Heffingskortingen zijn persoonlijke kortingen. Ook als u een fiscale partner hebt, wordt voor ieder van u apart bepaald of u recht hebt op heffingskortingen.
Hebt u geen of een laag inkomen? En hebt u meer dan 6 maanden een fiscale partner die voldoende belasting is verschuldigd? Dan betalen wij de algemene heffingskorting aan u uit. In 2023 vervalt de uitbetaling van de algemene heffingskorting aan de minstverdienende partner, als deze geboren is na 1962.
Als u in Nederland woont en loonbelasting of inkomstenbelasting moet betalen, heeft u recht op de algemene heffingskorting. Deze korting is afhankelijk van de hoogte van uw inkomen. Heeft u geen of een laag inkomen, waardoor de korting niet helemaal met de belasting verrekend kan worden?
Anders gezegd: je komt in aanmerking voor deze heffingskorting als je partner werkt en jij niet of nauwelijks geld verdient. Je betaalt dan geen belasting. Degene die wél werkt, mag de algemene heffingskorting, het aanrechtgeld, toepassen op zijn of haar inkomen tijdens de gezamenlijke inkomstenbelasting.
Alleen de minstverdienende partner krijgt de korting. Om te bepalen of u fiscale partners bent voor de inkomensafhankelijke combinatiekorting gelden dezelfde voorwaarden als wanneer u beiden in Nederland zou wonen. U bent getrouwd en woont samen met uw partner in het buitenland.
Bent u co-ouder, werkt u en staat uw kind ingeschreven bij de andere ouder? Dan kunt u toch in aanmerking komen voor de combinatiekorting. Uw kind moet dan ten minste 3 hele dagen per week bij u wonen. En ten minste 3 hele dagen per week bij de andere ouder wonen.
Combinatiekorting: minder belasting en premie
De hoogte van de korting is afhankelijk van uw inkomen. De voorwaarden en bedragen van de combinatiekorting vindt u op de website van de Belastingdienst. Heeft u geen arbeidsinkomen of geen recht op zelfstandigenaftrek, dan krijgt u deze korting niet.
Wanneer je partner geen inkomen heeft en geboren is voor 1963, dan heeft je fiscale partner recht op de uitbetaling van algemene heffingskorting van € 2.888,- per jaar. Alleen de voorwaarde is wel dat jij voldoende belasting betaalt. Jij betaalt belasting over jouw inkomen.
U krijgt de ouderenkorting als u uiterlijk op 31 december van het kalenderjaar de AOW-leeftijd hebt. Het verzamelinkomen is het totaal van uw inkomsten en aftrekposten in de 3 boxen, zonder uw verrekenbare verliezen over vorige jaren. U krijgt deze kortingen via de AOW-uitkering van de Sociale Verzekeringsbank (SVB).
Uw heffingskortingen vraagt u aan via uw aangifte inkomstenbelasting. Wilt u de korting alvast maandelijks krijgen? Vraag dan een voorlopige aanslag aan. Beide online formulieren vindt u op Mijn Belastingdienst.
Heffingskortingen zijn kortingen op de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen. Hierdoor betaalt u minder belasting en premies. In dit voorbeeld werken we met fictieve bedragen. U hebt een belastbaar inkomen uit box 1 van € 25.000 (loon).
Als je in loondienst werkt, houdt je werkgever rekening met de algemene heffingskorting en de arbeidskorting. Deze kortingen noemen wij de loonheffingskorting. Daardoor betaal je minder loonheffing, en krijg je meer loon uitbetaald.
Samen is dit maximaal €3.044. Je betaalt 37,35% belasting over €8.200 en dat is €3.062. Trek dat van elkaar afen het is belastingvrij. Hier ligt dan ook ongeveer de grens voor 2021, het precieze bedrag is in 2021 €8.450.
De vermindering is 5,147% van het belastbaar inkomen uit werk en woning, voor zover dat hoger is dan € 20.384 (of 2,633% als u het hele jaar de AOW-leeftijd hebt). Als uw belastbaar inkomen uit werk en woning hoger is dan € 68.507, dan is uw algemene heffingskorting € 0.
Hebt u ook loon naast uw pensioen of uitkering? Dan houdt u recht op de arbeidskorting en de inkomensafhankelijke combinatiekorting. De hoogte van deze kortingen hangt af van uw looninkomsten. Het bedrag dat u aan pensioen of een uitkering ontvangt, telt voor het bedrag van deze kortingen niet mee.
Bent u getrouwd of woont u samen dan is het nieuwe AOW bedrag per 1 januari € 901,07 bruto per persoon. Netto houdt u daar € 851,52 aan over. Hierbij is rekening gehouden met €172,50 loonheffingskorting en € 49,55 Zvw premie. De AOW uitkering in 2022 is netto €12,97 hoger dan 2021.
Tip: pas de korting toe op de hoogste uitkering (of inkomen)
Als u AOW ontvangt, houdt de Sociale Verzekeringsbank (SVB) bij het uitbetalen van de AOW al rekening met de loonheffingskorting. Is het pensioen hoger dan de AOW? Dan is het raadzaam dat u de korting laat toepassen op uw pensioen in plaats van op de AOW.
Geen AOW-partnertoeslag
De partnertoeslag is komen te vervallen sinds 1 januari 2015. Als u nu voor het eerst AOW krijgt, ontvangt u geen AOW-toeslag meer voor uw jongere partner. Ook niet als uw partner geen inkomen heeft of niet te veel verdient.
Van het inkomen van uw partner wordt bij de vaststelling van de hoogte van de AOW partnertoeslag geen rekening gehouden met de eerste € 252,72 aan salaris. Als u en uw partner samen een inkomen hebben of krijgen van meer dan €2.947,74 bruto per maand, wordt de maximale partnertoeslag met 10% gekort.
Fiscaal partnerschap heeft als grootste voordeel dat je in de aangifte inkomstenbelasting bepaalde inkomsten en aftrekposten vrij aan elkaar kunt toerekenen (in zelf te kiezen verhoudingen). Het grootste nadeel van fiscaal partnerschap? Een hoger drempelbedrag voor persoonlijke aftrekposten.
Heffingskortingen zijn kortingen op de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen. Hierdoor betaalt u minder belasting en premies. Welke heffingskortingen u krijgt, hangt af van uw persoonlijke situatie. Bent u in loondienst of krijgt u een uitkering?
De inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK) is een Nederlandse heffingskorting voor de ouder van een jong kind, als deze ouder een werkende alleenstaande is of de minstverdienende van twee werkende partners.
De inkomensafhankelijke combinatiekorting is een tegemoetkoming van de belastingdienst voor werkende ouders van jonge kinderen. Het wordt uitbetaald in de vorm van een belastingteruggave. De overheid wil ouders zo aanmoedigen om te gaan werken.