- Elektrische leidingen mogen niet in schoorstenen, ventilatie- of ontrokingskanalen geplaatst worden; - Elektrische leidingen mogen niet in parallel onder leidingen geplaatst worden die condensatie kunnen veroorzaken (stoom-, gas en waterleidingen) tenzij er een bijkomende bescherming wordt voorzien (bvb.
Kabels en leidingen liggen tussen de 30 cm en 1 meter diep, maar dit kan door grondzakking, ophoging enzovoort behoorlijk afwijken. Ruikt u bij het graven een gaslucht? Meld dit dan direct via het landelijk storingsnummer voor Elektriciteit en Gas: 0800 9009.
De ondergrond herbergt nutsvoorzieningen zoals waterleidingen, elektriciteits- en glasvezelkabels, gasleidingen en rioolbuizen, en ook grote leidingsystemen voor het transport van grondstoffen.
Leidingzoekers. Een leidingzoeker helpt je met het vinden van elektrische leidingen in een muur. Hiermee kan je bijvoorbeeld in een muur boren zonder bang te zijn een leiding te raken. Sommige leidingzoekers kunnen ook hout- en staalconstructies in de muur, vloer of het plafond vinden.
Normaal gesproken wordt (bij een particuliere klant)een middenspanningskabel(VG-..) op 1 a 1,5mtr diepte gelegd, een beschermingsband/plaat overheen en klaar is kees. Uiteraard rekening houdend met parallelle leidingen en overige gebruikers indien van toepassing.
Op basis van de erfgoedverordening is het verboden om zonder (omgevings)vergunning de bodem dieper dan 40 cm onder de oppervlakte te verstoren, tenzij het gaat om onder andere een gebied met lage archeologische verwachtingswaarde.
Ondergrondse kabels gedragen zich elektrisch anders dan bovengrondse hoogspanningslijnen. Dit leidt tot een verlies aan transportcapaciteit. Om dit te compenseren moeten op verschillende plaatsen langs het traject extra toestellen (bijvoorbeeld spoelen) worden geïnstalleerd.
De detector weet het antwoord. Boor nooit zomaar een gat in de muur. Het risico om een elektriciteitskabel, waterleiding of metaal te raken, is groot. Wie dus geen zin heeft in een elektrische schok, een kamer onder water of een kapotte boormachine, kan maar beter de volgende tips in acht nemen.
Door met de leidingzoeker langs de muur te bewegen heb je snel de leidingen gevonden. Wanneer er metaal, hout of spanning in de muur, vloer of het plafond zit dan gaat het lampje op de leidingzoeker branden. Door verder te bewegen kun je eventueel markeren waar de leiding zit, zodat je weet dat je daar niet mag boren.
Met een speciale leidingzoeker kun je de muur controleren op de aanwezigheid van buizen. Het apparaat maakt geen onderscheid tussen het type buizen en kan zelfs stalen constructies oppikken. Als de muur gewapend is zal de zoeker dus constant af gaan en is het lastig te bepalen waar de waterleiding nou eigenlijk zit.
Door de wijziging van het artikel 202 (25 april 2004), is er niet langer sprake van een minimale afstand. De basisregel is dat er geen gevaarlijke wederzijdse invloed mag bestaan tussen elektrische en niet-elektrische leidingen.
De hoofdregel is dat de eigenaar van de grond eigenaar is van alles wat zich daarop en daarin bevindt. Dit wordt 'natrekking' genoemd. De gemeente is dus in beginsel ook eigenaar van de kabels en leidingen, die zich in haar perceel bevinden.
Wanneer je de buis in de grond wilt leggen, graaf je een geul van minimaal 30-35 cm diep. Maak daarbij de eventuele graszoden voorzichtig los van de grond zodat je ze goed terug kunt plaatsen. Wil je de waterleiding tegen vorst beschermen dan dien je de geul minimaal 80 cm diep te graven.
Hoe diep moet een tyleenslang? Het is verstandig om bij gebruik in de grond, de tyleenslang op een diepte van 60cm in te graven. Dan ligt de tyleen onder de vorstgrens en zal het water in de tyleenslang niet bevriezen.
Hoe diep ligt een hogedruk gasleiding? De voorgeschreven diepte waar een hogedrukgasleiding die parallel aan wegen moet liggen, is minstens 0,80 cm diep tot 1 meter. Over de verplichte diepte van verschillende soorten leidingen bestaan normen en praktijkrichtlijnen, in dit geval de NEN 1078 en de werkbladen NPR 3378.
De vorstgrens is minimaal 600 mm beneden het maaiveld, maar vaak wordt 800 mm aangehouden.
Tot een kilometer of 35 moet je wel kunnen komen. Zo dik is de aardkorst gemiddeld op de continenten. Niet dat de mens ooit zo ver is geweest, de diepste mijn is 2,7 kilometer, de diepste boring twaalf kilometer.
De grote leidingen zitten in de bovenste 10 cm, dus je kunt makkelijk een gat tot 10 cm diep boren vanuit onderen. In de 13 cm opstort zitten vrijwel alle leidingen, dus je kunt zeker een gat tot 7 cm boren.
Tip 3: Boor niet te diep
En de plug moet passen bij de schroef die in het gat gezet wordt. Maar ook de diepte van het geboorde gat is van belang. Als het gat niet diep genoeg is geboord, past de plug er niet volledig in. Is het gat juist te diep, dan gaat de plug er te diep in waardoor hij zijn werking verliest.
De kleur van het boorstof verraadt uit welk materiaal de muur bestaat: Is het boorstof wit tot grijs en heel fijn? Dan heb je een betonmuur. Rood boorstof duidt onmiskenbaar op een bakstenen muur. Wit, zanderig boorstof zie je bij kalkzandsteen (ook wel gasbeton genoemd).
Maak een leidingplan!
De beste manier om niet in een leiding te boren is door precies in de gaten te houden waar de leidingen zich precies bevinden. Maak een soort plattegrond bij de bouw of verbouwing van een huis, en teken daar precies alle leidingen in die aangelegd worden.
Bij gipsplaten heeft u holle wandpluggen nodig. Boren in gipsplaten kunt u het beste doen met een hout- boor. Voor een gipswand, zoals in veel nieuwe huur- woningen, kunt u het beste gewone pluggen gebruiken. Het gat kunt u met een normale steenboor (zonder kloppen) maken.
Het aanraken van een onder spanning staand deel met wisselspanning boven de 50V is gevaarlijk. Wanneer je in aanraking komt met zo een onder spanning staand deel kan de stroom door het lichaam van deze persoon gaan.
Hoogspanning is een elektrische spanning boven de 1000 volt wisselspanning (effectief) of 1500 volt gelijkspanning. De spanning wordt dan ook meestal in kilovolt (kV) uitgedrukt.
Uit internationaal onderzoek komen aanwijzingen naar voren dat kinderen die bij bovengrondse hoogspanningslijnen wonen - waar het magnetische veld sterker is dan verder van de lijn - mogelijk meer kans hebben om leukemie te krijgen. Voor andere aandoeningen zijn er geen aanwijzingen dat het risico is verhoogd.