Welke naam eerst op envelop? Bij stellen waarvan de partners allebei hun eigen achternaam gebruiken, worden in de adressering op de envelop en bovenaan een brief beide personen genoemd, met hun eigen voorletters: De heer A. de Zwart en mevrouw K. Verschuur.
Adressering in Nederland
Vermeld de titel bij de juiste persoon. Bij ongetrouwde koppels of bij twee getrouwde mensen die elk hun eigen achternaam gebruiken, worden in de adressering beide personen genoemd, ieder met hun eigen voorletters.
Adressering in een brief
Vermeld de naam van de geadresseerde voluit als u die kent. Als u de voornaam niet voluit kent, vermeldt u een of meer initialen. Maak door de aanschrijftitel duidelijk wat het geslacht van de geadresseerde is.
Als u de naam van de ontvanger niet kent, maar zeker weet dat het om een man gaat, gebruikt u Geachte heer. Als het om een vrouw gaat, gebruikt u Geachte mevrouw. Als een persoon in een bepaalde functie wordt aangesproken, zijn combinaties met Mijnheer de en Mevrouw de gebruikelijk, zonder het woord geachte.
Als u de naam en het geslacht van de geadresseerde weet, is de beste aanhef in een zakelijke brief of e-mail Geachte heer + de achternaam of Geachte mevrouw + de achternaam. Als u het geslacht niet weet, is onder meer Geachte heer of mevrouw + de achternaam gebruikelijk.
Bovenaan de brief vermeldt u uw adres en dat van de geadresseerde, de datum en de aanhef. U sluit de brief af met uw naam en handtekening.
Een adres wordt op een enveloppe geschreven. De naam en het adres van de persoon of het bedrijf moeten op de voorkant worden geschreven. Dat is waar de brief naartoe gaat. Je schrijft je naam en adres op de achterkant.
De correcte spellingen zijn envelop en enveloppe.
De heer en mevrouw wordt als dhr. en mevr. of dhr. en mw.
Namen op trouwkaarten
Voor jullie trouwdag is hij nog niet het hoofd van jullie gezin dus krijgt de vrouw de eer. Haar naam wordt dus als eerst vermeld op de trouwkaart voor de bruiloft. Na de bruiloft wordt op alle officiële communicatie de naam van de man eerst genoemd.
De voorzijde van de kaart aan de voorzijde van de envelop. Als je hem ontvangt kijk je naar de voorzijde. Dan draai je hem om zodat je de envelop open kan doen en dan weer terug om de kaart er uit te pakken.
alle vaste briefonderdelen beginnen links tegen de kantlijn; de volgorde van de vaste onderdelen is: afzender, geadresseerde, plaats en datum, onderwerp, kenmerk, aanhef, briefinhoud, slotformule en ondertekening, bijlagen en kopie; een nieuwe alinea begint niet met een inspringing, maar na een witregel.
– Als er meer ondertekenaars zijn, kunnen hun namen naast of onder elkaar worden geplaatst. Als slechts één van hen de brief ondertekent, kan onder diens naam (na de eventuele functienaam) worden toegevoegd 'mede namens …'
Vroeger werd mejuffrouw gebruikt als mondelinge en schriftelijke aanspreekvorm voor ongehuwde vrouwen. De gewone aanspreekvorm voor een volwassen, al dan niet gehuwde vrouw is tegenwoordig mevrouw. Het woord mejuffrouw (afgekort mej.) wordt nog maar zelden gebruikt als aanspreekvorm voor jonge meisjes.
Beste wordt gecombineerd met een voornaam of een ander zelfstandig naamwoord. In de praktijk wordt Beste vaak zelfstandig als aanhef gebruikt, maar niet iedereen wordt graag op die manier aangeschreven. Het is daarom aan te raden om Beste altijd te laten volgen door een voornaam of een ander zelfstandig naamwoord.
In een brief of een e-mail doe je dat meteen aan het begin met de aanhef. Met deze introducerende woorden begroet je de lezer. Dat kan op een formele manier met bijvoorbeeld Geachte of op een informele manier met bijvoorbeeld Beste.
Voor een zakelijke brief gebruik je een passende aanspreking, zoals 'Geachte heer/mevrouw'. Je begint de eerste alinea met een hoofdletter en je begint nooit met 'ik'. In deze alinea geef je aan waarom je de brief schrijft. Hierna volgt de rest van je tekst.
Wat is de beste briefaanhef als je niet weet of de geadresseerde een man of een vrouw is? Als het geslacht van de geadresseerde onbekend (en niet te achterhalen) is, is het het gebruikelijkst om in de aanhef boven een brief of e-mail zowel heer als mevrouw te vermelden.
Bestaat een familienaam uit drie woorden, dan krijgen in de meeste gevallen alleen het eerste en het laatste woord een hoofdletter: mevrouw Van de Walle, Hugo Van der Schoot enzovoort. In namen als D'haese, D'hondt en D'Halleweyn krijgt de d' meestal een hoofdletter en wordt ook de tweede letter soms groot geschreven.