Multipele slaaplatentietest (MSLT) Het is een test waarbij de patiënt 4-5 keer op een dag 20 minuten op bed gaat liggen in een donkere kamer en moet proberen om te slapen. Hierbij wordt gemeten hoe lang het duurt voordat je in slaap valt (de slaaplatentie) en of er droomslaap (zogenaamde REM-slaap) optreedt.
Verschijnselen. Het meest typerende aan narcolepsie is slaperigheid en de haast onbedwingbare slaapaanvallen die overdag plaatsvinden. Ook is het lastig om 's nachts goed door te slapen. Wanneer iemand met narcolepsie 's nachts wel goed slaapt, vinden er overdag alsnog slaapaanvallen plaats.
Slaperigheid overdag ontstaat meestal doordat u 's nachts niet goed genoeg slaapt. Vaak is het zo dat u niet lang genoeg slaapt maar ook dat de kwaliteit van u slaap (de manier waarop u slaapt) niet goed is. Meestal is er sprake van een chronisch slaaptekort doordat mensen te kort op bed liggen.
Mensen zonder narcolepsie kunnen ook overmatige slaperigheid overdag, slaapverlamming en hypnagogische hallucinaties hebben. Kataplexie komt eigenlijk alleen maar voor bij narcolepsie. In de meeste gevallen is het eerste symptoom van narcolepsie dat optreedt een bovenmatige en overweldigende dwang overdag te slapen.
Ongewild in slaap vallen overdag
Overmatige slaperigheid overdag kan een teken zijn van een neurologische slaapstoornis zoals hypersomnie of narcolepsie. Maar ook een slaapapneu of een andere vorm van verstoring van de nachtelijke slaap kan leiden tot ongewenst in slaap vallen overdag.
Narcolepsie ontstaat doordat u te weinig hypocretine heeft. Dat is een stofje in de hersenen dat slapen en wakker zijn regelt. Zonder dit stofje kunt u niet lang wakker blijven of niet goed doorslapen. Narcolepsie is waarschijnlijk een auto-immuunziekte.
Slaperigheid overdag kan leiden tot een verslechtering van concentratie en reactievermogen. Meestal voelen mensen de slaperigheid wel aankomen, maar kunnen ze die uiteindelijk niet onderdrukken. Als je veel en/of lange dutten doet, bestaat het risico op omkering van het dag/nacht ritme.
Ruggenprik. Het bepalen van de hoeveelheid hypocretine wordt gedaan in ruggenmergsvocht dat wordt verkregen via een ruggenprik. Hiermee is met grote zekerheid vast te stellen of iemand narcolepsie type 1 heeft.
Bij een slaapziekte slaap je te weinig of juist te veel. Hierdoor functioneer je overdag minder goed en ben je overdag erg moe. Ook kan het zijn dat er zich tijdens je slaap abnormale verschijnselen voordoen, zoals nachtmerries, slaapwandelen en praten of tandenknarsen in je slaap.
Een zeldzame neurologische aandoening, gekarakteriseerd door excessieve slaperigheid overdag, geassocieerd met oncontroleerbare slaapdrang en kataplexie (plots verlies van spiertonus in wakkere toestand, vaak uitgelokt door aangename emoties).
17. WORDEN DE SYMPTOMEN ERGER IN DE LOOP VAN JE LEVEN? Narcolepsie is een chronische stoornis. Dit betekent dat men zijn/haar hele leven last heeft van de symptomen en waarschijnlijk zijn/haar hele leven medicijnen zal moeten gebruiken.
Nee.Narcolepsie heeft niks te maken met epilepsie. Een kataplexie aanval wordt wel eens verward met een epileptische aanval maar het zijn compleet verschillende aandoeningen.
Ongeveer 1 per 2000 inwoners heeft narcolepsie al duurt het vaak lange tijd voordat het wordt herkend. Het kan jaren duren voordat er een uiteindelijke diagnose komt.
Een zeldzame neurologische aandoening, gekarakteriseerd door overmatige slaperigheid overdag, geassocieerd met oncontroleerbare slaapdrang en soms slaapverlamming, en hypnagoge/hypnopompe hallucinaties.
Mensen met narcolepsie vallen niet alleen gemakkelijk in slaap, ook hebben ze moeite om alert te blijven als het werk of hun bezigheid te saai is, of de werkomgeving te prikkelarm. Het is dan ook aan te raden de activiteiten op school of op het werk aan te passen.
Levenslang medicatiegebruik Narcolepsie is een chronische aandoening, waarbij meestal levenslang medicatie noodzakelijk is. De gebruikte medicatie heeft frequent bijwerkingen en het is voor de individuele patiënt zoeken naar een optimum tussen de positieve effecten van het medicijn en acceptabele bijwerkingen.
Syndroom van Kleine-Levin (KLS) een zeldzame neurologische stoornis met een onbekende oorsprong, en wordt gekarakteriseerd door recidiverende-remitterende episodes van hypersomnie, geassocieerd met cognitieve en gedragsstoornissen.
Symptomen van hypersomnie
U kunt uzelf niet wakker houden, ook niet tijdens normale dagelijkse bezigheden. Dutjes overdag heffen het gevoel van slaperigheid niet op. U hebt moeite zich te concentreren.
Bij kataplexie (spierverslapping) treedt bij helder bewustzijn een kortdurende en voorbijgaande verslapping op van de skeletspieren. Daardoor kan men deze spieren even niet meer gebruiken om te bewegen. Bij de meeste patiënten beperken aanvallen van kataplexie zich tot bepaalde spiergroepen.
Bij narcolepsie waarbij slaperigheid overdag op de voorgrond staat worden pitolisant, modafinil en solriamfetol geadviseerd. Deze geneesmiddelen hebben verschillende werkingsmechanismen. Wanneer kataplexie op de voorgrond staat is natriumoxybaat de eerste keuze.
Mensen met narcolepsie hebben vaak last van een verstoorde slaap en worden vaak wakker. Dat komt door periodieke beenbewegingen, ademhalingsstoornissen of spierschokken. Daardoor hebben ze ook vaak last van concentratie- en aandachtsstoornissen.
Narcolepsie lijkt bij steeds meer mensen al vroeg, tot in de jonge kindertijd, op te kunnen treden. 1998-1999: In 1998/99 is ontdekt dat er een GEN-defect voorkwam in de erfelijke vorm van narcolepsie.
De onderzoekers raden aan om elke nacht 6 tot 8 uur te slapen. Als je meer dan 9 uur per nacht slaapt, adviseren de onderzoekers om naar de huisarts te gaan voor een algemene gezondheidscheck.
Hypersomnia is een slaap-waak stoornis waarbij iemand last heeft van extreme slaperigheid, ondanks genoeg uren slaap. Bij insomnia is het tegenoverstelde aan de hand: dan is er sprake van slapeloosheid, en lukt het maar niet om te slapen. Teveel slapen en zich overmatig slaperig voelen komt vaak voor.
“We hebben dan een verhoogde spierspanning, hartslag en ademhaling. Alles gaat op standje 'actief'”, bevestigt Kleijn. En je raadt het al: dat is precies waarom je eenmaal in bed niet meer zomaar in slaap valt. Bewust of onbewust ben je simpelweg te veel bezig met het idee te móéten slapen.