De logopedist stelt de diagnose vermoedelijke TOS (zie ook kader 2) en legt de afspraken vast in het zorgdossier. Na tien behandelingen hebben ouders en logopedist geen vooruitgang opgemerkt. De behandelend logopedist adviseert, zoals besproken, de ouders om multidisciplinair onderzoek op een AC te laten verrichten.
Zolang deze zaken niet zijn uitgesloten (exclusiecriteria), diagnosticeert de logopedist een vermoedelijke TOS. De logopedist mag wel starten met de behandeling.
een onderzoek naar de verstandelijke mogelijkheden (psycholoog of orthopedagoog) een neurologisch onderzoek (kinderneuroloog) een gehooronderzoek (neus-keel-oorarts)
De logopedist kan taaltesten en spraaktesten doen. Zo kan die zien wat er moet gebeuren. De logopedist kan ook de ouders helpen zo goed mogelijk te praten met hun kind. En op zo'n manier te praten dat het kind goed taal leert.
Sommige kinderen met een taalontwikkelingsstoornis (TOS) gaan naar een reguliere school. “Een voordeel is dat ze veel leren van klasgenoten”, legt ambulant begeleider Wilma van Ewijk uit. “Het is wel belangrijk dat de kinderen goed meekomen en zich happy voelen.
De wijze van diagnose van een spraakstoornis hangt af van het type spraakstoornis (stotteren, dysarthrie, verbale ontwikkelingsdyspraxie, verbale apraxie, stemstoornissen ...).
Na het onderzoek krijg je uitleg over wat er is onderzocht, wat de resultaten zijn en wat jouw kind kan helpen. Heeft je kind inderdaad een taalontwikkelingsstoornis?Dan krijgt hij of zij de diagnose TOS.
Deze twee neurobiologische stoornissen hebben veelal dezelfde symptomen en komen vaak comorbide voor. Ondanks vele overeenkomsten (zie verder), zijn er duidelijke verschillen tussen beide stoornissen. Kinderen met een TOS laten bijvoorbeeld nooit repeterend of compulsief gedrag zien, terwijl dit kenmerkend is voor ASS.
Een taalachterstand kan ontstaan als een kind de moedertaal weinig hoort of spreekt of middenoorproblemen heeft. Door meer taal aan te bieden, haalt het kind de achterstand vaak weer in. Bij TOS is er meer aan de hand; er is iets mis met het aangeboren vermogen om taal te leren.
Een kinder- en jeugdpsychiater, een klinisch-psycholoog of een gz-psycholoog stelt uiteindelijk vast of je kind autisme heeft (diagnose).
Kinderen met verbale ontwikkelingsdyspraxie hebben professionele hulp nodig, want deze problemen herstellen zich niet vanzelf. Onze logopedisten onderzoeken de spraak en de mondmotoriek van je kind en kijkt bijvoorbeeld hoe het kind eet en drinkt. Daarna stellen we een diagnose.
Bij een taalstoornis kan iemand zijn gedachten niet meer omzetten in woorden, zinnen en een verhaal; er kunnen problemen zijn met het begrijpen van gesproken en geschreven taal. Een spraakstoornis betreft alleen de spraak: woorden en zinnen worden niet goed of niet duidelijk uitgesproken.
De Methodiek TOS richt zich op peuters van 2 tot 4 jaar met (een vermoeden van) een taalontwikkelingsstoornis (TOS) en een normale ontwikkeling op andere gebieden, en hun ouders.
Net als dyslexie is TOS een onzichtbare handicap die kinderen enorm kan belemmeren in hun ontwikkeling. Ongeveer 5% van de bevolking heeft TOS. Een kind met TOS heeft moeite met praten en het begrijpen van taal. Hij kan woorden en klanken lastig onthouden en heeft moeite met zinsopbouw en grammatica.
Een taalontwikkelingsstoornis (TOS) is een neurocognitieve ontwikkelingsstoornis. Dit betekent dat de hersenen taal minder goed verwerken. Een kind met TOS heeft daardoor bijvoorbeeld veel moeite met praten of het begrijpen van taal. De gevolgen van een taalontwikkelingsstoornis zijn voor ieder kind anders.
TOS is een afkorting voor Taal-Ontwikkelings-Stoornis. TOS is aangeboren en het betekent dat het leren van taal niet vanzelf gaat.
Mannen met autisme hebben vaker comorbide externaliserende problemen (zoals gedragsproblemen en hyperactiviteit). Vrouwen met autisme hebben vaker comorbide internaliserende problemen (zoals angst en depressie).
om aandacht te vragen voor mensen met een taalontwikkelingsstoornis. Kinderen met TOS hebben moeite met taal. Ze hebben moeite met praten, het maken van zinnen en het leren van woorden. En ze vinden het lastig om verbale informatie te verwerken.
Wat is TOS? Een taalontwikkelingsstoornis is neurobiologische ontwikkelingsstoornis die erfelijk kan zijn. De precieze oorzaak is nog onbekend. Kinderen met TOS hebben moeite met taal.
Helaas gaat een TOS niet vanzelf over. Een TOS kan overgaan of milder worden met goede behandelingen, maar een groot deel van de kinderen met een TOS blijft er zijn hele leven last van houden. Zij blijven bijvoorbeeld moeite houden met het vinden van woorden, als ze moe zijn.
Bij een taalstoornis kan iemand zijn gedachten niet meer omzetten in woorden, zinnen en een verhaal; er kunnen problemen zijn met het begrijpen van gesproken en geschreven taal. Een spraakstoornis betreft alleen de spraak: woorden en zinnen worden niet goed of niet duidelijk uitgesproken.
Oorzaken van een taalontwikkelingsstoornis kunnen zijn: − gehoorproblemen; − complicaties bij de geboorte; − verstandelijke handicap; − langdurige en frequente ziekenhuisopnames; − hersenbeschadiging; − verminderde luisterhouding; − verminderde concentratie; − emotionele problemen; − onvoldoende taalstimulering vanuit ...
een onduidelijke uitspraak;een te zachte en/of hese stem;eentonig of nasaal (door de neus) spreken of een combinatie hiervan.