Het olympisch diploma (Engels:Olympic Certificate) is een certificaat, dat wordt uitgereikt aan de deelnemers van de Olympische Spelen met een bepaalde klassering. Sinds 1984 krijgt iedereen die bij de beste acht is geëindigd een olympisch diploma.
Zilveren medailles Nederland
Jutta Leerdam won zilver op de 1.000 meter schaatsen. Patrick Roest won zilver op de 5.000 meter schaatsen. Patrick Roest won zilver op de 10.000 meter schaatsen. Suzanne Schulting won zilver op de 500 meter shorttrack.
Het land heeft vijf keer goud en drie keer zilver. Noorwegen steeg naar de tweede plaats dankzij de gouden plak van freestyle-skiër Birk Ruud. De traditioneel sterke wintersportnatie heeft vier gouden, twee zilveren en vier bronzen medailles.
Het Olympisch diploma wordt uitgereikt aan sporters die tijdens de Olympische Spelen een plek bij de beste acht in een discipline bereiken. Tot 1984 ontvingen alleen de beste zes sporters een Olympisch diploma.
Om voor kwalificatie in aanmerking te komen moet een topsporter dus aan beide eisen voldoen: aan de internationale eisen van de internationale federatie en het IOC en aan de eventuele nationale prestatie-eisen van NOC*NSF.
Hier werden 27 sporten en vier invitatiesporten beoefend die niet Olympisch zijn. Het gaat onder meer om de sporten inline-skaten, korfbal, driebanden, lacrosse, tumbling en squash.
T&C van toepassing. In Nederland krijgt een winnaar van een olympische gouden medaille een bedrag van 30.000 euro van het NOC*NSF. Zilver levert je 22.500 euro op. Een bronzen medaille is goed voor 15.000 euro.
'Een gouden medaille is in Nederland 30.000 euro waard', vervolgt Van der Knaap. 'Een zilveren medaille 22.500 euro en een bronzen plak 15.000 euro. ' Onder modaal dus, en van opeenstapeling is eigenlijk geen sprake. 'Het is niet zo dat hoe meer je er wint, hoe meer geld je krijgt.
Goud of toch zilver? De gouden medailles die gebruikt worden op de Olympische Spelen zijn niet van massief goud, maar er is wel echt goud in verwerkt. Voor andere wedstrijden zijn niet echt regels over de medailles. Soms zijn ze verguld en soms zijn ze goud gespoten.
De gouden medaille bestaat sinds 1920 voor 92,5 procent uit zilver en slechts 1,34 procent uit goud.
Het gewicht van de medailles is ongeveer: Gouden medaille: 556 gram. Zilveren medaille: 550 gram. Bronzen medaille: 450 gram.
Op 1 staat Ireen Wüst, die op de Winterspelen 5 gouden, 5 zilveren en 1 bronzen medaille wist te behalen. Ireen Wüst heeft op de Winterspelen in Beijing historie geschreven, door ook de zesde gouden medaille te winnen.
De Amerikaanse zwemmer Michael Phelps, de succesvolste olympiër met 28 medailles.
- Anky van Grunsven wint met de Nederlandse dressuurploeg een bronzen medaille tijdens de landenwedstrijd en brengt hiermee haar totaal aantal Olympische medailles op negen. Met haar drie gouden, vijf zilveren en een bronzen medaille is ze bovendien de Nederlandse Olympiër met de meeste medailles aller tijden.
Prijzengeld Olympische Spelen
De schaatsers krijgen naast hun gouden plak € 30.000 op hun bankrekening, € 22.500 voor een zilveren medaille en voor de derde plek op het podium verdienen ze € 15.000.
Zo levert het goud Sifan Hassan 30.000 euro op. Een zilveren plak levert een Nederlandse sporter 22.500 euro op en brons 15.000 euro.
Het is niet alles goud wat er blinkt!
En dat geldt nog het meest voor de gouden olympische medaille. Puur goud, fijn goud dus, dat voor 99,9% uit goud-atomen (24k) bestaat, zou veel te zwaar en te duur zijn voor alle olympische gouden medailles.
175.000 euro voor goud, 92.000 euro voor zilver en 62.000 euro voor brons. En ook de teamsporters krijgen deze vergoeding. Na de succesvolle Zomerspelen in Tokio moest de Italiaanse sportkoepel bijna 8.000.000 euro uitkeren aan de atleten. Er zijn ook landen die helemaal geen bonus geven voor olympische medailles.
Het aanvangssalaris van een Atleten en andere sportbeoefenaren bedraag meestal tussen de € 1.294 en € 2.196 bruto per maand. Na een dienstverband van 5 jaar bedraagt het salaris tussen de € 1.608 en € 2.759 per maand bij een werkweek van 38 uur.
2. Suzanne Schulting – 55.000 euro.
In 1997 heeft het Internationaal Olympisch Comité (IOC) de danssport officieel erkend als sport, waardoor de WDSF een door het IOC erkende sportfederatie werd. Ondanks druk van het WDSF is de danssport tot nu toe geen olympische medaillesport. Wel is de danssport een sport op de Wereldspelen.
Op de Spelen van 2000, 2004 en 2008 stonden 28 sporten op het programma. Op de Spelen van 2012 waren het er twee minder vanwege het verdwijnen van het honkbal en het softbal. In 2016 werden deze sporten vervangen door golf en rugby. Ook binnen sporten zijn disciplines verdwenen.
Oorspronkelijk mochten aan het olympisch voetbaltoernooi, net als bij alle andere sporten, alleen amateurs deelnemen. In 1956 kwam daar de beperking bij dat spelers (met uitzondering van spelers uit Afrika en Azië) niet in de eindronde van het voorgaande wereldkampioenschap mochten zijn uitgekomen.