Uranus bezit de koudste atmosfeer van ons zonnestelsel, nog kouder dan de verder gelegen planeet Neptunus. In de atmosfeer van Uranus zakt de temperatuur tot een minimum van -224 graden Celsius. De gemiddelde temperatuur bedraagt er -196 graden Celsius.
Uranus is ook ijskoud!
Het is de koudste planeet in het zonnestelsel, ook al staat hij niet het verst van de zon. We weten niet waarom de ijsreus niet veel warmte heeft.
Het is moeilijk voor te stellen hoe koud het op planeet Pluto is. Het is er heel koud, héél erg koud: 203 graden onder nul. De nieuwe temperatuur is gemeten door onderzoekers uit Amerika. Op de planeet is het een heel stuk frisser dan gedacht.
Uranus heeft de koudste atmosfeer van ons zonnestelsel met een minimumtemperatuur van -224 graden Celsius. De atmosfeer van Uranus bestaat voor 83% uit waterstof, 15% uit helium en 2% uit methaan. Bovendien bevat hij ook sporen van ammoniak, ethaan, ethyn, koolstofmonoxide, water en waterstofsulfide.
Op basis van de hoeveelheid zonlicht die de gasreus Jupiter ontvangt, zou je in de bovenste atmosfeer een kille temperatuur van -73 °C verwachten. Maar uit metingen blijkt dat het er een zinderende 426 °C is.
Het verschil tussen werkelijk gemiddelde oppervlakte temperatuur en effectieve temperatuur zegt dan iets over de broeikaswerking van de atmosfeer en wordt het natuurlijk broeikaseffect genoemd. De effectieve temperatuur van Venus is 238 K (=-35ºC) en verassend genoeg lager die van de aarde (Teff=255 K).
VY Canis Majoris (VY CMa) is een type M superreus of hyperreus in het sterrenbeeld Grote Hond (Canis Major). Het is een van de grootste sterren die in het heelal zijn ontdekt. De straal van de rode ster is ongeveer 1420±120 maal zo groot als die van onze zon, waardoor onze zon er enkele miljarden malen in zou passen.
Door de dikke bewolking en dichte atmosfeer is het er erg warm. De temperatuur kan oplopen tot 465 graden Celsius en daarmee is Venus de heetste planeet in het zonnestelsel. Omdat Venus de planeet is die het dichtst bij de aarde staat, is er veel onderzoek naar gedaan.
De planeet in ons zonnestelsel die het verst weg staat is Neptunus. Als je vanaf de zon reist duurt het heel lang voordat je er bent. Je komt dan eerst langs de zeven andere planeten in ons zonnestelsel. Neptunus is wel 57 keer zo groot als de aarde.
Mercurius is de kleinste planeet in het zonnestelsel. Maar zeker niet de minst interessante! Wat maakt Mercurius uniek? Mercurius is de eerste planeet in ons zonnestelsel en staat dus het dichtst bij onze zon.
De onderzoekers bevelen een missie aan die niet langer dan vier jaar duurt. Een langere reis zal astronauten namelijk blootstellen aan een te hoge hoeveelheid gevaarlijke straling. Een reis van vier jaar is overigens goed denkbaar: een enkeltje naar Mars duurt ongeveer negen maanden.
Jupiter - niet alleen de meest massieve en de grootste planeet van ons zonnestelsel, maar ook de meest heldere aan de hemel. Samen met Uranus, Neptunus en Saturnus wordt hij beschouwd als de reus.
Pluto is kleiner dan onze maan en die geringe omvang en de sterk elliptische baan om de zon waren voor sommige astronomen een reden om te betwijfelen of het object wel tot de planeten moest worden gerekend en niet een planetoïde is, waarvan er inmiddels honderden in de Kuipergordel gevonden zijn.
Deze begint bij de 'absoluut' laagste temperatuur, 0 kelvin (-273,15°C). Op het nulpunt staan alle deeltjes in een gas helemaal stil. Omdat de beweging van deeltjes gerelateerd is aan temperatuur, zou niets kouder kunnen zijn dan 0 kelvin.
Venus is helemaal geen ster, maar in spreektaal zegt men het wel. De wolkendeken zorgt er niet alleen voor dat de planeet goed zichtbaar is, maar ook dat de hitte op Venus wordt vastgehouden. Hierdoor is de planeet nóg heter is dan Mercurius, terwijl die juist dichter bij de zon staat.
In ons zonnestelsel is vrijwel zeker water op:
Enceladus (maan van Saturnus) Ganymedes (maan van Jupiter) Uranus. Neptunus.
De aarde bevindt zich op ongeveer 150.000.000 km van de zon. De dichtstbijzijnde ster staat op een afstand van ongeveer 4 lichtjaar, dat is een slordige 40.000.000.000.000 km. Veel nulletjes... het gaat dus over veertigduizend miljard km.
De ster die (agezien van de zon) het dichtst bij de aarde staat, bevindt zich op een afstand van 4,2 lichtjaar.
Er is een nieuwe recordhouder in de ruimte: een gammaflits die op 23 april werd waargenomen komt van een object dat 13,1 miljard lichtjaar ver staat. De leeftijd van het heelal is 13,7 miljard jaar, dus deze flits is slechts 600 miljoen jaar na de oerknal ontstaan.
In het zonnestelsel vallen alleen de Aarde en Mars in de bewoonbare zone; Venus en Mercurius staan te dicht bij de Zon, de andere planeten te ver ervandaan.
Op de maan is het altijd heel erg koud
De maan heeft geen atmosfeer en daarmee ook geen bescherming tegen de straling van de zon. In het zonlicht is het er 120°C boven nul. Zonder atmosfeer kan er op de maan ook geen warmte worden vastgehouden. Aan de nachtzijde is het dan ook meteen ijskoud, 170°C onder nul.
Vier van deze planeten zijn goed met het blote oog te zien: Mars, Jupiter, Saturnus en Venus. Ze lijken op grote sterren, maar het verschil is dat je ze niet ziet knipperen.
De gigant heeft de bijnaam Hyperion gekregen, naar een Titaan uit de Griekse mythologie. Hyperion is het grootste object dat we tot nu toe in het vroege heelal hebben waargenomen.
Ongeveer twaalf keer zo klein als onze zon. Dat is de kleinste ster die tot nu toe gevonden is. Wetenschappers van Cambridge University noemen hem EBLM J0555-57Ab. EBLM J0555-57Ab mag dan wel klein zijn, hij is wel tien keer zo groot als onze aarde.
De grootste structuur in het universum is tien miljard lichtjaar groot. Het is een gigantisch astronomisch 'voorwerp' dat is opgebouwd uit kleinere onderdelen: sterrenstelsels. Deze nieuwe structuur verbetert het oude grootterecord met een factor 2,5.