De vorken liggen links van het bord en de messen rechts. De lepels liggen rechts van het mes. Houd je vork altijd in je linker- en het mes in je rechterhand. Dessertbestek ligt altijd boven het bord.
De messen horen altijd aan de rechterzijde van het bord te liggen. De messen moeten met de snijkant naar het bord toe liggen. De soeplepel en eventueel daarnaast het bestek voor het voorgerecht komen daarnaast te liggen. Vorken leg je altijd aan de linkerzijde van het bord.
Deze regel gaat terug tot in de middeleeuwen toen men nog op houten plankjes at. Het brood werd links gelegd en gebroken met de hand. Het mes – toen nog een stevige dolk met een scherpe punt – ging rechts. Brood werd niet gesneden om te vermijden dat het mes bot zou worden.
Je laat zien dat je klaar bent met eten door je mes en vork schuin op je bord te leggen. Ze liggen naast elkaar en wijzen naar linksboven, je vork ligt open en je mes met zijn snijkant naar de vork toe. Ben je nog niet uitgegeten, maar wil je heel even een pauze? Leg het bestek dan gekruist op je bord.
Vork en mes houd je in bovenhandse greep, het mes rechts. Breng je voedsel met je vork naar je mond, niet andersom en laat het mes nooit je mond raken. Wanneer je je bestek even niet gebruikt, houd ze dan niet als steekwapens in je hand.
De vorken liggen links van het bord en de messen rechts. De lepels liggen rechts van het mes. Houd je vork altijd in je linker- en het mes in je rechterhand.
We leggen altijd de vork links en het mes rechts omdat ze zo juist liggen om te beginnen met eten. De scherpe kant van het mes leg je steeds richting het bord of weg van de andere gasten.
Waarom mag je nou niet met je ellebogen op de tafel leunen? Volgens experts heeft dat te maken met de gewoonte dat mensen vroeger een bord deelde met hun buurman aan tafel. Als je met je elleboog op die tafel leunt, kan hij of zij er dus niet meer bij.
' Hoewel het voor jou misschien lijkt alsof je voor een week gegeten hebt. Zeg als de ober je dan nog wat aanbiedt: 'Nee dank u, ik heb heerlijk gegeten. ' – Het digestief (het drankje dat je na het diner drinkt) achterover slaan.
Pak het mes zó vast, dat je duim op het lemmet komt en alle andere vingers het heft omsluiten. Je wijsvinger komt hierbij vaak ook tegen het lemmet. Zo heb je veel controle over het mes. Als het goed is kan het mes niet uit je hand glijden en kan het niet plotseling wegdraaien, je duim houdt immers het blad recht.
Het servet leg je links naast de vorken neer. Als je geen soep serveert, kun je het servet ook een plekje geven op het bord. Wees creatief: vouw het servet bijvoorbeeld in een waaier of rol hem in een servetring.
Het bestek leg je als volgt neer: de vork leg je links van het bord. Aan de rechterkant leg je direct naast het bord het mes. Deze dient met de snijkant naar het bord te liggen. Daarnaast komt de soeplepel.
Een op de tien volwassenen in Nederland is linkshandig. Iets meer mannen dan vrouwen gebruiken bij voorkeur hun linkerhand. Ouderen zijn juist minder vaak linkshandig.
Tips om je glazen altijd op de juiste volgorde te plaatsen
De glazen staan altijd aan de rechterkant van je bord, boven je bestek. Het grote champagneglas komt het meest links te staan (als je champagne schenkt bij de maaltijd), gevolgd door het waterglas en de wijnglazen.
Je gebruikt uitsluitend je vork. Draai de spaghetti rond je vork en gebruik daarbij je bord als weerstand. Zo draai je een perfecte enkele hap spaghetti rond je vork, die je zonder lepel of mes kunt veroberen. Het is misschien even klungelen op het begin, zo je vork moeten ronddraaien in en met één hand.
Linkshandigen hanteren het bestek andersom: mes en lepel links en de vork rechts. Dit mogen ze gewoon doen, zowel bij informeel eten als bij een formeel diner. Ze zijn immers linkshandig en worden allang niet meer gedwongen om handelingen op een rechtshandige manier uit te voeren.
De meeste gasten zijn immers rechtshandig en als u rechts serveert dan is het voor de gasten vrij onhandig om iets van de schotel te nemen. Ook het afruimen gebeurt aan de rechterzijde van de gast. Als een gast klaar is met eten, zal hij of zij het bestek meestal op het bord laten liggen.
Als u er niet in slaagt om langs non-verbale weg zijn aandacht te trekken (omdat hij niet om zich heen kijkt of zich ziende blind houdt), kunt u op zeker moment ertoe overgaan om hem te roepen. In dat geval maakt 'Ober! ' of 'Meneer! ' of 'Hallo!
Als we genoeg gegeten hebben, kunnen we neutraal zeggen “Ik heb genoeg”, informeel en niet volgens de etiquette “Ik zit vol” of deftiger “Ik heb mijn gevoeg”, maar “Ik heb mijn competentie” is in de woordenboeken niet terug te vinden.
- Eet smakelijk. (“De spreuk 'Eet smakelijk' zou men volgens de etiquette niet horen te zeggen. Dit zou een belediging zijn voor de gastheer of -dame die ge- kookt heeft. Wie de wens uitspreekt te hopen dat het eten van de kok zal smaken, lijkt daaraan te twijfelen.”)
Blazen op het eten, hoewel geen zware overtreding, geldt toch als minpuntje omdat het geluid maakt, soms met spuug gepaard gaat en omdat het eten erdoor verplaatst kan worden. Soep die van de lepel wordt geblazen, geeft spattende soepdruppels – ook weer vies.
Het servet is bedoeld om je kleding te beschermen voor als je morst. Het servet ligt dus op je schoot. Je maakt dus NIET je bestek er mee schoon en je snuit NIET je neus ermee. Je mag er wel je mond mee deppen.
Vorken liggen links, de messen en lepels liggen rechts. De snijkant van de messen wijzen richting het bord. Het bestek voor het dessert komt boven de borden te liggen, de lepel wijst naar links en de vork naar rechts.
Volgens de etiquette moet het waterglas links staan, maar bij Table in a box verkiezen we rechts, vlakbij het bord. Naast het champagneglas, komende van links, volgt het rodewijnglas en dan het witte. Komen je glazen uit de kelder of uit een stoffige kast?