Genetische gemodificeerde organismen (GMO) Genetisch gemodificeerde soja en maïs wordt het meest gebruikt om veevoer te maken. Maar de olie van genetisch gemodificeerde soja en maïs zit ook wel in levensmiddelen, zoals margarine en oliën.
Genetisch gemodificeerde gewassen zijn onder andere maïs, soja, katoen, suikerbieten, koolzaad en kleine hoeveelheden courgette en gele pompoen. Overigens is er in Nederland nog niet van al deze soorten een gemodificeerde versie te vinden.
Genetisch gemodificeerde gewassen zijn ontwikkeld om het telen te vergemakkelijken, om opbrengsten te doen toenemen of om variëteiten met betere esthetische, voedings-, smaak- of bewaringskenmerken te maken.
Als er genetisch gemodificeerde organismen gebruikt zijn in voedingsmiddelen, dan wordt dat vermeld op de verpakking. Bij melk, vlees en eieren van dieren die genetisch gemodificeerd veevoer hebben gegeten, hoeft dat niet op het etiket vermeld te worden.
Wat is een GGO ? GGO's kunnen worden gedefinieerd als organismen (en micro-organismen) waarvan het genetisch materiaal (DNA) zodanig veranderd wordt dat dit niet bij vermeerdering of bij natuurlijke recombinatie gebeurt.
Naast eigenschappen als de kleur van je ogen, kleur haar en je lengte, kunnen ook ziektes of afwijkingen erfelijk zijn. In de genen kunnen 'foutjes' ontstaan: een stukje van de DNA-code is weg of de letters van de code zijn door elkaar heen geschud.
GGO staat voor Genetisch Gemodificeerd Organisme. Dit is een organisme waarvan het DNA, de genetische code, door de mens is veranderd. Het doel van die verandering is om het organisme (een plant, schimmel, bacterie, dier) een andere, aangepaste of nieuwe eigenschap te geven.
In Europa is het genetisch modificeren van soja voor menselijke consumptie verboden. Soja dat bestemd is voor veevoer is meestal afkomstig uit het Amazonegebied van Brazilië. Hiervoor zijn vaak grote delen van het regenwoud (illegaal) gekapt. Deze soja is bovendien vaak wel genetisch gemodificeerd.
Nee, de tarwe die wordt gebruikt in ons brood is niet genetisch gemodificeerd. Wel wordt door natuurlijke kruising van de tarwerassen voorkomen dat er ziektes in de tarweplanten terechtkomen.
Is genetische modificatie veilig? Voedingsmiddelen die met genetisch gemodificeerde organismen (GMO) gemaakt zijn en in Nederland worden verkocht, zijn veilig verklaard door de Europese autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA). Bij de beoordeling let de EFSA op veiligheid en gezondheid.
Genetische modificatie wordt toegepast in verschillende gebieden zoals de gezondheidszorg, landbouw, levensmiddelenproductie en industrie. Zo wordt in de gezondheidszorg genetische modificatie gebruikt voor de productie van antibiotica en andere geneesmiddelen.
Bijna 80 procent van alle soja die verbouwd wordt, is genetisch gemodificeerd (GMO-soja) (6). Als er genetisch gemodificeerd soja is gebruikt in een voedingsmiddel moet dat vermeld staan op de verpakking, dat is wettelijk vastgelegd.
DNA is de afkorting voor desoxyribonucleïnezuur.Het bevat alle erfelijke informatie van het organisme en wordt ook wel het genetisch materiaal genoemd. DNA is de afkorting voor desoxyribonucleïnezuur. Het bevat alle erfelijke informatie van het organisme en wordt ook wel het genetisch materiaal genoemd.
Toch zijn genetisch aangepaste organismen (GMO's) niet verboden in Europa. Wel gelden er strenge regels, waardoor de aanvraag voor de teelt ervan een langdurig en prijzig traject is. Om die reden doen weinig bedrijven zo'n teeltaanvraag. Maar dat betekent niet dat er geen GMO's in Europa te vinden zijn.
Welke vergunningen zijn er voor genetisch gemodificeerde organismen? Nieuwe producten van genetisch gemodificeerde organismen (ggo's) mogen pas op de markt na uitgebreid onderzoek. De overheid geeft alleen een vergunning als de risico's voor mens, dier en milieu verwaarloosbaar zijn.
Niet toegelaten: tarwe(bloem) afgeleiden (zetmeel, griesmeel, vlokken, paneermeel), brood, beschuiten, gebak, koekjes (zoet of zout).
Mensen met glutensensitiviteit krijgen klachten zoals buikpijn en vermoeidheid na het eten van graanproducten.
Spelt, tarwe en haver zijn allemaal gezonde granen. Wélk graan je kiest, maakt niet zo veel uit; als je de keuze maar laat vallen op volkoren (ontbijt)granen, brood, wraps of pasta. Volkorenproducten bevatten namelijk meer vezels en voedingsstoffen dan niet-volkorenproducten.
Aankopen op z'n Alpro's
Onze soja is 100% Proterra-gecertificeerd. Dat is een label dat alleen van toepassing is op ecologisch duurzame, sociaal verantwoorde, GMO-vrije sojabonen. Bij de soja die wij gebruiken, komt geen ontbossing kijken.
Naast fytinezuur zitten er in soja veel fyto-oestrogenen. Dit zijn plantaardige stoffen die op menselijke hormonen lijken, maar het niet zijn. En van deze stofjes wil je niet te veel binnenkrijgen want dit kan onder andere zorgen voor stemmingswisselingen, disbalansen in de hormoonhuishouding en onvruchtbaarheid.
GMO-vrij wil zeggen dat er er minder dan 0,9 % (de EU-regel) aan genetisch gemodificeerd materiaal in een product zit. Wanneer er meer in zit moet dit vermeld worden op het etiket. Wil je zeker weten dat er in jouw gekochte product geen GMO's zitten, dan is officieel het label 'biologisch' de enige garantie.
Ook bij een genetische aandoening spelen genen een rol. Het kan een erfelijke aandoening zijn, maar niet elke genetische ziekte is het gevolg van het overerven van 'zieke genen' van je ouders, of kun je zelf doorgeven aan je nakomelingen. Syndroom van Down bijvoorbeeld is genetisch, maar meestal niet erfelijk.
Planten die 'genetisch gemodificeerd' zijn, bevatten in hun gene- tisch materiaal een stukje DNA van een andere soort en daarom worden deze planten 'transgeen' (aan de andere kant van de soortgrens) genoemd.
Sinds de jaren 70 is het mogelijk om het erfelijke materiaal, het DNA, van organismen te veranderen. Dat wordt ook wel genetische modificatie genoemd. In de jaren 80 ontdekten wetenschappers dat je het 'gewenste gen' in een bacterie kan inbrengen en deze vervolgens weer in het gen van een plant kan overbrengen.