De kabinetten-Gerbrandy staan ook bekend als de 'Londense kabinetten', omdat de regering daar in verband met de Duitse bezetting van Nederland verbleef. Gerbrandy was als minister-president een onvermoeibaar strijder voor de Nederlandse zaak.
¹ Na de invasie van nazi-Duitsland in Nederland werd op 13 mei 1940 generaal Henri Winkelman (na vertrek van koningin en kabinet naar Londen) benoemd tot de facto regeringsleider in Nederland. Hij bleef in die functie tot aan de capitulatie van Nederland op 15 mei 1940.
Toen in mei 1940 de Duitsers Nederland binnen vielen, vluchtte de Nederlandse koninklijke familie, onder dwang van het kabinet, naar Engeland. Wilhelmina was op dat moment koningin van Nederland en groeide uit tot een symbool van verzet tegen de Duitsers.
Vanuit Hoek van Holland vertrekt het Nederlandse gezelschap op een Brits oorlogsschip naar Groot-Brittannië. De regering vestigt zich in Londen. Doordat er in Londen geen parlementaire controle is, kan de koningin een belangrijk stempel op het kabinet drukken.
De Staten-Generaal, bestaande uit de Eerste Kamer en de Tweede Kamer, vormen het parlement van Nederland en zijn het hoogste bestuursorgaan. De Staten-Generaal hebben, tezamen met de regering, de wetgevende macht in Nederland. Het is een overheidsorgaan dat zijn bevoegdheden heeft gekregen op basis van de Grondwet.
In dit centrumrechtse kabinet werkten vier partijen samen: KVP, ARP, CHU en VVD . Minister-president Piet de Jong was afkomstig uit de KVP. Het kabinet trad na de verkiezingen van 1967 aan als opvolger van het kabinet-Zijlstra.
Grote bedrijven als Philips en DAF, maar ook plaatselijke schildersbedrijven die bunkers verfden, bijvoorbeeld die op Schiermonnikoog. Het beton voor die bunkers werd ook door Nederlanders geleverd, onder meer vanuit Hoogkerk door het bedrijf Kool en Wildeboer. Na de oorlog werd streng opgetreden tegen deze bedrijven.
De Duitse Wehrmacht en de SS vielen op 1 september 1939 Polen binnen. Het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk verklaarden op 3 september 1939 de oorlog aan Duitsland. Polen werd na een maand veroverd.
Strategisch belang van Nederland
De geplande aanval op Nederland is onderdeel van een groter aanvalsplan met de codenaam Fall Gelb. De Duitsers hebben als doel Frankrijk te verslaan. Via Nederland en België willen ze de Franse verdedigingslinie aan de oostgrens omzeilen.
Koningin Wilhelmina regeert vervolgens vijftig jaar. Als staatshoofd maakt zij twee wereldoorlogen en de dekolonisatie van Indonesië mee. In de jaren 1940-'45 verblijft zij met het kabinet in ballingschap in Londen.
Telegraaf. De Telegraaf, het Algemeen Dagblad en De Volkskrant (tot 1941) mogen van de Duitsers verschijnen omdat ze gehoorzamen aan de Duitse censuur. Tot oktober 1944 houdt De Telegraaf zich vooral op de vlakte. Daarna onder SS-leiding niet meer.
Toch viel Hitler in 1939 Polen aan. Dit vormde het begin voor de Tweede Wereldoorlog, waarbij Groot-Brittannië en Frankrijk de oorlog verklaarden aan Duitsland. Samen vormden deze twee landen de geallieerden. Zij vochten tegen de as-mogendheden: Duitsland, Italië en Japan.
In totaal moesten zij 132 miljard Duitse mark aan schadevergoeding betalen. Duitsland voelde zich hiermee aangewezen als schuldige van de oorlog. De Duitse economie kreeg het door de hoge schulden zwaar te verduren. De ergernis werd vergroot nadat de bondgenoten van Duitsland hun schuld kregen kwijtgescholden.
De NSB huldigde de ideologie van het nationaalsocialisme, presenteerde zich vanuit een anti-democratische gezindheid zelf niet als partij maar als een beweging en fungeerde ten tijde van de Duitse bezetting van Nederland in de Tweede Wereldoorlog als collaboratiepartij.
In de vroege ochtend van 10 mei 1940 vielen Duitse troepen Nederland binnen. Het Nederlandse leger was onvoldoende voorbereid op een inval en werd in enkele dagen onder de voet gelopen.
Anthony Robert (Anthony) Eden, Graaf van Avon (Durham, Engeland, 12 juni 1897 – Alvediston, Engeland, 14 januari 1977) was een Brits politicus en diplomaat van de Conservative Party en premier van het Verenigd Koninkrijk van 1955 tot 1957.
Louis Joseph Maria Beel (Roermond, 12 april 1902 – Utrecht, 11 februari 1977) was een Nederlandse politicus voor de RKSP en later voor haar opvolger de KVP. Hij was tweemaal minister-president van Nederland, in de periodes 1946-1948 en 1958-1959.
De minister-president is, zoals dat ook wel genoemd wordt: 'primus inter pares', de eerste onder gelijken. De minister-president wordt ook wel 'premier' genoemd. De minister-president is eindverantwoordelijk voor het algemeen regeringsbeleid, maar de ministers blijven voor hun eigen beleidsterrein verantwoordelijk.
Macht heeft de koning niet. Voor het uitvaardigen van wetten en besluiten zijn de handtekening van zowel de koning als een minister nodig. De minister(s) zijn verantwoordelijk. De positie van de koning en de opvolging zijn geregeld in de Grondwet, vandaar dat in Nederland sprake is van een 'constitutionele monarchie'.
De koning kan dus weigeren een wet te ondertekenen, maar alleen wanneer een minister bereid is hiervoor de politieke verantwoordelijkheid op zich te nemen. Dit komt erop neer dat een koninklijk veto eigenlijk een regeringsveto is.
De regels voor troonopvolging zijn vastgelegd in de Grondwet. De Koning aanvaardt het Koningschap voor het leven, dit wil zeggen dat hij in beginsel Koning blijft tot hij overlijdt. In de Grondwet is wel de mogelijkheid opgenomen dat een Koning al eerder afstand doet van de troon, dit wordt abdicatie genoemd.