De ziekten die op oudere leeftijd het meest voor komen en het grootste verlies aan gezonde levensjaren met zich meebrengen zijn coronaire hartziekten, beroerte, artrose en diabetes. Het rapport 'Gezond ouder worden in Nederland' is geschreven in opdracht van het ministerie van VWS.
vergeetachtigheid; taalproblemen, bijvoorbeeld niet op woorden kunnen komen of de betekenis van woorden vergeten; gedragsverandering, bijvoorbeeld ongeduldiger worden, of woedeaanvallen; problemen met dagelijkse handelingen, zoals boodschappen doen of het bedienen van een computer.
Ouder worden brengt een groot aantal veranderingen met zich mee. Zo verandert de haarkleur, komen er meer rimpels, wordt de huid droger, trekt het tandvlees zich terug en hebben veel mensen een gebitsprothese nodig. Over het algemeen nemen lichamelijke kracht, lenigheid, reactiesnelheid, gezichtsvermogen en gehoor af.
Naarmate mensen ouder worden horen en zien ze vaak slechter, en krijgen ze vaker last van artrose of botontkalking (osteoporose). Ook de kans op het krijgen van bijvoorbeeld dementie, een beroerte of parkinsonisme (zoals de ziekte van Parkinson) stijgt naar mate de leeftijd vordert (1, 2).
Ouderdomsziekten worden ook wel geriatrische syndromen genoemd. Het gaat meestal om mensen van ongeveer 70 jaar en ouder. Voorbeelden van ouderdomsziekten zijn: botontkalking (osteoporose), dementie, hartfalen en artrose (slijtage van de gewrichten).
Bij mannen in de overgang zijn de symptomen wat subtieler. Ze vallen wat minder op. De veranderingen in de hormoonspiegel gaan geleidelijker aan. Opvliegers, zweetaanvallen, minder zin in seks, verminderd libido, minder energie, een lusteloos gevoel zijn verschijnselen die erbij horen en die vrouwen ook ervaren.
'Vooral de functies die te maken hebben met het denkvermogen gaan met de leeftijd achteruit. Die noemen we de cognitieve functies, zoals je aandachts- en concentratievermogen, denksnelheid en geheugen. De hippocampus, die betrokken is bij het geheugen, is eveneens gevoelig voor veroudering.
In je lichaam gaat langzaam steeds meer dingen fout en die problemen worden alleen maar meer over de jaren. Dus dan heeft je lichaam de energie en de tijd niet meer om alles te repareren. Hierdoor verslijten je knieën, krijg je last van je rug, ben je niet meer zo lenig en nog meer klachten.
Met het ouder worden verandert de samenstelling van je lichaam. Zo nemen je spieren in omvang en kracht af, worden je botten brozer en wordt de verdeling van het vetweefsel over het lichaam minder gunstig. Omdat je spiermassa afneemt, heb je minder energie nodig en daarom ook wat minder eten.
De 'big six' zijn de zes belangrijkste onder de chronische aandoeningen, waarvoor de meeste zorg wordt verleend: diabetes, cardiovasculaire aandoeningen (inclusief risicomanagement), astma/COPD, psychosociale aandoeningen (in het bijzonder depressiviteit en dementie), reumatische aandoeningen en kanker.
De meeste mobiliteitsproblemen bij ouderen worden veroorzaakt door aandoeningen aan het bewegingsapparaat, ofwel de botten, spieren en pezen die ervoor zorgen dat iemand kan bewegen. Voorbeelden daarvan zijn reuma, artrose en rugklachten.
We zetten ze even op een rijtje: Tekenen is goed voor je hand-oog coördinatie. Hoe vaker je het doet, hoe beter je verhoudingen leert inschatten en perspectief leert vastleggen. Herinneringen en ervaringen worden beter opgeslagen in je brein en kun je je levendig voor de geest halen.
B-potloden zijn ideaal om mee te schetsen. De B potloden zijn ook geschikt om schaduwen in je tekening aan te brengen. Doordat deze potloden zo zacht zijn kan je het ook uitvegen, met bijvoorbeeld een doezelaar. H-potloden zijn handig voor technische tekeningen, bedoelt voor de wat preciezere tekeningen.
Naast de geestelijke achteruitgang kan iemand ook lichamelijke verschijnselen hebben, zoals wankeler of langzamer lopen.Ook kan bijvoorbeeld verlamming, of gevoelsverlies ontstaan.
Een andere veel gebruikte indeling is de omschrijving van de vier fases van ik-beleving bij dementie; de bedreigde ik of cognitieve fase; de verdwaalde ik of emotionele fase; de verborgen ik of psychomotore fase; de verzonken ik of zintuiglijke ervaring.
Achteruitgang in de hersenen
Bij dementie gaan de zenuwcellen in de hersenen kapot. Soms gaan niet de zenuwcellen zelf kapot, maar de verbindingen tussen de cellen. Het is ook mogelijk dat de cellen en de verbindingen het niet meer goed doen. Door deze afname van cellen functioneren de hersenen steeds minder goed.
Gezondheidsproblemen bij ouderen
Vaak zijn dit meerdere ziektes tegelijk. Het kan gaan om aandoeningen op lichamelijk, geestelijk en/of sociaal gebied. Bijvoorbeeld geheugenverlies, eenzaamheid, duizeligheid, slecht zien en horen en verminderde mobiliteit.
Problemen met traplopen en het doen van zwaar huishoudelijk werk komen het meest voor. Vrouwen hebben vaker een of meer beperkingen in het dagelijks leven dan mannen. Dat blijkt uit de Gezondheidsenquête van het CBS.