Een klein zeilschip met het zeil over bakboord heeft voorrang op een klein zeilschip met het zeil over stuurboord. Varen ze met het zeil over dezelfde boeg, dan moet het loefwaartse schip voorrang verlenen aan het lijwaartse schip.
Zeilschepen hebben voorrang op motorboten
Een kleine motorboot (tot 20 meter) moet voorrang verlenen aan een klein zeilschip (tot 20 meter) of een roeiboot, als hun koersen kruisen en geen van de boten aan stuurboordwal vaart.
Algemene vaarregels voorrang motorboot
Vaartuigen die door spierkracht worden voortbewogen zijn bijvoorbeeld een zeilboot, roeiboot, waterfiets of een supper. Daarbij heeft een zeilboot dan weer voorrang op de roeiboot, waterfiets en op degene die aan het suppen is.
Beroepsvaart gaat voor pleziervaart. Zeilboten hebben voorrang, daarna kano's en roeiboten. Voor motorbootvaarders: stuurboord gaat voor. Voor zeilers: degene met het zeil aan bakboord gaat voor.
Let op dat je hier rustig vaart en goed let op de spiegels. Rondvaartboten hebben niet altijd voorrang maar nemen het wel en dat kan gevaarlijke situaties opleveren. Blijf rustig en laat je niet gek maken.
Een klein zeilschip met het zeil over bakboord heeft voorrang op een klein zeilschip met het zeil over stuurboord. Varen ze met het zeil over dezelfde boeg, dan moet het loefwaartse schip voorrang verlenen aan het lijwaartse schip.
Beroepsvaart heeft altijd voorrang (watertaxi, rondvaartboten, sleepboten etc.). Ongemotoriseerd verkeer (zeilboten, kano's, roeiboten etc.) heeft voorrang op gemotoriseerd verkeer. Verkeer van rechts heeft voorrang (tenzij u een hoofdvaarwater nadert).
Op het water gaat stuurboord voor bakboord. Rechts heeft voorrang, net zoals dat vaak voorkomt op de weg. Als je in een vaargeul, met betonningen aangegeven, rechts (dus aan stuurboordzijde) van het hoofdvaarwater vaart, heb je voorrang op boten en schepen die het hoofdvaarwater op willen varen.
Varen zonder vaarbewijs
Wanneer kun je zo het water op? Je kunt varen zonder vaarbewijs op een boot met een maximale snelheid van 20 kilometer per uur en/of met een lengte van maximaal 15 meter. Overschrijdt de boot één van deze richtlijnen, dan moet je examen doen voordat je hier als schipper mee het water op gaat.
In principe mag je overal in Nederland varen zonder vaarbewijs.
Denk er altijd aan dat een roeiboot uiterst kwetsbaar is en slecht zichtbaar is. Kortom: Neem nooit voorrang! Vaar alleen door als de andere boot voorrang verleent! Er geldt dus een grote verantwoordelijkheid bij de “stuur”, op een roeiboot is de “stuur” formeel de schipper.
Het RPR is van toepassing op de (Boven- en Neder-) Rijn, de Lek, de Waal en het Pannerdensch kanaal. Let er bij het Vaarbewijs Examen goed op of de vraag gaat over het BPR of het RPR gebied.
In 1681 opperde zijn collega W. Winschoten dat de term bakboord te maken moest hebben met de plek waar de etensbak van de stuurman stond. Het roer, of de helmstok, van een schip zat vroeger niet aan de achtersteven, maar hing aan een leren ring aan de rechterkant van het schip (dat verklaart meteen de naam stuurboord).
Wie heeft er eigenlijk voorrang? Zodra je als bestuurder van een kano, kajak of roeiboot zoveel mogelijk stuurboordwal houdt, heb je in het BPR gebied voorrang, zowel op een motorschip als op een zeilschip.
Betekenis boeien
De markering die de recreatievaargeul aangeeft is herkenbaar aan de rood-witte en groen-witte strepen. Op grotere wateren als de Waddenzee, Westerschelde en de Noordzee worden gele boeien gelegd om de recreatiegebieden aan te geven. Dit doen we in verband met internationale regelgeving.
Niet bezeilde sector
Een zeilboot kan nooit pal tegen de wind in varen. Hij kan maximaal 45 graden aan de wind varen. De 'niet bezeilde sector' is dan ook 2 x 45 graden = 90 graden. Als een zeilboot toch een traject tegen de wind in wil varen, moet hij kruisen (laveren).
Voor zeilboten geldt dat een vaarbewijs verplicht is als de boot 3 meter of langer is. Verder geldt dat als u meer dan 1 zeemijl uit de kust vaart, u in het bezit dient te zijn van Vaarbewijs II (inclusief ICC for inland and coastal waters).
Hoeveel pk's 20 kilometer per uur is, is niet zo te zeggen. Het materiaal waarmee de boot is gemaakt, de grootte, de vorm van het onderwaterschip en het onderhoud. Het heeft allemaal effect op de snelheid.
Als u wilt weten of u een vaarbewijs nodig heeft, hoeft u niet te kijken naar het aantal PK van uw boot. Dit speelt namelijk geen rol. Er wordt wel gekeken naar de maximale snelheid van de boot.
Op het water geldt voor snelle motorboten een landelijke maximumsnelheid van 20 km/h, tenzij ter plekke iets anders is aangegeven. Er zijn veel plaatsen waar de snelheid afwijkt. Op brede rivieren en grote meren mogen kleine schepen vaak sneller varen.
Stuurboord wijkt voor bakboord. Dit betekent dat degene die zijn zeil aan bakboord heeft staan, voorrang heeft over degene die zijn zeil aan stuurboord heeft staan. Loef wijkt voor lij. Deze regel gaat op als zeilschepen elkaar kruisen en ze beiden het zeil over dezelfde boeg hebben staan.
De richting van het vaarwater
Laterale betonning zijn de rode en groene boeien die je op een rij op ongeveer gelijke afstand in het water ziet liggen. De markering kan ook als een walbaken op de oever staan. Ze geven de richting en breedte van het vaarwater aan.
De prijs varieert tussen € 2,90 en € 3,60 per persoon, en voor kinderen is er korting. Het is niet nodig om voor deze watertaxi een reservering te maken.
Daarvoor moet u in het bezit zijn van een Groot Vaarbewijs, te behalen in de beroepsvaart. Bovendien is een marifooncertificaat vereist. Een open sollicitatie met CV sturen kan naar [email protected].
De schepen zijn gemaakt van polyester en worden aangedreven door een Yanmar- zescylindermotor met een waterjet. Deze boten halen een snelheid van zo'n 50 km per uur.