In een kasteel wonen de kasteelheer met zijn vrouw en kinderen.Ook de bedienden wonen in een kasteel. Belangrijke mensen woonden in de hoofdburcht. Minder belangrijke mensen in de voorburcht.
In een kasteel woonde vroeger een aantal mensen. Natuurlijk de kasteelheer met zijn vrouw en kinderen. Maar ook de bedienden. Alle belangrijke mensen woonden in de hoofdburcht.
Vaak werd er flink gevochten om zo'n kasteel. Als er niet gevochten werd, ging het leven op het kasteel er meestal rustig aan toe. Er werd gewoond, geleefd, plezier gemaakt. In de woonkamer van het kasteel was een lekkere openhaard.
Wie kwam je daar allemaal tegen, in en om het kasteel? Metselaars, timmerlui, stalknechten, ridders, bakkers, bedienden, kooplui, minstrelen en natuurlijk de koning zelf. In Aan het werk in het kasteel komen al deze beroepen voorbij. Sommige zijn er niet meer, maar heel veel bestaan nu nog steeds.
De ringmuur: een verdedigingsmuur rondom het gebouw. De slotgracht: kastelen waren vaak omringd door een natte of droge gracht, die diende om muren en poorten te beschermen tegen het gebruik van stormrammen. De torens: deze dienden als uitkijkpost of ter verdediging, vaak op de hoeken van het kasteel. Een poorttoren.
In een kasteel wonen de kasteelheer met zijn vrouw en kinderen. Ook de bedienden wonen in een kasteel. Belangrijke mensen woonden in de hoofdburcht. Minder belangrijke mensen in de voorburcht.
Windsor mag dan het oudste kasteel ter wereld zijn (900 jaar), dit optrekje is nog steeds favoriet bij de Britse koninklijke familie.
Een paleis is een ambtsgebouw dat een openbare of ceremoniële functie heeft. Het is vaak ook een (woon)huis voor een staatshoofd. Ook kardinalen en bisschoppen wonen normaal gezien in een paleis. Een kasteel is een versterkte woning van een gezin of kleine groep.
Een donjon is een middeleeuwse versterkte woontoren, al dan niet gebouwd op een motte. De eerste donjons waren van hout; later werden ze gebouwd met stenen uit een steengroeve of in baksteen.
In Nederland kan je heel wat bijzondere kastelen en burchten bewonderen. Meestal heb je nog eens het voordeel dat niet alleen het kasteel een lust voor het oog is maar ook de natuurrijke omgeving waarin ze staan. Verspreid over het hele land vind je ongeveer 700 kastelen, waarvan veel al dateren uit de Middeleeuwen.
Ridders leefden in kastelen. In zo'n kasteel moesten de bewoners veilig zijn tegen aanvallen van eventuele vijanden. Een kasteel werd gebouwd op een plek die moeilijk te bereiken was, bijvoorbeeld op een berg. In een kasteel woonden koningen, baronnen, ridders, bedienden en ander personeel.
Het leven in een kasteel
Vooral de rijke mensen, de koningen en de mensen van adel, woonden in kastelen. De ridders woonden vaak in landhuizen. Vaak kwamen veel mensen samen in de grote zaal van een kasteel. Daar werd met veel mensen gegeten of werden zaken geregeld.
De eerste kastelen waren van hout. Ze bestonden uit een houten toren met daaromheen een wal van aarde en een gracht. Bovenop die wal stond meestal een hek van houten palen met scherpe punten. Later kwamen er kastelen van steen.
Kasteel Hoensbroek mag zich het 'Allermooiste kasteel van Nederland' noemen. Een vakjury koos het Limburgse kasteel uit een top 5 waar ook Kasteel Westhove (ZL) , Kasteel de Haar (UT), Kasteel Huis Bergh (GD) en Kasteel Doorwerth (GD) in stonden.
Een rechtsom draaiende wenteltrap gaf het voordeel aan de verdedigers die zich aan de bovenkant van de trap hadden opgesteld. Aangezien rechts als dé zwaardhand gold was het voor de aanvallers lastig om de eerste slag toe te brengen.
De eerste kastelen werden tussen 800 en 1000 na Christus gebouwd. In die tijd maakten de Noormannen de kusten van Europa onveilig: ze plunderden dorpen en boerderijen. De mensen waren bang en probeerden hun woning en hun land tegen de indringers te beschermen. Sommigen bouwden een wal of muur om hun huis.
Kasteel de Haar is het grootste kasteel van Nederland en ligt vlak buiten Utrecht en slechts een half uur rijden van Amsterdam. Het heeft alles wat je van een kasteel verwacht; torens en transen, grachten, poorten en ophaalbruggen.
Begrippen slot, huis en kasteel
'Slot' is vanaf de 14de eeuw synoniem aan 'burcht'. In de Nederrijnse bronnen komt het in de betekenis van burcht voor het eerst voor in 1339. In de 19de eeuw krijgt slot een romantische betekenis waarbij de weerbaarheid is verdwenen.
Het woord kasteel is afgeleid van het Latijnse 'castellum', dat fort of toevluchtsoord betekent. Een kasteel verrees soms op de plek van een castellum als zelfstandig en verdedigbaar versterkt bouwwerk. Het werd ook als woonhuis benut, vaak door een betrekkelijk kleine groep mensen.
Burg Hochosterwitz, Oostenrijk
De nummer één is… het kasteel Hochosterwitz in Oostenrijk! Dit bijzondere kasteel verdient de eerste plek voor de mooie route naar de burcht toe.
Malbork, ook wel bekend als Slot Mariënburg, is het grootste kasteel ter wereld. Je vindt dit kasteel in het gelijknamige plaatsje Malbork in het noorden van Polen, vlakbij de stad Gdansk. Het kasteel is gebouwd in 1274 en werd vanwege de toenemende grootte van het leger gedurende de jaren steeds verder uitgebouwd.
De plek met de meeste kastelen is Wales, waar je meer van deze imposante bouwwerken per vierkante kilometer vindt dan waar dan ook in Europa. Van de noordelijke bergstreek Snowdonia tot de Swansea Bay in het zuiden, overal zie je kastelen opdoemen die in de Arthur-legenden niet zouden misstaan.
Neem eens een kijkje naar het kasteel en zijn bewoners. De mensen die in een kasteel wonen zijn: Ø De Heer, de baas van het kasteel.
Kasteel Heeze is een van die laatst bewoonde kastelen en alleen al om die reden bijzonder te noemen. De geschiedenis van de bewoners van Kasteel Heeze gaat ver terug, naar 1760 om precies te zijn.