Dyslexie heeft niets te maken met intelligentie. Ook kinderen met normale of hoge intelligentie kunnen dyslexie hebben. Wel is het zo, dat de schoolprestaties ver achterblijven bij het gemiddelde niveau. Dit ondanks alle extra moeite die deze kinderen doen.
Zoals eerder benoemd is dyslexie vooral gerelateerd aan leestaken en heeft het geen bewezen invloed op intelligentie.
Kinderen met dyslexie hebben, net als alle kinderen, een unieke mix van sterke en zwakke punten. Om dit doel te bereiken, hebben onderzoekers een rol te vervullen. We waren met name geïnteresseerd in een Yale-studie van 445 kinderen uit Connecticut gedurende twaalf jaar, die concludeert dat dyslexie en intelligentie niet gecorreleerd zijn .
Het antwoord hierop is ja. Het is opvallend dat er zo veel vragen zijn over het vaststellen van dyslexie bij hoogbegaafde kinderen. Dyslexie staat namelijk los van intelligentie en er is dus geen verschil met beneden gemiddeld of gemiddeld begaafde kinderen bij het vaststellen van dyslexie.
Mensen met dyslexie zijn over het algemeen goed in het waarnemen van de dingen in hun omgeving, het zien van grote gehelen maar ook van details die anderen niet altijd opvallen. De meeste dyslectici denken ook op een sterk visuele (en minder talige) manier.
Mark ging door school zonder te beseffen dat hij ADHD en dyslexie had tot hij veertig was . Een leraar vertelde hem dat hij niet veel zou bereiken, dus werd hij een Britse kampioen voordat hij op zijn vijftiende van school ging.
Uit sommige onderzoeken is ook gebleken dat dyslexie vaker voorkomt bij hoogbegaafde mensen in beroepen waarin ruimtelijk inzicht een rol speelt , zoals kunst, wiskunde, architectuur en natuurkunde.
“Dyslexie is een specifieke leerstoornis die zich kenmerkt door een hardnekkig probleem in het aanleren van accuraat en vlot lezen en/of spellen op woordniveau, dat niet het gevolg is van omgevingsfactoren en/of een lichamelijke, neurologische of algemene verstandelijke beperking.”
100 is het gemiddelde dat overeenkomt met mavo/vmbo-denkniveau. Vanaf een score van 130 spreekt men van hoogbegaafdheid. Met een IQ score tussen de 120 en 130, wordt vaak gesproken over 'meerbegaafd'. Een score van 145 of meer valt in de categorie 'uitzonderlijk begaafd'.
In feite kunnen mensen met dyslexie, ondanks hun leesvermogen, een scala aan intellectuele capaciteiten hebben . De meesten hebben een gemiddeld tot bovengemiddeld IQ, en net als de algemene bevolking hebben sommigen superieure tot zeer superieure scores. Dus onze kinderen lijken niet alleen slim. Ze *zijn* slim.
Hoewel ADHD geen invloed heeft op je intelligentie, blijven je (cognitieve) prestaties vaak achter. Omdat taken vaak niet lukken, kan dit leiden tot frustraties en een negatief zelfbeeld. Voor kinderen is het op school moeilijk om stil te zitten en voldoende concentratie voor opdrachten op te brengen.
Deze resultaten suggereren dat hoogfunctionerende dyslectici wel gebruik maken van fonologische vaardigheden om bekende woorden te spellen, maar dat ze moeite hebben met het onthouden van orthografische patronen . Hierdoor is het lastig om onbekende woorden consistent te spellen bij gebrek aan voldoende fonologische aanwijzingen of orthografische regels.
Er is niet één enkel "dyslexie-gen"; momenteel zijn er meer dan 40 genen gekoppeld aan dyslexie, elk waarschijnlijk met een klein effect op zichzelf. Er is in geval van dyslexie geen enkel "dominant" of "recessief" gen.
Hoewel we de precieze oorzaak dus niet weten, is wel duidelijk dat dyslexie een neurologische basis heeft. Dit houdt in dat afwijkingen in de hersenen leiden tot verstoringen in het opnemen van talige informatie. Het gaat dan vooral om de verwerking van klanken en letters, dat zich uit in moeite met lezen en spellen.
De meeste mensen met dyslexie zijn, op zijn minst, gemiddeld of bovengemiddeld intelligent . Vaak beschouwen kinderen die niet kunnen lezen en spellen zichzelf niet als slim. Het is erg belangrijk dat "dyslectische" studenten al hun sterke punten ontwikkelen. Technologie maakt het leven makkelijker voor kinderen die moeite hebben met lezen en schrijven.
Neurodivergent is geen synoniem voor autisme. Er zijn immers talloze manieren om neurodivergent te zijn. Autisme is er slechts een voorbeeld van zoals ook ADHD, dyslexie, dyscalculie, obsessief compulsieve stoornis, epilepsie of het syndroom van Down.
Antwoord: Nee, een leerstoornis is geen psychische ziekte . Leerstoornissen zijn neurologisch van aard. Ze zijn het gevolg van "foutieve bedrading" in specifieke delen van de hersenen.
Als een kind dyslexie heeft en daarnaast ook hoogbegaafd is, dan noemen we dat een dubbeldiagnose of in in het Engels: Twice-Exceptional. Een kind heeft dan 2 kenmerken die op elkaar inwerken, maar elkaar ook maskeren. Door de hoge intelligentie zijn ze bijvoorbeeld in staat om hun dyslexie goed te compenseren.
Dyslexie heeft geen enkele correlatie met iemands intelligentie . Sterker nog, mensen met dyslexie hebben vaak een bovengemiddeld IQ.
Hierbij wordt, voor de diagnose dyslexie, de ondergrens van een totaal IQ van 70 gehanteerd. Onder deze grens kunnen we niet meer van dyslexie spreken, maar kunnen de achterstanden op leergebied verklaard worden door de lage verstandelijke vermogens.
Veel mensen met dyslexie in hun kindertijd worden echter uiteindelijk bekwame lezers . Ook al kan het pad naar het verwerven van leesvaardigheden vertraagd zijn, leesbegripvaardigheden kunnen in de volwassenheid ver bovengemiddeld zijn en veel dyslectici volgen met succes hoger onderwijs en behalen geavanceerde graden.
Albert Einstein, Stephen Hawking, Leonardo da Vinci en Pablo Picasso behoorden tot de grootste geesten en talenten uit de geschiedenis, en ze waren allemaal dyslectisch .
1 van Nederlands bekendste YouTube-sterren is Jordi van den Bussche, beter bekend als Kwebbelkop. Het feit dat hij dyslectisch is, heeft hem er nooit van weerhouden dingen uit te proberen.
Picasso was dyslectisch , een leerstoornis die de oriëntatie van letters en woorden in zijn hersenen omdraaide. Picasso's schilderijen beeldden af wat hij zag, en zijn dyslexie was ongetwijfeld een invloed op zijn beroemde kunstwerken. Picasso's vroege schooljaren waren gevuld met mislukte pogingen om bij te blijven.