Circa 1450. Vijftiende-eeuwse rijtuigbouwers uit de Hongaarse stad Kocs hingen de carrosserie op aan leren riemen. Dat maakte de kar definitief tot een koets. Zo werd het voertuig – tot dan toe slechts een rudimentair vervoersmiddel – inzetbaar als luxe-voertuig voor staatshoofden.
De koets is gemaakt van Javaans teakhout, bekleed met Surinaams bladgoud. Ze werd in Amsterdam ontworpen en gebouwd tussen 1897 en 1898 door Rijtuigfabriek v/h Gebr. Spijker.
Eerste gebruik. Op 7 februari 1901 werd de Gouden Koets voor het eerst gebruikt bij het huwelijk van Koningin Wilhelmina en Prins Hendrik.
Een koets is een twee- of vierwielig gesloten rijtuig, getrokken door een of meer trekdieren (meestal paarden). In tegenstelling tot een boerenwagen of een kar (tweewielig) is een koets goed geveerd en gesloten, waardoor de passagiers comfortabel kunnen zitten en beschermd zijn tegen weer en wind.
De Gouden Koets is bestemd om door acht paarden te worden getrokken, vandaar de bijzondere hoogte van de bok.
als trefwoord met bijbehorende synoniemen: koets (zn) : karos, landauer, rijtuig.
Het kosten van het groot onderhoud aan de Gouden Koets worden geschat op zo'n 1,2 miljoen euro. Het rijtuig dat op Prinsjesdag wordt gebruikt om het staatshoofd naar de Ridderzaal te rijden, is mogelijk zeven jaar uit de roulatie.
De Gouden Koets is ook geen eigendom van de Koning, maar is ondergebracht in de Stichting Kroongoederen. Ook andere zaken die behoren bij het Koninklijk ceremonieel, zoals de Koninklijke Kroon, zijn ondergebracht in een stichting. De Gouden Koets staat ten dienste van de Koning.
Op vrijdag 18 juni 2021 opende de tentoonstelling De Gouden Koets. Na een restauratie van ruim vijf jaar was hij voor het eerst weer te zien voor het publiek.
Voorbeelden van dieren die door domesticatie als trekdier gebruikt kunnen worden zijn: het paard (voor mennen met koetsen of het beoefenen van de mensport) de os. de hond (de hondenkar is in Nederland niet meer toegestaan, wel mogen honden trekken als sledehonden)
Eohippus. Het eerste dier dat als paardachtige wordt onderscheiden is Eohippus (of Hyracotherium). Dat dier leefde ongeveer 55-50 miljoen jaar geleden en was zo groot als een vos met een hoogte van 25 – 45 cm. Achteraan was hij hoger gebouwd, hij had een lange staart en de achterpoten waren langer dan de voorpoten.
In de 17de eeuw legde een koets 40 tot 45 kilometer per dag af. Goed georganiseerde vervoerbedrijven haalden in de 18de eeuw ruim honderd kilometer per etmaal. Rond 1830 was dat al meer dan 150 kilometer. Een postkoets had toen een gemiddelde snelheid van 5 tot 10 kilometer per uur.
De koets is gebruikt voor de kroning van elke Britse koning(in) sinds George IV (1821). Ook bij de kroning van Elizabeth II in 1953, bij haar zilveren jubileum (1977) en haar gouden jubileum (2002) werd de Gouden Koets ingezet. De koets weegt vier ton, is 7,3 meter lang en 3,7 meter hoog.
De Afdeling Koets- en Rijstal van het Koninklijk Staldepartement omvat ongeveer dertig paarden en ruim zeventig rijtuigen. Het grootste deel van de Koninklijke rijtuigen staat opgesteld en kan bekeken worden in Nationaal Museum Paleis Het Loo in Apeldoorn.
De koets op stal
In januari 2022 vertelt koning Willem-Alexander in een videoboodschap dat de Gouden Koets voorlopig niet gebruikt zal worden op Prinsjesdag en bij andere speciale gelegenheden. De koets was van juni 2021 tot eind februari 2022 te bekijken in het Amsterdam Museum met een bijbehorende tentoonstelling.
De kosten van de restauratie van de Gouden Koets bedroegen eveneens 1,2 miljoen euro. Net als bij de restauratie van de Glazen Koets zijn deze kosten opgevangen binnen Begroting I de Koning en zijn niet extra ten laste van de belastingbetaler gekomen.
Gouden Koets bezichtigen
Van 18 juni 2021 tot en met 27 februari 2022 was de gerestaureerde Gouden Koets tentoongesteld in het Amsterdam Museum. Deze tentoonstelling ging over onder andere de geschiedenis, het ambacht en de symboliek rond de Gouden Koets.
Het Koninklijk Staldepartement zorgt voor het vervoer van de leden van het Koninklijk Huis, hun gasten en de hofhouding. Het departement werd in 1815 door Koning Willem I opgericht. In 1878 werd het huidige onderkomen aan de Hogewal in Den Haag in gebruik genomen. Het ligt op het terrein van Paleis Noordeinde.
Wat niet veel mensen weten is dat de Gouden Koets een geschenk van de Amsterdammers was. De ontvanger was Nederlands eerste vrouwelijke monarch: koningin Wilhelmina die op 31 augustus 1898 haar achttiende verjaardag vierde en kort daarna in de hoofdstad werd ingehuldigd.
Vanaf 2016 ging de Gouden Koets in restauratie en is de Glazen Koets ingezet op Prinsjesdag. In 2020 en 2021 ging de rijtoer van de Koning niet door. Dit kwam door maatregelen tegen het coronavirus. Sinds juni 2020 is de gerestaureerde Gouden Koets te zien in het Amsterdam Museum.
Een rouwkoets huren kost gemiddeld 900 euro.
Met daarbij: Een voorloper. koetsiers. paarden.
De prijzen voor een trouwkoets variëren erg per model koets. Het transport is hierin ook erg kostbaar. Wij zijn vaak 1 tot 1.5 dag bezig met een ritje van soms maar 1 of 2 uur. De tarieven voor een trouwkoets starten vanaf 500 euro en kunnen oplopen tot 1250 euro, exclusief de bijkomende transportkosten.
Vaste bewoners van de stallen
Tegenwoordig staan er gemiddeld 32 paarden op stal; 8 rijpaarden en 24 koetspaarden. De rijpaarden worden met name bereden door leden van het Koninklijk Huis en de adjudanten van de koning. Er zijn twee soorten koetspaarden.
Hij liep dus ongeveer 20 km per uur. Topprestaties voor paarden zijn wedstrijden waarin zij 160 kilometer afleggen. De snelste paarden hebben op deze afstand een snelheid van 24 km per uur. Paarden kunnen dus niet alleen sneller maar ook langer hard lopen.