De officier van justitie geeft informatie over spreekrecht en de mogelijkheden om een schadevergoeding te eisen van de verdachte. Je kunt ook zelf vragen stellen aan de officier van justitie. Bijvoorbeeld over het onderzoek van de politie en het dossier van je strafzaak.
Rechters hebben het laatste woord bij conflicten, overtreding van regels of een misdaad. Ze beslissen of iemand de wet heeft overtreden of schuldig is aan een misdrijf. In hun vonnis leggen ze een passende maatregel of straf op. Het oordeel van de rechter is bindend.
Iedereen is voor de wet gelijk. Bij het doen van een uitspraak kijkt de rechter naar de wet, de feiten (wat is er precies aan de hand), persoonlijke omstandigheden en verklaringen van deskundigen en getuigen.
In eenvoudig Nederlands. De rechter mag niet beoordelen of wetten en verdragen kloppen met de Grondwet. De Grondwet is onze hoogste wet. Andere wetten en verdragen moeten altijd kloppen met de Grondwet.
Wat gebeurt er nadat ik als verdachte ben gehoord? Na verhoor neemt de officier van justitie een beslissing:Uw zaak wordt geseponeerd.U krijgt een oproep voor een strafzitting.
U heeft het recht om te weten van welk strafbaar feit u wordt verdacht. U hoeft de vragen niet te beantwoorden (zwijgrecht). U heeft het recht om vóór het (eerste) verhoor vertrouwelijk met een advocaat te praten. U heeft recht op de aanwezigheid van een advocaat tijdens het verhoor om u bij te staan.
In cassatie bij de Hoge Raad der Nederlanden
Een partij die het niet eens is met een uitspraak van de rechter in hoger beroep, kan in een civiele zaak, een bestuursrechtelijke zaak over fiscale/belasting en in een strafzaak in cassatie gaan bij de Hoge Raad der Nederlanden.
Tijdens zitting of in uw verzoekschrift/dagvaarding kunt u de kantonrechter aanspreken met “Edelachtbare” of meneer/mevrouw de rechter.
Een verdachte is volgens de wet iemand ten aanzien van wie uit feiten of omstandigheden een redelijk vermoeden van schuld bestaat dat diegene een bepaald strafbaar feit gepleegd heeft. Het woord "redelijk" heeft hier specifiek de betekenis dat het vermoeden beargumenteerd moet kunnen worden met relevante argumenten.
De rechtbank doet meestal niet direct uitspraak, maar uiterlijk 14 dagen na de zitting. U bent niet verplicht om bij de uitspraak aanwezig te zijn.
Algemeen geaccepteerd is (gelukkig) dat men de rechter in de rechtbank aanspreekt met mijnheer of mevrouw (de rechter). Maar ook daar zijn uitzonderingen op: zijn er meer rechters, dan spreekt men de voorzitter aan met mijnheer/mevrouw de voorzitter.
Een rechter zoekt altijd naar een passende straf en houdt daarbij rekening met de omstandigheden. Welke straf de rechter geeft, hangt af van:de ernst van het misdrijf. omstandigheden van het misdrijf en leeftijd en voorgeschiedenis van de dader.
Meestal begint een strafzaak bij de politie. De officier van justitie besluit vervolgens wel of niet te vervolgen. Bij vervolging doet de rechter een uitspraak (vonnis). In het strafrecht geldt dat de verdachte onschuldig blijft totdat het tegendeel is bewezen.
Als u wordt voorgeleid aan de officier van justitie, heeft hij uw dossier al van de politie ontvangen. Hij kent dus de feiten. Na de voorgeleiding zijn er 2 mogelijkheden: De officier van justitie vindt het niet nodig dat u nog langer vast blijft zitten.
Inverzekeringstelling. Na de eerste 9 uur kan het zijn dat de verdachte langer op het politiebureau moet blijven in belang van het onderzoek. De inverzekeringstelling duurt maximaal 3 dagen, maar kan in geval van 'dringende noodzakelijkheid' 1 keer met 3 dagen worden verlengd.
In de rechtszaal klaagt de officier van justitie een verdachte aan namens de samenleving. Hij vertelt tijdens de zitting waarvoor de verdachte terecht moet staan. Daarna neemt de rechter de tijd om de verdachte te ondervragen over de zaak.
Een sepot betekent dat u niet langer als verdachte wordt beschouwd. U wordt niet vervolgd en de strafzaak is voor justitie afgedaan. Wanneer de politie (mondeling) tegen u zegt dat de zaak wordt geseponeerd, moet u altijd vragen om een schriftelijke bevestiging.
Het streven is om binnen vier weken (kanton) of zes weken (rechtbank) na het sluiten van de behandeling vonnis te wijzen. Bij strafzaken wordt uiterlijk veertien dagen na de behandeling van de zaak uitspraak gedaan. De politierechter doet in de regel meteen na behandeling van de zaak een mondelinge uitspraak.
Wanneer een verdachte niet in voorlopige hechtenis zit, moet de strafzaak in beginsel binnen 24 maanden zijn afgerond. Er zijn uitzonderingen op die 16 maanden en 24 maanden. Wanneer een strafzaak gecompliceerd en/of omvangrijk is, mag een strafzaak van de rechter langer duren.
U krijgt een dagvaarding verdachte als u door het Openbaar Ministerie wordt verdacht van een strafbaar feit. De dagvaarding wordt aan uw huisadres uitgereikt door de politie of per aangetekende brief door de postbode. In de dagvaarding staat een strafbaar feit vermeld waaraan u zich schuldig zou hebben gemaakt.