Bij (ver)bouwen controleert de Omgevingsdienst IJmond of dit volgens de regels verloopt. De omgevingsdienst controleert of er wordt gewerkt: volgens de omgevingsvergunning.
Beschrijving. Het team Vergunningen van de afdeling Publiekszaken is verantwoordelijk voor het toezicht en de handhaving van alle omgevingsvergunningen.
Behandelprocedure. Tijdens de status In behandeling beoordeelt het bevoegd gezag de ingediende aanvraag. Wanneer een aanvraag bestaat uit een omgevingsvergunning en een watervergunning, hebben deze meestal een apart behandelend bevoegd gezag. U hoeft zelf alleen iets te doen als het bevoegd gezag daar om vraagt.
Algemene regel. Volgens de algemene regel zijn de gemeenten (college van burgemeester en schepenen) bevoegd voor de afgifte van de stedenbouwkundige vergunning.
Een omgevingsvergunning wordt getoetst op het bestemmingsplan, de bouwverordening, de welstand en het bouwbesluit. Als de plannen voldoen aan alle gestelde eisen, moet de gemeente de vergunning verlenen.
De wet biedt de mogelijkheid om de omgevingsvergunning in plaats van deze in zijn totaliteit te weigeren op verzoek van de aanvrager gedeeltelijk te verlenen, dus te verlenen voor de activiteiten waarvoor zij niet behoeft te worden geweigerd.
Voor wie geldt de vergunning? De omgevingsvergunning is, net als de milieuvergunning, zaaksgebonden. Dit betekent dat degene die het project uitvoert, de vergunninghouder is. Dit is ook degene die verantwoordelijk is voor de uitvoering, dus de eigenaar of opdrachtgever (artikel 2.25 Wabo).
Bij een gewone procedure valt de beslissing binnen een termijn van 105 dagen, tenzij een advies van een omgevingsvergunningscommissie vereist is. In dit geval moet binnen een termijn van 120 dagen een beslissing genomen worden.
Het bevoegd gezag stuurt aanvraag, ontwerpbesluit en/of het definitieve besluit aan bepaalde personen of instanties. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het orgaan dat de verklaring van geen bedenkingen afgeeft, de Inspectie of een ander bestuursorgaan dan het aangewezen bevoegd gezag.
De hoofdregel (art. 2.4, lid 1 Wabo) is dat burgemeester en wethouders van de gemeente waar het betrokken project in hoofdzaak wordt of zal worden uitgevoerd beslissen op een aanvraag om omgevingsvergunning. In bijzondere situaties moet worden afgeweken van de hoofdregel.
Hoe kan ik achterhalen of er een vergunning nodig is en of die ook is verleend? Of uw buren een vergunning nodig hebben, kunt u nakijken op de website omgevingsloket online. Door het beantwoorden van een aantal vragen komt u erachter of uw buren wel of geen vergunning nodig hebben voor het nieuwe bouwwerk.
Bezwaar of beroep tegen omgevingsvergunning
Is de omgevingsvergunning voor bouwen al verleend? Dan kunt u tot 6 weken na het verlenen van de vergunning bezwaar aantekenen bij de gemeente. De gemeente moet de vergunning dan heroverwegen.
De omgevingsvergunning werd begin 2017 in het leven geroepen en is sinds 1 januari 2018 in alle steden en gemeenten geïntegreerd. Wie bouwt en/of bedrijfsactiviteiten uitvoert die hinder kunnen veroorzaken voor mens en milieu, moet een omgevingsvergunning hebben of heeft meldingsplicht.
De gemeente handhaaft de bouwregelgeving door toe te zien op de naleving van de voorschriften, vanaf de vergunningaanvraag tot de oplevering van het bouwwerk. Het beleid hiervoor legt de gemeente vast in een handhavingsplan.
4. Wie beslist over mijn omgevingsvergunning? Het college van burgemeester en schepenen beslist over gemeentelijke projecten en projecten waarvoor noch het provinciebestuur noch de Vlaamse regering bevoegd is.
De bouwvergunning is vanaf 1 oktober 2010 opgegaan in de omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning vervangt een aantal vergunningen, waaronder de bouwvergunning, kapvergunning en sloopvergunning. De omgevingsvergunning is dus de nieuwe bouwvergunning.
De gemeente kan de omgevingsvergunning alleen terugdraaien om 'gegronde redenen'. Dat betekent dat u een goede reden moet geven, bijvoorbeeld: Uw buren willen iets bouwen dat niet past in het bestemmingsplan van de gemeente. In een bestemmingsplan staat wat er met de grond en gebouwen in een gemeente mag gebeuren.
Als iemand een omgevingsvergunning heeft aangevraagd waarvoor de uitgebreide procedure van de Wabo moet worden doorlopen, dan zal de gemeente een ontwerpbesluit ter inzage leggen. Als u het daar niet mee eens bent, kunt u een zienswijze indienen. De vergunning is dan nog niet verleend.
U vraagt de omgevingsvergunning aan via het online Omgevingsloket ((opent in nieuw venster)) (tenzij op papier indienen is toegestaan). Vervolgens wordt één openbaar onderzoek en één adviesronde georganiseerd.
Als de gemeente de vergunning niet op tijd verstrekt, wordt deze automatisch verleend. Is er aanvullende informatie nodig of wordt de aanvraag langer bekeken, dan wordt de termijn hierop aangepast en kan de aanvraag langer duren. Als dit zo is, wordt u ingelicht.
Als u de vergunning niet krijgt, kunt u het besluit aanvechten. Grofweg drie procedures zijn mogelijk om alsnog de gewenste vergunning te krijgen: Indiening bezwaarschrift. Op basis van uw bezwaren moet het bestuursorgaan een nieuwe beslissing nemen.
IS HET GEBOUW VERGUND? Een gebouw is vergund als de gemeente beschikt over de vergunning. Hierbij zit een bouwplan. Als de bestaande toestand overeenkomt met de toestand op het vergunde plan is het gebouw vergund.
Verantwoordelijkheid bouwen zonder vergunning
De aannemer draagt namelijk geen verantwoordelijkheid voor het aanvragen van een omgevingsvergunning. De enige die verantwoordelijk is, is de huiseigenaar… Jij dus!
Om een vergunning aan te kunnen vragen, moet u dus een belanghebbende zijn. Daaraan voldoet u als uw belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken. Als een vergunning wordt aangevraagd, wordt in principe aangenomen dat de aanvrager een belanghebbende is bij het besluit.
'De omgevingsvergunning is een zaaksgebonden vergunning. De <<vergunninghouder>> is dus niet degene aan wie de vergunning ooit is verleend, maar degene die het project uitvoert waarop de vergunning betrekking heeft.