maaltje.
Sla en andere groenten doen het eigenlijk beter met frequente, lichtere, consistente bewatering om de bladgroei te stimuleren in plaats van wortelvorming. Het doel is om de grond vochtig te houden en niet te laten uitdrogen, omdat sla snel verwelkt, vooral op het heetst van de dag.
Sla wordt gezaaid in vruchtbare, luchtige en vochtige grond, de plant heeft veel bladeren en een zwak wortelstelsel. Zorg ervoor dat de grond niet te nat is. Bovendien heeft sla zonlicht nodig, maar de plant kan niet tegen te veel felle zon.
U weet wanneer u slabladeren moet oogsten als ze ongeveer 3 tot 6 inch lang zijn , afhankelijk van de variëteit. Blijf de bladeren oogsten totdat de slaplant "doorschiet". Dit betekent dat de plant zijn energie heeft gericht op het produceren van bloemen en zaden en de bladeren worden meestal bitter van smaak met taaie stengels.
Sla kweken in de eigen tuin
Je kan sla zowel in potten, moestuinbakken of in volle grond planten. Dit doe je als volgt: Plaats de plantjes met ongeveer 20 cm ruimte naast elkaar op een rij. Plant de slaplantjes op ongeveer 4 cm diepte en druk even de aarde aan.
Uw sla is een levende plant die water nodig heeft om vers te blijven. Geef water wanneer de onderste bladeren slap beginnen te worden om knapperig te blijven. Plaats de slaplanten gewoon in een waterdichte schaal of ondiepe schaal wanneer u verwelking opmerkt en voeg genoeg water toe om de onderste 4-5 cm van het blok te bedekken .
De lange lichte dagen van juni en juli zijn heerlijk voor ons maar minder geschikt voor onze kroppen sla. Sla is namelijk gevoelig voor daglengte: rond de langste dagen van het jaar schieten de kroppen snel door. Dat doorschieten betekent niets anders dan dat de kroppen sla gaan bloeien.