Beenmergaspiraat: De arts voert de beenmergpunctie uit met een dunne holle naald en zuigt met een spuit de beenmergvloeistof op. Dit noemen we 'aspiraat' en ziet eruit als bloed.
De arts prikt in de bekkenkam. Daarna gaat de arts met de holle naald via de huid naar het bot. Dit voelt u wel, echt pijn doet het niet. Alleen als de arts het beenmerg uit het bot zuigt, voelt u kort een scherpe pijn.
Een beenmergpunctie is een onderzoek waarbij beenmergcellen worden weggenomen voor microscopisch onderzoek. Dit gebeurt door met een dikke holle naald de beenmergholte aan te prikken. Meestal gebeurt dit in het bekken boven de linker of rechter bil (zelden in het borstbeen).
Een beenmergpunctie is een onderzoek waarbij de arts wat beenmerg uit het bot haalt. Een beenmergpunctie vindt altijd onder narcose plaats.
De beenmergpunctie duurt ongeveer tien tot twintig minuten. Inclusief voor- en nazorg bent u ongeveer drie kwartier tot een uur in het ziekenhuis.
Beenmergpunctie onder een “roesje”
Het slaapmiddel kan als bijwerking tijdelijk geheugenverlies geven, hierdoor kunt u zich delen van het onderzoek achteraf niet meer herinneren.
De eerste symptomen (verschijnselen) van acute leukemie zijn vooral vermoeidheid en bloedarmoede. Ook kunt u vaker infecties hebben, blauwe plekken en slijmvliesbloedingen in mond en neus. Daarnaast ontstaan soms klachten als botpijnen, gezwollen tandvlees en klachten als gevolg van vergrote lymfklieren en milt.
Het doel van de beenmergpunctie is om bij een verdenking van een verstoorde aanmaak van de bloedcellen te onderzoeken of dit daadwerkelijk zo is. In het beenmerg worden alle bloedcellen aangemaakt. Het beenmerg bevindt zich bij volwassenen vooral in het bekken, de ribben en in het borstbeen.
Bij acute leukemie rijpen de witte bloedcellen in het beenmerg niet uit. Bij chronische leukemie rijpen de cellen nog redelijk goed uit, maar werken ze niet helemaal normaal. Het soort bloedcellen dat ongecontroleerd gaat delen, bepaalt of het om lymfatische of myeloïde leukemie gaat.
De symptomen van beenmergfalen hangen af van welke cellen uitvallen. Een laag aantal rode bloedcellen veroorzaakt vermoeidheid, bleek zien, kortademigheid en duizeligheid. Door een tekort aan witte bloedcellen is de afweer verminderd en kunnen er vaak en ernstige infecties optreden met koorts.
De diagnose wordt gesteld door onderzoek van uw bloed. Meestal onderzoeken we ook het beenmerg. Vaak is er geen sprake van leukemie, maar van bloedarmoede, te weinig bloedplaatjes of te veel of te weinig witte bloedcellen. Acute myeloide leukemie en acute lymfatische leukemie zijn agressieve vormen van leukemie.
Ondanks de plaatselijke verdoving kan het zijn dat u wel pijn voelt tijdens de biopsie. Dit varieert heel erg per patiënt en is moeilijk te voorspellen. Sommige mensen merken er vrijwel niets van, anderen voelen enige pijn die wel goed te verdragen is, maar soms is de biopsie erg pijnlijk.
De meest voorkomende klacht is pijn aan de botten. Vooral die botten waarin veel beenmerg zit zoals de wervels, bekken, heupen en het borstbeen kunnen ernstig aangetast raken door de ziekte. Er ontstaat pijn en er kunnen gaten in de botten komen. Hierdoor ontstaan botbreuken en ingezakte wervels.
De verdoving werkt alleen voor de huid en het botvlies, het bot zelf kan niet verdoofd worden. Als de verdoving is ingewerkt, maakt de arts een kleine snede in de huid. Met een speciale naald wordt wat beenmerg opgezogen. Dit kan enkele seconden een pijnlijk, trekkend gevoel geven.
Waarom iemand acute leukemie krijgt, is vaak niet te zeggen. De oorzaak zijn meerdere fouten (mutaties) in het DNA van de stamcellen in het beenmerg. Deze mutaties ontstaan spontaan. Wel neemt de kans op deze mutaties toe door bestraling of blootstelling aan bepaalde chemische stoffen.
Beenmerg wordt afgenomen door middel van een cristapunctie. Bij een cristapunctie ligt u op de linker- of rechterzij en wordt het beenmerg uit uw bekken opgezogen. Indien nodig kan er ook een botpijpje (beenmergbiopt) worden afgenomen. De plaats van de punctie wordt eerst goed verdoofd.
De woekering van abnormale witte bloedcellen komt vooral tot uiting in: zwelling van de lever, de milt en de lymfeklieren. bot- of gewrichtspijn, zozeer zelfs dat het kind mank gaat lopen (dit is te wijten aan de woekering van leukemische cellen in het betrokken beenmerg)
Door een woekering van deze lymfocyten ontstaat er een ophoping van niet goed werkende cellen in het lichaam, wat klachten kan geven. Deze klachten kunnen bestaan uit vermoeidheid, nachtzweten, koorts, opgezette lymfeklieren en bloeduitstortingen.
Afhankelijk van de bij u ontdekte vorm is de levensverwachting langer dan 10 jaar met een goede kwaliteit van leven en geen of nauwelijks behandelingen of korter dan 10 jaar met meer noodzaak tot behandelen. CLL is tot nu toe nog niet te genezen.
Leukopenie is een tekort aan witte bloedlichaampjes in uw bloed. Deze witte bloedlichaampjes zorgen voor afweer tegen infecties. Als u hier een tekort aan heeft, dan bent u vatbaarder voor infecties. Het kan zijn dat u last krijgt van misselijkheid en braken.
Bloedarmoede betekent dat er te weinig rode bloedcellen in het bloed zitten of dat de rode bloedcellen niet goed werken. Daardoor kan het bloed minder zuurstof vervoeren. Dit kan verschillende klachten veroorzaken, waaronder vermoeidheid, bleekheid en kortademigheid. In de rode bloedcel zit hemoglobine (Hb).
Er zijn veel redenen om beenmerg te willen onderzoeken: Een tekort of juist teveel aan bloedcellen zou kunnen betekenen dat er op het niveau van de aanmaak iets mis is. Veel goedaardige en kwaadaardige bloedziekten starten in het beenmerg.
Er zijn regionale metastasen (dit zijn uitzaaiingen in de buurt van de oorspronkelijke tumor, voornamelijk in de lymfeklieren) of metastasen op afstand (in andere organen, zoals de lever, de hersenen, het bot ...).
Botpijn komt voor als er uitzaaiingen zijn in een van de botten van het skelet. Botpijn wordt vaak omschreven als een diepe, doffe pijn (zoals groeipijn) die je niet echt kunt 'aanraken'.