Waarom een PEG-sonde? Het is belangrijk dat uw lichaam genoeg voedingsstoffen binnenkrijgt zodat uw conditie goed blijft. Als het niet lukt om via de mond uw voeding binnen te krijgen, is de PEG-sonde een goed hulpmiddel. Via de PEG-sonde wordt voeding direct in de maag gebracht.
Een maagsonde is een slangetje dat via de neus of de mond door de slokdarm in de maag wordt ingebracht en dient meestal om sondevoeding te kunnen toedienen. Dit geldt vooral voor patiënten aan de beademing die vanwege het beademingsbuisje (tube) niet normaal kunnen eten en drinken.
Een PEG-sonde is een slangetje tussen de huid van uw buik en uw maag. Door het slangetje kunt u vloeibare medicijnen of voeding krijgen. U krijgt de PEG-sonde tijdens een maag-onderzoek. U krijgt medicijnen om de kans op ontstekingen kleiner te maken.
De PEG sonde kan gemiddeld 1 a 2 jaar blijven zitten. De sonde kan verwijderd worden wanneer u deze niet meer nodig heeft. Wanneer er problemen zijn met de sonde kan deze vervangen worden.
Dompelen PEG(J)-sonde
Hiermee wordt voorkomen dat het inwendige plaatje dat in de maag zit in het maagslijmvlies vast gaat groeien. De sonde mag niet gedraaid worden! De dunnere sonde die door de PEG- sonde heen is gevoerd kan hierdoor namelijk terug krullen naar de maag.
De PEG-J-sonde is een sonde naar de maag en naar de dunne darm.Het inbrengen gaat hetzelfde als bij een PEG-sonde, maar duurt wel langer. Dit komt doordat de arts ook een dun slangetje in de dunne darm brengt. Een PEG-J-sonde is een goede oplossing voor mensen bij wie hun maag langzaam leeg wordt.
Het grootste verschil tussen de PRG- en de PEG-sonde is de manier van plaatsing. De PEG-sonde wordt met een kijkbuis via de slokdarm geplaatst. De PRG-sonde wordt geplaatst met behulp van röntgenbeelden.
De afkorting PEG staat voor Percutane Endoscopische Gastrostomie. Dit is een verbinding met de maag direct door de buikwand heen. Hierdoor kan voeding gegeven worden. Met een PEG-sonde kunt u sondevoeding krijgen, als het niet lukt om op een normale manier genoeg eten of te drinken.
De volgende bijwerkingen kunnen optreden tijdens en na het plaatsen van een PEG-sonde: Kokhalzen. Het inbrengen van de endoscoop doet geen pijn, maar kan wel als onprettig worden ervaren. Sommige mensen moeten kokhalzen.
Bij gebruik van de sonde: spoel deze 4x per dag (verdeeld over de dag) door met 20 tot 50 ml lauwwarm kraanwater. Bij niet-gebruik van de sonde: spoel 2 keer per dag door met 20 tot 50 ml lauwwarm kraanwater.
Sondevoeding kan worden voorgeschreven als u niet voldoende kan of mag eten en drinken vanwege ziekte, behandeling of een operatie. Met normale voeding wordt de voedingsbehoefte dan niet gedekt. Daardoor ontstaat risico op ondervoeding.
Misselijkheid en diarree zijn de meest voorkomende complicaties. Daarna volgen ongemakken veroorzaakt door een verstopte sonde. Waar misselijkheid en diarree voorbeelden zijn van lichamelijke complicaties is een verstopte sonde een zogenaamde functionele complicatie.
Contra-indicaties voor PEG zijn stollingsstoornissen, de aanwezigheid van een orgaan tussen de aanprikplaats en de maagwand, peritonitis (in het bijzonder peritonitis carcinomatosa), ernstige ascites, anorexia nervosa, psychose en een snel progressieve ziekte.
Indicaties voor het plaatsen van een neusmaagsonde
Een neusmaagsonde wordt geplaatst wanneer de patiënt niet of niet voldoende kan of wil eten via de mond.
In het algemeen kun je, zodra je in staat bent om een aantal dagen achter elkaar 75% van je calorische behoefte via de mond binnen te krijgen helemaal stoppen met sondevoeding. Maar er zijn ook diëtisten die adviseren om de maaltijden aan te vullen met orale voedingssupplementen.
Een neusmaagsonde is een alom geaccepteerde en weinig invasieve methode voor het toedienen van sondevoeding (figuur). Over het algemeen is een neusmaagsonde eenvoudig in te brengen en vooral dunne flexibele sondes zijn comfortabel voor de patiënt en worden daardoor goed verdragen.
De neussonde is een dun, flexibel slangetje dat door de neus, via de keel en de slokdarm, naar de maag of het begin van de dunne darm wordt geschoven. Wanneer u niet via de orale weg kunt eten en/of drinken maar uw maag wel het voedsel kan verwerken, wordt de sonde in de maag gelegd. Dit noemen we een neus-maagsonde.
Omschrijving. Het inbrengen van maagsonde mag alleen door een arts of verpleegkundige gedaan worden die daarvoor bevoegd en bekwaam is: dit is namelijk een voorbehouden handeling. Deze cursus geeft kennis en inzicht die nodig zijn om veilig een maagsonde te kunnen inbrengen.
'(...) Controleer of de sonde in de maag zit: zuig 10 cc water op in de spuit en plaats de spuit op de sonde en spuit het water er in.Gaat patiënt niet hoesten dan kun je ervan uitgaan dat de sonde goed zit.
93% van de patiënten met sondevoeding had een passagestoornis van oesofagus of maag en 58% van de patiënten met PV had een ileus. De mediane overleving was 17 weken voor de patiënten met SV en 12 weken voor de patiënten met PV; 29% was overleden binnen 6 weken.
Spuit 1 keer per dag water door de PEG-sonde. U mag gewoon douchen. Beweeg de sonde de eerste week zo weinig mogelijk. Dompel de sonde na 1 week elke dag.
Dan mag u de PEG-sonde niet ronddraaien. Duw de sonde na 10 dagen dagelijks 2-3 centimeter naar binnen en weer terug. Hiermee wordt voorkomen dat het inwendige plaatje in de maag zit in het maagslijmvlies vast gaat groeien. De sonde mag niet gedraaid worden!
De Flocare PUR–neus-maagsonde is de meest comfortabele en geschikte oplossing als u voor een korte periode sondevoeding krijgt toegediend. De sonde (dun, buigzaam slangetje) wordt door de neus, via de keel en de slokdarm, naar uw maag of darmen doorgeschoven.
Waarom een duodenumsonde? Het is belangrijk dat uw lichaam genoeg voedingsstoffen binnenkrijgt zodat uw conditie goed blijft. Als het niet lukt om via de mond uw voeding binnen te krijgen, is de duodenumsonde een goed hulpmiddel. Via de duodenumsonde worden voeding en vocht direct in de dunne darm gebracht.
Het zogenoemde 'buried bumper'-syndroom (BBS) is een langetermijncomplicatie waarbij het inwendige fixatieplaatje van de sonde geleidelijk migreert door de maagwand en daarbij door maagslijmvlies overgroeid raakt.