Grote honden kunnen over het algemeen goed tegen de kou. Ze hebben een dikkere vetlaag en hun lichaam stoot minder warmte af dan die van kleine honden. De eerste verschijnselen van kou treden daarom ook meestal pas op rond de 3°C.
Van 8 tot 10 graden kunnen kleine honden risico's op onderkoeling krijgen. Pak je viervoeter maar goed in! Middelgrote honden kunnen beter tegen de kou dan kleine honden, maar krijgen de eerste verschijnselen van onderkoeling sneller dan je denkt. Bij 5 tot 7 graden kan jouw hond gaan trillen of niet meer spelen.
De normale temperatuur van een hond ligt tussen de 38 en 39 °C. Dat cijfer kan oplopen bij inspanningen, maar door de kou ook snel dalen – zeker als je hond heeft gewandeld in natte sneeuw (die in zijn vacht blijft kleven) of in de regen. Je merkt dat je hond het koud heeft als hij rilt en zichzelf opkrult.
Het advies is om boven de 15 graden al allert te zijn. Kijk hierbij naar de omstandigheden; is het bewolkt en staat er een windje, dan is 15 graden geen probleem, maar zit u in de volle zon en uit de wind, dan kan 15 graden voor veel honden al te warm zijn.
Honden kunnen het 's nachts koud krijgen, er zijn honden die daarom graag onder een deken slapen (of heerlijk in een hondenslaapzak). Veel mensen houden er geen rekening mee dat honden het ook koud 's nachts kunnen krijgen.
Honden zijn namelijk in hun slaap erg beweeglijk, waardoor jouw nachtrust verstoord wordt. Bovendien loop je met je hond in bed ook meer risico op zoönosen. Huisdieren verliezen haren en huidschilfers net als wij. Deze bevatten bacteriën die niet goed zijn voor onze gezondheid.
Moet mijn hond een jas aan als het regent? De hondenvacht is in principe de beste bescherming die je hond kan hebben tegen de regen. Een hondenregenjas is dus in de meeste gevallen niet nodig. Alleen als er problemen zijn met de vacht kan een regenjas nodig zijn.
De hond zowel binnen als buiten houden is geen goede oplossing. De hond overdag binnenshuis laten en 's nachts buitenshuis of andersom, overdag buiten en 's nachts binnen, geeft vooral in de koudere maanden problemen voor de hond. Die moet gedurende de seizoenen zijn vacht aanpassen aan de veranderende temperaturen.
Waar een mens over het algemeen aan een stuk door slaapt, ligt dit voor jouw hond toch wat anders. Volwassen honden slapen ongeveer 12 tot 14 uur per dag. Senior honden hebben vaak wat meer slaap nodig, zij slapen meestal 16 tot 18 uur. Pups hebben zelfs 18 tot 20 uur slaap nodig om goed uitgerust te zijn.
Een bankje of bed heeft als voordeel dat het wat meer van de grond af staat. En voor honden die graag onder een kleedje verstopt liggen kan een slaapzak de perfecte uitkomst zijn. Bij jou op de bank of in bed slapen is natuurlijk ook een mogelijkheid en veel honden vinden dit helemaal het einde.
Honden die zich over willen geven gaan op hun rug liggen. Hierbij komen de buik en de hals van de hond boven te liggen, kwetsbare delen van het lichaam van de hond. Om jou die kwetsbare delen te laten aaien, moet hij je dus vertrouwen.
De voornaamste reden dat honden likken is plezier. Je hond heeft het naar zijn zin of ontmoet nieuwe mensen die met hem willen spelen. Wanneer een hond je gezicht, handen of voeten likt bij thuiskomt, is het erg waarschijnlijk dat hij blij is dat je thuis bent. “Welkom thuis en geef mij aandacht!”.
Honden passen zich – net als andere dieren – aan de koude omstandigheden aan. Zo krijgen ze een dikkere vacht waarbij de ondervacht isoleert tegen de kou. Grotere honden hebben nog meer voordeel: hun massa. Zij houden zich beter warm, mede doordat ze actief blijven en slecht of guur weer niet uit de weg gaan.
Volgens de Amerikaanse organisatie National Sleep Foundation heeft de gemiddelde mens aan zo'n 7-9 uur slaap per nacht ruim genoeg. Honden daarentegen slapen gemiddeld 12-14 uur per 24-uurscyclus (bron).
Kortdurende stress kan je herkennen doordat een hond bijvoorbeeld gaat hijgen, blaffen of zich uitschudden. Langdurige stress kan je ook herkennen aan de gezondheid van de hond. Maag-darmklachten of een slechte vacht kunnen wijzen op stress. Ook een hond die erg passief is kan passief zijn door te veel stress.
Grote honden kunnen over het algemeen goed tegen de kou. Ze hebben een dikkere vetlaag en hun lichaam stoot minder warmte af dan die van kleine honden. De eerste verschijnselen van kou treden daarom ook meestal pas op rond de 3°C.
De honden kunnen goed tegen (regen)water, maar hebben soms wat extra motivatie nodig. Je kan de hond motiveren door een aantal beloningen mee te nemen om ze naar buiten te krijgen. Zodra je buiten bent met de hond, geef je een beloning.
Veel honden vinden het niet fijn om iets dergelijks te dragen. En als een hond het niet nodig heeft kan een kledingstuk de vacht onnodig beschadigen waardoor de isolerende werking verloren kan gaan. Toch zijn er honden die het wel degelijk nodig hebben. Denk aan zieke honden, de oudere hond of een hond zonder vacht.
Teckels zijn laag bij de grond en hebben het eerder koud dan grote honden. Dit wetende hebben kortharige Teckels en Teckels met dunne vacht het vaak eerder koud dan ruwharige en langharige Teckels.
Een gelukkige hond is een gemanierde hond. Hij houdt zich rustig, maakt niets kapot en probeert geen aandacht te trekken door stoute dingen te doen zoals in huis plassen. Als je pup vaak bijt, graaft of meubels en kleren vernielt, probeert hij je te zeggen dat hij zich verveelt, stress heeft of bang is.
Hoewel dit niet concreet bewijst dat honden besef hebben van het verstrijken van tijd, toont het wel aan dat de tijdsduur dat honden alleen gelaten worden, wel degelijk effect heeft op de hond. Omgevingsfactoren, 'Hoe laat ruikt het?' Naarmate tijd verstrijkt, verandert de omgeving.
Wederzijds staren
Staren heeft bij dieren meestal als betekenis om gezag en dominantie te tonen. Bij een hond heeft het staren een vriendelijke bedoeling. Wanneer een hond en mens naar elkaar staren geeft het een gelukkig gevoel voor beide. Honden stammen af van wolven, maar deze dieren zien staren als bedreiging.