Bij een lymfatische leukemie gaat het om een specifiek soort witte bloedcel: de lymfocyt. De lymfocyten kunnen dan te vroeg in het bloed terecht komen.
Een tekort aan lymfocyten wordt vaak geassocieerd met infecties, maar kan ook voorkomen bij het tekortschieten van het afweersysteem. Een neutrofielentekort kan mild, matig of ernstig zijn. Het kan acuut (binnen enkele uren tot dagen) of chronisch (binnen maanden tot jaren) ontstaan.
De artsen kunnen in je bloed onder andere tumormarkers of tumormerkers meten. Dat zijn stoffen, meestal eiwitten, die je lichaam maakt als reactie op kanker of die door de kanker zelf gemaakt worden. Voorbeelden zijn CEA (bij dikkedarmkanker, maagkanker en pancreaskanker) en PSA (bij prostaatkanker).
Bij een lymfoom zijn die lymfocyten kwaadaardig geworden. Via het lymfestelsel en de bloedvaten kunnen deze kwaadaardige cellen zich door het hele lichaam verspreiden. Daarom kan een lymfoom op elke plek in het lichaam ontstaan. Er zijn geen duidelijke risico's voor het ontstaan van een lymfoom bekend.
Bloedonderzoeken
Mensen met deze vorm van kanker kunnen ook een laag gehalte aan gezonde witte bloedcellen hebben, die infecties bestrijden, en een laag gehalte aan bloedplaatjes, die het bloed helpen stollen. Onze artsen kunnen het bloed ook testen op hoge gehaltes lactaatdehydrogenase, ook bekend als LDH.
Met het woord 'indolent' wordt bedoeld dat het een niet-agressieve langzaam groeiende vorm van kanker is. Deze vorm van non-hodgkinlymfoom wordt ook wel 'laaggradig' genoemd. Ongeveer de helft van alle mensen met non-hodgkin heeft zo'n indolente, niet- agressieve vorm.
Er zijn 3 soorten lymfocyten: B-lymfocyten, zij produceren vooral antistoffen.T-lymfocyten, zij zetten de B-cellen aan het werk en bestrijden cellen die besmet zijn met een virus of infectie. Natural killer cells zijn grote lymfocyten die zich vooral bezighouden met het doden van cellen waar iets mee is.
Door de chemotherapie maakt het beenmerg tijdelijk te weinig nieuwe witte bloedcellen aan. De medische naam voor witte bloedcellen is leukocyten. Witte bloedcellen zijn onderdeel van het afweersysteem. Ze helpen om infecties tegen te gaan.
Lymfeklierkanker wordt meestal ontdekt in de lymfeklieren of in het bloed.
De meest voorkomende vorm van kanker met klachten van nachtelijk zweten is lymfoom.
De oorzaak van het non-Hodgkin-lymfoom is niet bekend. Er zijn een paar zeldzame vormen waar virussen een rol spelen, en die kunnen ontstaan bij patiënten met een aangeboren afweerstoornis of tijdens behandelingen die de afweer onderdrukken, zoals na nier-, hart-, long- of levertransplantatie.
Als u een laag aantal lymfocyten (lymfopenie) hebt, loopt u een hoger risico op infectie . De belangrijkste risicofactor voor lymfopenie wereldwijd is slechte voeding. Infecties, ziektes, medicijnen en andere factoren verhogen ook uw risico op lymfopenie.
Lymfocyten met een afwijkende morfologie kunnen we de atypische lymfocyten noemen. De differentiatie van de witte bloedcellen gebeurt doorgaans automatisch. Indien er zich afwijkende cellen in het bloed bevinden, worden deze microscopisch beoordeeld.
Het beenmerg maakt verschillende soorten witte bloedcellen (leukocyten) aan, die actief zijn in je afweersysteem. Dit zijn de lymfocyten (B-lymfocyten, T-lymfocyten, natural-killer cellen), monocyten (macrofagen, dendritische cellen en mestcellen) en granulocyten (neutrofielen, eosinofielen, basofielen).
Lymfopenie duidt op een tekort aan lymfocyten in het bloed. Lymfocyten zijn een type witte bloedcellen die essentieel zijn voor een normale functie van het immuunsysteem. De aanwezigheid van lymfopenie gaat gepaard met een verhoogd sterfterisico, zo heeft een Deens onderzoek recent uitgewezen.
Vitamine C, vitamine D (zie hierboven) en het mineraal zink zijn heel belangrijk om infecties te bestrijden en het immuunsysteem te ondersteunen. Vitamine C stimuleert de aanmaak van lymfocyten en helpt het immuunsysteem bij de herkenning van pathogenen.
eo's (eosinofiele granulocyten) 1-6%; neutro's of granulo's of segmenten – deze drie benamingen worden door elkaar gebruikt – (neutrofiele granulocyten) 40-75%; lymfo's (lymfocyten) 20-40%; mono's (monocyten) 2-10%.
Een CEA-waarde hoger dan 5 kán een aanwijzing zijn voor kanker. CEA is een zogenaamde tumormarker. Het kan ook iets zeggen over de grootte van een tumor en of er wel of geen uitzaaiingen zijn. Maar een verhoogde CEA-waarde kan ook wijzen op bijvoorbeeld een darm- of leverontsteking.
De alarmsymptomen die zullen worden besproken zijn: orale en mondmotorische afwijkingen, dysfagie, odynofagie (=pijn bij slikken), spugen, recidiverende KNO- en luchtwegproblematiek, afwijkende defecatie zoals diarree, obstipatie, ontkleurde ontlasting, bloedbijmenging en neurologische symptomen zoals hoofdpijn, ...
Artsen groeperen non-Hodgkin-lymfoom (NHL) vaak als laaggradig of hooggradig. De graad hangt af van hoe snel het NHL waarschijnlijk groeit en zich verspreidt. Laaggradig NHL groeit meestal erg langzaam . Artsen noemen ze indolente lymfomen.
Lymfeklierkanker ontstaat als een cel van de lymfklier (een lymfocyt) kwaadaardig wordt en zich ongeremd gaat vermenigvuldigen. Het begint vaak in een lymfeklier, maar kan overal ontstaan waar zich lymfeweefsel bevindt. Denk aan beenmerg, milt, longen en maag. Lymfekliercellen zijn een soort witte bloedcellen.
T- en B-lymfocyten vormen een belangrijk onderdeel van het specifieke immuunsysteem. T-lymfocyten zijn betrokken bij de cellulaire immuunrespons, B-lymfocyten zijn voornamelijk verantwoordelijk voor de humorale immuunrespons. Hun functie is het herkennen van niet-lichaamseigen antigenen.