Tijdens het verlof krijgen werknemers een uitkering van het UWV. Deze uitkering is maximaal 70% van hun dagloon (en maximaal 70% van het maximumdagloon). De werkgevers vragen de uitkering aan bij het UWV en betalen de werknemers uit.
Wij betalen de uitkering betaald ouderschapsverlof aan uw werkgever, nadat u (een deel van) uw verlof heeft opgenomen. We kunnen de uitkering ook achteraf aan u betalen. Hier moet uw werkgever dan voor kiezen in de aanvraag of bij een betaalverzoek.
De uitkering voor het betaald ouderschapsverlof wordt betaald door UWV en is vastgesteld op 70% van het dagloon. Er geldt wel een maximumdagloon van € 228,76 (2022). Met die reden is de uitkering nooit hoger dan 70% van dit maximumdagloon.
Werkgever vraagt uitkering aan bij UWV
De werkgever kan ervoor kiezen om het loon tijdens het verlof door te betalen. Of te wachten met uitbetaling aan de werknemer totdat UWV de uitkering aan de werkgever uitbetaalt. Dit duurt ongeveer 4 weken vanaf het moment waarop de uitkering is aangevraagd.
Ouderschapsverlof is grotendeels onbetaald
Voor de uren waarin u ouderschapsverlof heeft, krijgt u geen salaris. Sommige werkgevers betalen wel het loon (gedeeltelijk) door. Dit hangt af van uw cao of van aanvullende arbeidsvoorwaarden. Lees meer over de gevolgen van onbetaald verlof voor uw inkomen.
Partners krijgen 1 werkweek geboorteverlof. Werkt u bijvoorbeeld 5 dagen 6 uur per dag? Dan krijgt u 30 uur geboorteverlof: 5 x 6 werkuren. De werkgever betaalt dit verlof.
Wie na de geboorte van een kind minder wil werken, kan het aantal arbeidsuren in het arbeidscontract aanpassen, óf ouderschapsverlof aanvragen.
Uw werkgever mag uw verzoek om ouderschapsverlof niet weigeren. De werkgever mag alleen de verdeling van uw werkuren weigeren. Hij mag dat alleen als uw verlof het bedrijf ernstig in de problemen brengt. In dat geval overlegt uw werkgever met u over een andere verdeling van de verlofuren.
Als werkgever ben je verplicht om je werknemers toe te staan ouderschapsverlof op te nemen. Wel kun je bezwaar maken als een werknemer kiest voor een andere verdeling van verlofuren dan de gebruikelijke 50/50-verdeling. Dit kan alleen in het geval van een zwaarwegend bedrijfsbelang.
Sinds 1 januari 2019 krijgen partners 5 werkdagen vrij direct na de geboorte van hun kind. Vanaf 1 juli 2020 krijgen zij ook 5 weken betaald verlof in de eerste 6 maanden van een baby. Als de 9 weken betaald verlof vanaf 1 augustus 2022 erbij komt, komt het (deels) betaalde partnerverlof op 15 weken.
Regels ouderschapsverlof
Voor elk kind heeft u recht op ouderschapsverlof. U kunt voor meerdere kinderen tegelijk ouderschapsverlof opnemen. U hoeft dus niet eerst het verlof voor 1 kind op te maken. Beide ouders hebben recht op ouderschapsverlof.
beide ouders recht op maximaal negen weken betaald ouderschapsverlof gedurende het eerste jaar na de geboorte, met een uitkering van 70% van het (maximum)dagloon. beide ouders recht op ouderschapsverlof van totaal 26 weken voor kinderen tot 8 jaar.
Als u in loondienst werkt, heeft u vanaf 2 augustus 2022 recht op 9 weken gedeeltelijk betaald ouderschapsverlof. U krijgt dan 70% van uw salaris.
Dagen waarop je tijdkrediet of ouderschapsverlof nam, worden daarentegen niet meegeteld als gewerkte dagen. Dit betekent dat je dus minder vakantie zal verdiend hebben.
Per kind, tot de leeftijd van 8 jaar, mag men 26 keer de contracturen opnemen aan ouderschapsverlof. Het voordeel is dat de werknemer het recht op de oude contracturen behoudt. De werknemer hoeft dan nog geen officiële urenwijziging aan te vragen bij de werkgever.
Het wettelijk ouderschapsverlofrecht is onbetaald. Daarover bouwt u dan ook geen vakantie op. Soms hebben werkgevers en werknemers (deels) doorbetaald ouderschapsverlof afgesproken. Over ouderschapsverlofuren die worden doorbetaald (hoeveel maakt niet uit) vindt wel vakantieopbouw plaats.
Het ouderschapsverlof kan worden bekomen met of zonder uitkeringen: gedurende een periode van 4 maanden, onder de vorm van een volledige onderbreking van de prestaties. Die periode kan worden opgesplitst in periodes van 1 maand of een veelvoud (1, 2, 3 of 4 maanden);
Je mag in totaal 26 keer het aantal uren per week dat je werkt opnemen. Voor elk kind heb je recht op het verlof, dat je gespreid mag opnemen, zolang het maar voor de achtste verjaardag van het kind gebeurt. In sommige cao's staan daar andere afspraken over.
Sinds 1 januari 2019 krijgen partners eenmaal het aantal werkuren per week aan geboorteverlof. Werkt de partner bijvoorbeeld 5 dagen 6 uur per dag? Dan krijgt hij of zij 30 uur verlof: 5 x 6 werkuren. De werkgever betaalt het loon tijdens dit verlof volledig door.
Soms is het dus verstandiger om onbetaald verlof op te nemen, als je twijfelt over of je in de toekomst minder zou willen werken bijvoorbeeld. Onbetaald verlof opnemen betekend concreet dat je contract hetzelfde blijft maar je alleen je gewerkte uren uitbetaald krijgt.
In het geval van ouderschapsverlof ontvang je de aanmoedigingspremie 'zorgkrediet'. Die premie krijg je ook als je een ander thematisch verlof aanvraagt (of bij tijdskrediet in de privésector).
Geboorteverlof is betaald verlof. Je moet dus het volledige loon doorbetalen. Tijdens aanvullend geboorteverlof krijgt je werknemer 70 procent van zijn loon. Je vraagt daarvoor een uitkering aan bij het UWV.
Je hebt recht op ouderschapsverlof wanneer je tenminste een jaar in dienst bent bij dezelfde werkgever. Beide ouders kunnen ouderschapsverlof aanvragen. Wanneer vaders gebruik maken van deze vorm van verlof, wordt dit ook wel aangeduid met de term 'papadag'. Je hebt per kind één keer recht op ouderschapsverlof.
Gelukkig bestaat er in 2021 een regeling waarbij je minstens één werkweek betaald verlof kunt krijgen. Dit vaderschapsverlof (geboorteverlof) kan worden uitgebreid naar maximaal zes weken. Ook heb je als partner, net als de moeder, recht op ouderschapsverlof.
Beide ouders kunnen dan de eerste negen weken van ouderschapsverlof een uitkering krijgen. Het gaat om minimaal 70 procent van hun loon. De uitkering wordt betaald door het UWV. Het verlof moet dan wel worden opgenomen in het eerste levensjaar van het kind.