Aanrijding invoegende en uitvoegende autoAls twee auto's van rijbaan wisselen of een auto invoegt en een andere auto gelijkertijd uitvoegt, moeten beide bestuurders voorrang verlenen. De wet bepaalt niet welke auto voorrang heeft. De ANWB adviseert uitvoegende auto's voorrang te verlenen, maar dit is geen rechtsregel.
Wil iemand tegelijkertijd invoegen met iemand die uitvoegt dan heeft géén van beide voorrang. Iemand die van rijstrook wisselt doet een bijzondere manoeuvre. Volgens de wet moet hij dan al het andere verkeer voor laten gaan.
Invoegen is een bijzondere verrichting. Dit betekent dat je voorrang moet verlenen aan bestuurders op de doorgaande rijbaan. Toch vinden we het heel normaal dat auto's even inhouden of een strook opschuiven om ruimte te maken voor de invoeger. Dit is een gunst, geen plicht.
Invoegen en voorrang verlenen
Invoegen is een bijzondere verrichting. Wie wil invoegen, moet altijd voorrang verlenen aan bestuurders die op de doorgaande rijbaan rijden. Vaak houden bestuurders toch even voor u in of schuiven ze een baan naar links op. Dat is uiteraard zeer hoffelijk, maar zeker geen verplichting.
Normaliter moeten bestuurders die een bijzondere manoeuvre uitvoeren, zoals in- of uitvoegen, het overige verkeer voor laten gaan. Maar in dit geval verrichten beide bestuurders tegelijkertijd een bijzondere manoeuvre. Volgens de wet heeft daarom geen van beiden voorrang.
De belangrijkste tip: geen stress! Er bevindt zich volgens de agenten geen afgrond aan het einde van de invoegstrook. 'Als je geen ruimte hebt gevonden om in te voegen, mag je gewoon de vluchtstrook gebruiken. Daarvoor kun je geen boete krijgen.
Toch lukt het soms niet om tijdig in te voegen. In zo'n situatie raadt Maaskant aan vooral niet stil te gaan staan. "Kan je niet invoegen, stop dan nooit op de invoegstrook, maar rij door over de vluchtstrook. Besef daarbij wel dat je waarschijnlijk een inschattingsfout hebt gemaakt bij het zoeken naar vrije ruimte."
Bestuurders die een zijdelingse verplaatsing willen uitvoeren (in- of uitvoegen) moeten bestuurders die dezelfde rijstrook blijven volgen, voor laten gaan.
Als er ruimte genoeg is kun je veilig invoegen. Handig om te weten: zodra je de voorbumper van de auto naast je in de binnenspiegel ziet, dan heb je genoeg ruimte om in te voegen. Kijk alleen in je dode hoek als je daadwerkelijk wilt gaan invoegen.
' Autoredacteur Niek Schenk antwoordt: 'Invoegen is een bijzondere verrichting, dus moet je als invoeger voorrang verlenen aan het doorgaand verkeer.
In sommige gevallen kan het wenselijk zijn om bijvoorbeeld zo'n vrachtwagen bij het invoegen rechts op de invoegstrook in te halen. Een invoegstrook is er om je snelheid aan te passen aan het overige verkeer wat er op dat moment op de autosnelweg rijdt meestal is dat tussen de 120 en 130 km p/u.
Uitvoegen is het verlaten van een doorgaande (snel)weg/rijbaan via een uitvoegstrook. Een uitvoegstrook is een onderdeel van een rijbaan. De afrit/uitvoegstrook wordt door blokmarkering van de doorgaande rijbaan afgescheiden. Een uitvoegstrook gecombineerd met een invoegstrook is ook wel bekend als weefstrook.
Uitvoegen is voor veel mensen een stuk gemakkelijker dan invoegen. Bij uitvoegen verlaat je de doorgaande rijbaan via een uitvoegstrook. Voordat je de uitrijstrook opgaat, kijk je goed in je spiegels en check je de dode hoek. Er kan bijvoorbeeld al iemand op de uitvoegstrook rijden, voor of achter je.
Bij een korte invoegstrook zul je dit sneller moeten doen. Als je hier namelijk te lang door blijft rijden, kom je op de vluchtstrook terecht. Je mag alleen op de vluchtstrook rijden in geval van pech of nood. Soms mag je de vluchtstrook wel gebruiken als je moet filerijden.
Buiten de bebouwde kom is bij het invoegen van een bus simpelweg sprake van een bijzondere manoeuvre of verrichting, ook als hij net bij een halte is weggereden. En bestuurders die een bijzondere manoeuvre uitvoeren, hebben geen recht op voorrang.'
Bij een wegversmalling of rijstrookvermindering heeft de bestuurder, die de rechterrand van de rijbaan volgt dus altijd voorrang op het andere verkeer dat in dezelfde richting rijdt.
In veel gevallen gaat het om onschuldige en zelfs lachwekkende dingen die zelden gevaar met zich meebrengen. Anders is dat bij een afwijkende verkeersregel in Frankrijk. Daar heeft invoegend verkeer op de Périphérique - de ringweg rond Parijs - namelijk voorrang op het verkeer dat op de hoofdrijbaan rijdt.
Klaverblad Levensverzekeringen is vanaf 4 maart 2020 overgenomen door Lifetri Groep en ondergebracht bij de verzekeraar Lifetri Verzekeringen, een onderdeel van Lifetri Groep.
De enige uitzondering is invoegen op de snelweg vanaf een oprit.Dan heeft invoegend verkeer, net als in Nederland, geen voorrang. Ook in Duitsland gelden snelheidsbeperkingen op de rijkswegen. Let goed op de borden.
A02 – Einde maximum snelheid verkeersbord
Deze borden zijn wit met 3 zwarte strepen erdoor. Dit bord betekent dat de maximale snelheid die van kracht was niet meer geldt. Er geldt nu een nieuwe maximale snelheid die gevolgd dient te worden. Dit wordt vaak duidelijk gemaakt door andere borden.
Motorvoertuigen mogen alleen op autowegen als zij minimaal 50 kilometer per uur kunnen en mogen rijden. Voor autosnelwegen is dit 60 kilometer per uur. Deze snelheid heet ook wel de minimumconstructiesnelheid.
Wanneer je de eerste keer op de snelweg gaat rijden, dan moet je ook invoegen. Voor veel kandidaten is de angst om dit verkeerd te doen heel groot. Vooral als het druk is krijgen veel mensen het zweet in hun handen. Toch is invoegen niet moeilijk als je je aan een paar regels houdt.
Tijdig richting aangeven doe je bijvoorbeeld op wegen binnen de bebouwde kom op circa 100 meter voordat je wilt afslaan en op wegen buiten de bebouwde kom op circa 200 meter als je wilt afslaan. Bij het rijden op een autoweg of autosnelweg geef je tijdig richting aan op circa 300 meter voordat je gaat uitvoegen.