Tussen de 7 en 13 maanden leren de meeste baby's om zelfstandig te kunnen zitten. De rug- en nekspieren zijn dan sterk genoeg om zijn lijfje omhoog te houden. Je baby kan zich op dat moment vanaf de buikhouding opdrukken tot zit.
Het eerste halfjaar kan je baby nog niet zelf zitten. Hij ligt eerst heerlijk bij je op schoot. Na een maand of twee vinden baby's het leuk om zich aan je vingers op te trekken tot een half zittende of zittende positie. Na vijf of zes maanden lukt het baby's soms om even rechtop te zitten.
De meeste baby's leren zelfstandig zitten tussen de 6 en 8 maanden, wat een enorme mijlpaal is. Veel ouders kunnen hier dan ook haast niet op wachten, waardoor ze hun baby al veel te vroeg in de zitpositie willen zetten, op schoot of op de bank bijvoorbeeld.
Baby kruipen: wanneer begint het? Als we naar gemiddelden kijken, beginnen de meeste baby's tussen de 7e en 9e maand met kruipen. Maar, het blijft een gemiddelde! Sommige baby's kruipen al na 5 maanden en andere zullen er weer iets langer over doen.
Hoe lang mag een baby in een stoel zitten? Het advies is om een baby niet meer dan 2 uur per dag in een gedwongen houding te zetten. Dat is dus alle tijd bij elkaar opgeteld dat je kind in bijvoorbeeld een autostoeltje zit, kinderwagen, wipstoel, kinderstoel… Kortom: alle plekken waar je baby niet plat ligt.
Daarnaast zitten de baby's te lang, waardoor de ontwikkeling van hun buik- en rugspieren vertraagt. Onderzoekers van de vakgroep Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie (UGent) stelden al in 2010 vast dat de motorische ontwikkeling bij Vlaamse baby's trager verloopt dan elders.
De meeste baby's beginnen trouwens pas met kruipen als ze zelfstandig kunnen zitten. Vanaf dat moment zijn de spieren sterk genoeg om voldoende rompbalans op te bouwen en dus om te kruipen. Toch kan niet iedere baby zitten voor hij kan kruipen.
Als je baby gaat billenschuiven, is dat in principe niet erg. Het is een normale variant in zijn ontwikkeling, een alternatief voor kruipen. Billenschuiven kan wel wat gevolgen hebben voor de ontwikkeling van je kind.
Ziet hij spannende dingen waar hij nog niet bij kan, dan wordt hij gestimuleerd om erheen te kruipen. Gaat je kind op handen en voeten staan, dan is dat ook een mooie oefening. Je kunt naast je baby gaan zitten en hem aansporen naar je toe te komen.
Er zijn twee manieren waarop je baby kan omrollen. Van rug naar buik en van buik naar rug. Vaak beginnen ze met het rollen, van de rug naar de zij. Gemiddeld rollen de meeste baby's volledig om tussen 5,5 maand en 9 maanden.
Naar achteren tijgeren op de buik: dit leren baby's gemiddeld tussen de 7 en 8 maanden. Naar voren tijgeren op de buik:baby's leren gemiddeld tussen de 8 en 9,5 maanden om naar voren te tijgeren op hun buik door zich met de armen voort te trekken en met de benen af te zetten.
Je kunt je baby laten wennen aan de houding door samen te gaan zitten. Ga in kleermakerszit zitten en hou je baby op schoot. Met de rug tegen je buik kan hij of zij rechtop zitten.
Omdat een buggy weinig ondersteuning biedt, mag je baby er pas in als hij zelfstandig kan zitten. Hierbij is het belangrijk dat hij zonder hulp vanuit een liggende positie in zithouding komt. Meestal leert je kleine dit tussen de 6 en 9 maanden. De buggy kan je gebruiken tot je kindje ongeveer 4 jaar is.
Gebruik de Maxi-Cosi niet als stoeltje thuis of als je op visite bent. Een baby is pas te groot voor het autostoeltje als de bovenkant van zijn hoofd boven de rugleuning uitkomt, hij meer dan 13 kilo weegt of groter is dan 83 cm (dat is circa 15 maanden oud).
Mijlpalen in de hersenontwikkeling op 6 maanden
De hersenen van je kindje groeien! Hij is nieuwsgierig: hij kijkt naar nabije voorwerpen en probeert voorwerpen buiten zijn bereik te grijpen. Hij neemt dingen van de ene in de andere hand en brengt zijn handjes naar zijn mond.
Probeer uw kindje niet met twee handen onder de oksels op te pakken, hierbij kan het kindje gemakkelijk overstrekken. U kunt het kindje beter oppakken door één hand op de buik van de baby te leggen en het kindje op die hand te draaien.
De meest opvallende symptomen van het KISS-syndroom bij baby's zijn duidelijke voorkeurshoudingen en een scheve stand van het hoofd. Andere symptomen zijn: Scheef ruggetje. Asymmetrisch bewegen van armen en benen.
Signalen van oververmoeidheid bij baby:
Vreemd genoeg zijn oververmoeide baby's vaak overactief: ze maaien met armpjes en beentjes en ze lijken om steeds meer aandacht en prikkels te vragen: als je met ze rondloopt kijken ze geïnteresseerd rond en stopt het huilen.
Duimpje in een gespannen vuistje: betekent dat je baby zich hevig inspant. Als de nageltjes in de handpalm worden gedrukt is je baby boos of wil zich afsluiten voor nog meer indrukken. Los knuistje: met de vingers los om de duim betekent rust (meestal bij slaap).
Baby's overstrekken vaak omdat er ergens in het lijfje iets mis is waar de baby last van heeft. De baby reageert vervolgens hierdoor veel slechter op externe prikkels. Hij of zij strekt dan zijn of haar rugspieren, strekt de armen en legt het hoofdje in de nek. Overstrekken is makkelijk te herkennen.
Een baby rolt op zijn buik, en weer terug naar zijn rug, als hij zo'n negen maanden oud is. Vanaf dat moment kan hij ook gaan tijgeren: het kindje trekt zich met arm of armen vooruit (eerst een poosje achteruit) op de buik. Daarna volgt meestal al vrij snel ook kruipen op handen en knieën.
Als de bovenste helft van de rug recht wordt dan kan een kindje leren om te gaan zitten. Dit is doorgaans rond de 8-9 maanden. Dit is vaak 1 of 2 maanden nadat ze voor het eerst gingen tijgeren of kruipen.
Nu je baby tandjes krijgt, wordt eten steeds interessanter voor hem. Hij gaat automatisch kauwbewegingen maken en traint zo zelf zijn kaakspieren. Die spieren heeft hij straks nodig om te praten. Dus als je hem nu andere structuren laat eten, help je hem zijn mondspieren te trainen voor zijn eerste woordje.
Je baby kan gedurende één minuut los zitten (zonder steun van de armen). Hij kan zitten met een rechte rug en gestrekte benen en heeft hierbij een actieve balans. Hij trappelt graag met zijn benen als je hem overeind houdt door hem onder je armen te dragen. Wees voorzichtig, het is te vroeg om hem te laten lopen.