West-Aramees was de taal die Jezus waarschijnlijk sprak en de taal waarin een deel van de Dode Zeerollen geschreven zijn. Oorspronkelijk werd het Aramees door de Arameeërs gesproken, zij woonden in het huidige Syrië, Irak en Turkije.
Overigens houden experts er rekening mee dat in steden als Jeruzalem Hebreeuws de norm bleef. Maar Jezus kwam volgens de overlevering uit Galilea - dat was waarschijnlijk wel een Aramese streek. Rond 200 na Christus was Aramees dominant in grote delen van het Midden-Oosten.
Het Aramees wordt oorspronkelijk gesproken door de Arameeërs, een Semitisch volk dat woonde in Boven-Mesopotamië, een gebied dat zich uitstrekt over (delen van) het huidige Irak, Syrië en Turkije. Naarmate hun cultuur zich meer vermengde met de Assyrische won hun taal veld in het Assyrische Rijk, naast het Akkadisch.
Jezus sprak Aramees. Mel Gibson ook – maar niet goed, zo ontdekken we. En verder, als geintje: Jozef en Maria bij de herberg, in het Aramees. Jezus sprak Aramees.
De wortels van Arameeërs (ook wel Assyriërs genoemd) liggen in het huidige Zuidoost-Turkije, op de grens met Syrië, zoals de regio Mardin. In dit deel van het vroegere Mesopotamië ontstond één van de eerste christelijke gemeenschappen ter wereld.
Armeens. De meeste geleerden nemen aan, dat deze taal rond 450 voor Christus ontstond. Ondanks zijn leeftijd spreken ongeveer 5 miljoen in Rusland en Georgië nog steeds Armeens als hun eerste taal.
Jezus wordt vaak afgebeeld als een blonde Europeaan. Maar daar klopt niets van. Hij had waarschijnlijk donkerbruine of zwarte krullen en een korte baard, zoals bij joodse mannen in Judea gebruikelijk was. Jezus' huidskleur en uiterlijk worden niet vermeld in de Bijbel of in historische bronnen.
Jesjoea (ישוע) is een afgekorte vorm van de naam Jehosjoea (יהושע), Jozua (voornaam), te vinden in de laatste boeken van het Oude Testament. Hiervan is de hogepriester Jesjoea in de tijd van Ezra een voorbeeld. De naam betekent 'Jahwe (God) is verlossing'.
In de Orthodoxe Kerk is de gangbare uitdrukking voor Maria Theotokos (Moeder Gods).
Willibrord was in de 14e eeuw dé verspreider van het christelijk geloof in Nederland. In die tijd werden er hier allerlei goden aangehangen. Willibrord besloot de andersdenkenden te bekeren. Sindsdien kennen wij het christendom in Nederland en vieren we christelijke feestdagen als Kerstmis en Pasen.
Het Nieuwe Testament is geschreven in het Grieks, de taal die toen het meest gesproken werd. De Bijbel is vertaald in vele talen.
Het nooit uitspreken van de naam van God in het jodendom is een eeuwenoude traditie die getuigt van een zeer grote eerbied voor God. Meestal verving men de naam Jahweh door 'Heer'. In het Hebreeuws is dat 'Edonai'.
Hebreeuws behoort tot de Semitische tak van de Afro-Aziatische talen. Hierdoor is het Hebreeuws verwant aan andere Semitische talen als het Arabisch, Aramees en Akkadisch en in mindere mate ook aan andere Afro-Aziatische talen als het Berbers en het Somalisch.
Yeshua is een Hebreeuwse jongensnaam. Het betekent `God las`.
De naam Joshua betekent dus 'Jahweh is de redding'. Joshua is de Engelse naam van Jozua, een metgezel van Mozes. Hij ging met hem de berg op om de Tien Geboden te ontvangen. Na de dood van Mozes volgde Jozua hem op als leider van de Israëlieten.
'Messias' betekent 'gezalfde'. Bij de Joden is zalving een teken van goddelijke uitverkiezing. Aan de Joden is een bijzondere Messias beloofd, geroepen om een rijk van vrede en gerechtigheid te vestigen. Christenen geloven dat de beloofde Messias daadwerkelijk is verschenen in de persoon van Jezus van Nazaret.
“En dat zijn Irakese Joden.” Taylor concludeert – onder meer op basis van genetisch onderzoek – dat Jezus tussen de 1.60 en 1.70 meter lang moet zijn geweest en – net als de Irakese Joden – een lichtbruine huidkleur, donkerbruine ogen en (kort) zwart haar moet hebben gehad.
Jezus was echter een kind van zijn tijd en van zijn volk. Hij groeide op met de joodse bijbel en binnen heel bepaalde joodsreligieuze tradities, waarbij zijn Galilese afkomst mogelijk aan zijn opvattingen nog eens een bijzondere kleur gaf.
God zag er dus uit als een mens. Omdat God een wijze man was die als een vader waakte over de mensen, kozen kunstenaars er in de Middeleeuwen al voor om hem te tonen als een grijze oude man. Vaak had hij wit/grijs haar en een baard. Ook Michelangelo schilderde hem met een baard in zijn frescos in de Sixtijnse kapel.
Het woordje 'hè?' wordt waarschijnlijk universeel gebruikt over de hele wereld. Dat blijkt uit een nieuwe studie van drie taalwetenschappers uit Nijmegen. De sprekers van tenminste tien talen op vijf verschillende continenten gebruiken het woord 'hè?
Het Proto-Indo-Europees is de gemeenschappelijke voorouder van bijna alle huidige Europese talen én van allerlei talen die in India en Iran worden gesproken. Waarschijnlijk is de Indo-Europese taalfamilie zo'n 8.000 jaar geleden in Turkije ontstaan. Vanuit daar hebben de talen zich over Europa en Azië verspreid.
Een "natuurlijke" taal zoals het Nederlands wordt niet uitgevonden; ze ontstaat in een gemeenschap van sprekers. Het Nederlands behoort tot een grote groep talen, die we de Indo-Europese talen noemen.