Er is een aantal criteria waar u als donor aan moet voldoen: U moet in goede conditie zijn om de procedure goed te kunnen doorstaan. U mag geen ziekten hebben die via bloed overdraagbaar zijn en die nadelig kunnen zijn voor de ontvanger. De patiënt en u moeten een identieke weefseltypering (HLA-typering) hebben.
Stamceltransplantatie is een behandeling bij leukemie, multipel myeloom en lymfeklierkanker waarbij er gezonde stamcellen worden toegediend via je bloed. Stamcellen zijn cellen die bloed maken.
Een stamceltransplantatie is een zware behandeling. Voor de behandeling bespreekt de arts de gevolgen en de bijwerkingen met je. Als je een stamceltransplantatie krijgt, heb je onder andere meer kans op infecties en bloedingen. Dat geldt zowel voor autologe als voor allogene stamceltransplantaties.
Met beenmerg transplantatie wordt bedoeld het transplanteren van afgenomen beenmerg. Met stamceltransplantatie wordt bedoeld het transplanteren van stamcellen die door een speciale voorbehandeling vanuit het beenmerg naar het bloed verplaatst zijn.
Er zijn twee manieren om stamcellen af te nemen. Het kan via het bloed (PBSC: perifere stamcelbloeddonatie) of via het beenmerg. In tweederde van de gevallen wordt gekozen voor stamceldonatie via het bloed. Het is de arts die bepaalt welke vorm wordt gekozen.
Er is een aantal criteria waar u als donor aan moet voldoen: U moet in goede conditie zijn om de procedure goed te kunnen doorstaan. U mag geen ziekten hebben die via bloed overdraagbaar zijn en die nadelig kunnen zijn voor de ontvanger. De patiënt en u moeten een identieke weefseltypering (HLA-typering) hebben.
De meeste typen somatische stamcellen zijn in lage abundantie aanwezig en zijn moeilijk te isoleren en te kweken in cultuur . Isolatie van sommige typen kan aanzienlijke weefsel- of orgaanschade veroorzaken, zoals in het hart of de hersenen.
Afhankelijk van de aandoening waarvoor patiënten zo'n behandeling krijgen, overleeft tien tot veertig procent de stamceltransplantatie niet. Uit onderzoek van het UMC Utrecht blijkt dat de overlevingskans met tien procent kan verbeteren door de chemotherapie nauwkeuriger te doseren.
Voor een autologe stamceltransplantatie komt het geheel neer op circa 50.000 euro. Nu is er veel mis met de bekostiging van deze behandeling. Een groot deel van stamceltransplantaties wordt namelijk eenvoudigweg niet vergoed.
Als een stamceltransplantatie mislukt, kunt u overlijden. Dit kan komen doordat de donorstamcellen niet aanslaan. Maar vaker komt het door ernstige complicaties zoals de graft-versus-host-ziekte of infecties. De kans op overlijden na een allogene stamceltransplantaties ligt tussen 15 en 20%.
Gemiddeld duurt dit na een allogene stamceltransplantatie één jaar. U zult gedurende dit jaar te maken krijgen met beperkingen in u dagelijks leven. Het herstel vraagt tijd en problemen als vermoeidheid, verminderde concentratie en terugkerende infecties.
Stamcellen donoren is niet pijnlijk. Wel kunnen er voor en na de afname lichte bijwerkingen optreden. Er zijn twee manieren om stamcellen af te nemen bij een donor: uit het bloed en uit het beenmerg.
Bij een deel van de patiënten komt de ziekte terug. Het risico op terugkeer van je ziekte is het grootst in het eerste en tweede jaar na de transplantatie. Als de ziekte terugkomt, zijn er soms nog andere behandelingen mogelijk.
Stamceltransplantaties worden het vaakst gebruikt om mensen te behandelen met kankers die bloedcellen aantasten, zoals leukemie, lymfoom, multipel myeloom en myelodysplastische syndromen . Ze kunnen ook worden gebruikt voor neuroblastoom, Ewing-sarcoom, hersentumoren die bij kinderen zijn teruggekomen, kiemceltumoren en teelbalkanker.
Het is namelijk de duizendste keer dat een patiënt in het UMCG een allogene stamceltransplantatie krijgt. Bij een allogene stamceltransplantatie krijgt een patiënt stamcellen van een familielid of van een onbekende donor uit een wereldwijde donorbank.
Wanneer er voldoende witte bloedcellen in het bloed zitten, komt er een einde aan de dip en start het herstel. Dit is vaak heel duidelijk merkbaar, omdat de slijmvliezen op dat moment snel herstellen en de klachten verdwijnen. Na drie tot vijf weken zijn de meeste mensen voldoende hersteld om naar huis te gaan.
De belangrijkste reden dat verzekeringen PRP-injecties of stamceltherapieën niet dekken, is vanwege de bewijsbasis. De meeste traditionele behandelingen hebben jarenlang onderzoek ondergaan om hun gebruik te ondersteunen. Hoewel PRP en stamcellen verschillend zijn, zijn het beide nieuwe technieken.
Als alles goed gaat, komt de patiënt één dag na de stamceltransplantatie terug naar MMC. Op de afdeling hematologie zijn een aantal isolatiekamers beschikbaar waar patiënten gemiddeld twee tot drie weken verblijven. Dit zijn cruciale weken in het herstel, die voor de patiënt intensief zijn.
Veel patiënten ervaren na de transplantatie concentratie- en geheugenvermindering. Deze klachten kunnen voortkomen uit vermoeidheid, stress of angst en zijn vaak van voorbijgaande aard. Bespreek zo nodig deze klacht met uw verpleegkundig specialist of uw hematoloog.
ACUTE AFSTOTING OF aGVHD
Sommige patiënten krijgen enkel een hinderlijke, maar onschuldige huidreactie met roodheid en jeuk. Soms is de huid over het hele lichaam rood gekleurd, te vergelijken met een zonnebrand. Andere mogelijke klachten zijn misselijkheid, braken en diarree.
Een stamceltransplantatie met eigen stamcellen is een zware behandeling. Uw behandelteam moet daarom weten hoe goed uw lichamelijke conditie is en of u eventuele lichamelijke beperkingen heeft. Daarom heeft u eerst een gesprek met een van uw behandelaars. Daarna volgt een uitgebreid lichamelijk onderzoek.
Zoals bij elke medische procedure, zijn er risico's verbonden aan stamceltherapie. Deze kunnen infectie, bloeding en bijwerkingen op de geïnjecteerde cellen omvatten.
Het beenmerg bevindt zich in de botten. In het beenmerg leven de stamcellen. Door deling en rijping ontstaan uit deze stamcellen de rode en witte bloedcellen en de bloedplaatjes.
Stamcelgeschiedenis
Wetenschappers ontdekten bijna 30 jaar geleden, in 1981 , manieren om embryonale stamcellen af te leiden uit vroege muizenembryo's. De gedetailleerde studie van de biologie van muizenstamcellen leidde in 1998 tot de ontdekking van een methode om stamcellen af te leiden uit menselijke embryo's en de cellen in het laboratorium te laten groeien.