De kosten van kinderopvang worden door ouders, werkgevers en de Rijksoverheid samen betaald. Werkgevers betalen hun deel via de premies sociale verzekeringen, ouders de inkomensafhankelijke eigen bijdrage en de overheid de kinderopvangtoeslag.
De overheid wil ondersteunen en stimuleren dat ouders met jonge kinderen deelnemen aan de arbeidsmarkt. Daarom draagt de overheid bij in de kosten die ouders maken voor de kinderopvang. Denk aan het kinderdagverblijf, de gastouderopvang of buitenschoolse opvang (bso).
De basisschool is verantwoordelijk voor buitenschoolse opvang. Basisscholen zijn wettelijk verplicht om buitenschoolse opvang (BSO) mogelijk te maken als ouders daarom vragen (Art. 45 lid 2 WPO). Als de school een voorstel voor BSO heeft opgesteld, moeten alle ouders hierover geraadpleegd worden (Art.
De maximale vergoedingen per uur worden: voor de dagopvang € 9,12; voor de buitenschoolse opvang € 7,85; voor de gastouderopvang € 6,85.
Wat verandert er? De houder is verplicht om het minimum aantal in te zetten beroepskrachten vanaf 1 juli 2024 op het niveau van kinder centrum te berekenen en niet meer op groepsniveau. Hierdoor komt er meer ruimte om groepen in te delen op basis van de behoefte en ontwikkeling van kinderen.
Aantal uren
Je kunt per kind nooit voor meer dan 2760 uur per jaar kinderopvangtoeslag krijgen. Dat is maximaal 230 uur per maand. Vanaf 1 januari 2023 maakt het niet meer uit hoeveel uur je daadwerkelijk hebt gewerkt. Zelfs met 1 uur werken per maand, heb je recht op 230 uur opvang.
Nee, voor een tweede of volgend kind krijg je geen korting. Bij een tweede kind krijg je in verhouding wel meer kinderopvangtoeslag via de belastingdienst.
Gaat uw kind naar een geregistreerde dagopvang, peuterspeelzaal (sinds 2018 omgevormd tot kinderopvang) of buitenschoolse opvang (BSO)? Dan krijgt u mogelijk kinderopvangtoeslag. Dit is ook zo als u in het buitenland woont of werkt. Kinderopvangtoeslag is een tegemoetkoming voor ouders in de kosten van de kinderopvang.
Buitenschoolse opvang (bso) of naschoolse opvang (nso)
Dit is groepsopvang voor kinderen van 4 tot en met 12 jaar (groep 1 tot en met 8 van de basisschool).
Basisscholen hebben de wettelijke verplichting om buitenschoolse opvang te regelen voor hun leerlingen. Voor het speciaal basisonderwijs bestaat deze verplichting echter niet. Een kinderdagcentrum in Leiden heeft ervoor gekozen om niet langer kinderen op te vangen uit het speciaal basisonderwijs.
De kosten die je moet betalen voor kinderopvang zijn niet fiscaal aftrekbaar.
Als er geen plaats is in de opvang, kan de kinderopvangorganisatie ouders eventueel doorverwijzen naar een andere locatie van dezelfde organisatie. Een andere mogelijkheid is dat er nieuwe aanbieders van buitenschoolse opvang op de markt komen.
Kinderopvangtoeslag en co-ouderschap
Als jij en je (ex-)partner co-ouders zijn kunnen jullie beiden recht hebben op de kinderopvangtoeslag, als jullie ook beiden de kinderopvang betalen. Je geeft via een brief aan de Belastingdienst door dat je co-ouder hebt.
Voor de BSO geldt dat 70% van de gewerkte uren in aanmerking komt voor kinderopvangtoeslag.
Kinderbijslag tweede kind
De SVB past het bedrag van de kinderbijslag automatisch aan. Je krijgt een brief waarin staat hoeveel kinderbijslag je in deze nieuwe situatie krijgt. Je krijgt voor je tweede kind evenveel kinderbijslag als voor je eerste kind.
€ 10,92 bruto per uur
Deze indicatie is een gemiddelde, gebaseerd op een jaarinkomen van € 60.000.
Hebt u of heeft uw toeslagpartner vermogen, zoals spaargeld of beleggingen? Als dat bedrag te hoog is, kunt u geen huurtoeslag, zorgtoeslag of kindgebonden budget krijgen. Voor de huurtoeslag telt ook het vermogen van medebewoners mee. Voor de kinderopvangtoeslag is er geen maximaal vermogen.
Vanaf 2021 kunt u ook kinderopvangtoeslag krijgen als u of uw partner niet werkt, maar een permanente indicatie heeft op grond van de Wet langdurige zorg (Wlz). De andere ouder moet dan wel werken, studeren, een traject naar werk of een inburgeringstraject volgen.
Een buitenschoolse opvang is verplicht jaarlijks een risico-inventarisatie op het gebied van veiligheid en gezondheid uit te voeren. Als deze risico-inventarisatie is gedaan, kan de organisatie worden opgenomen in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen.
Op de buitenschoolse opvang mag één pedagogisch medewerker maximaal tien kinderen van 4 t/m 6 jaar opvangen, en bij kinderen van 7 t/m 12 jaar is dat aantal maximaal twaalf.
Vanaf 1 juli 2024 gaan het minimumloon en uitkeringen omhoog. Supermarkten en de horeca mogen geen tabak en e-sigaretten meer verkopen. Het is voortaan verboden om bepaalde dieren te fokken of te verkopen. De huren van sociale huurwoningen en kamers kunnen stijgen.
Het kabinet verhoogt de vergoeding voor kinderopvangkosten in 2024.De maximum uurprijs wordt voor dagopvang € 9,65, voor buitenschoolse opvang € 8,30 en voor gastouderopvang € 7,24. De ministerraad heeft daarmee ingestemd op voorstel van minister Van Gennip van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.