Tijdens uw zwangerschap kunt u bloedonderzoek, een echo-onderzoek en de NIPT laten doen. Na de geboorte wordt bij de baby onder andere het gehoor getest en bloed afgenomen (hielprik). Deze testen onderzoeken of de baby ziekten of aandoeningen heeft.
Tijdens de zwangerschap moet je minstens twee keer bloed laten prikken; in het begin van de zwangerschap (rond 10-14 weken) en rond 30 weken. Of er meer bloedonderzoek nodig is hangt af van jouw/ jullie wensen (NIPT ), je bloedgroep en eventuele andere medische redenen.
Bent u zwanger? Dan wordt uw bloed op drie infectieziekten onderzocht: hepatitis B, hiv en syfilis. Ook worden de bloedgroepen ABO, Rhesus D, Rhesus c bepaald. Verder wordt onderzocht of u antistoffen tegen bloedgroepen heeft.
NIPT staat voor niet-invasieve prenatale test. De NIPT is een bloedonderzoek dat je tijdens jouw zwangerschap kunt laten doen. Het bloed wordt getest op de aanwezigheid van het downsyndroom, het edwardssyndroom en het patausyndroom bij je ongeboren kind.
De 13 wekenecho noemen we ook wel een structureel echoscopisch onderzoek. Waar kijkt de echoscopist naar? De echoscopist kijkt bij een 13 wekenecho onder andere naar de schedel, het hart, de buik, de armen en benen, de wervelkolom, de nekplooi en de placenta. Ook kijkt de echoscopist of het vruchtwater normaal is.
De geslachtsbepaling echo is een 2D echo die vanaf 14 weken gedaan kan worden.
Als je 11 weken zwanger bent beginnen ook de vingernageltjes te groeien en krijgen de uitwendige geslachtsorganen steeds meer vorm. Rond week 14 valt vast te stellen of je een jongen of een meisje verwacht!
Wat voor uitslag van de NIPT kunt u krijgen? Deze uitslag klopt bijna altijd. De kans is zeer klein dat u zwanger bent van een kind met down-, edwards- of patausyndroom. Minder dan 1 van de 1.000 zwangeren met deze uitslag is toch zwanger van een kind met een van de aandoeningen.
Tijdens uw zwangerschap kunt u bloedonderzoek, een echo-onderzoek en de NIPT laten doen. Na de geboorte wordt bij de baby onder andere het gehoor getest en bloed afgenomen (hielprik). Deze testen onderzoeken of de baby ziekten of aandoeningen heeft.
De meest voorkomende bloedonderzoeken zijn om te zien of er ontstekingen zijn (BSE of bezinking), om vast te stellen of er een ontsteking is en hoe hoog de ontstekingswaarde in het bloed is (CRP), een Hb-test om een algemene indruk van je gezondheid te krijgen en om te bepalen of er sprake is van bloedarmoede, een ...
Een gratis zwangerschapstest kun je laten uitvoeren bij je huisarts of een Sense-spreekuur. Wees niet bang dat de huisarts meteen je ouders zal inlichten. Iedere huisarts heeft namelijk zwijgplicht en mag pas iets zeggen tegen je ouders als jij dat wilt.
Als uw bloedgroep Rhesus D negatief of Rhesus C negatief is, kan uw lichaam antistoffen gaan aanmaken tegen het bloed van uw kindje. Tijdens de zwangerschap kan bloed van het kind in het bloed van de moeder komen. Bij de geboorte is de kans dat dit gebeurt zelfs vrij groot.
Bij de eerste raadpleging controleren we of er geen eiwitten in uw urine zitten. Indien er zich in de loop van de zwangerschap symptomen voordoen die kunnen wijzen op een zwangerschapsvergiftiging zal ook dan een urinestaal gevraagd worden. Op ongeveer 16 weken gaan we na of er geen bacteriën in de urine aanwezig zijn.
Onderzoek naar bepaalde afwijkingen
Als je wilt, kun je ook laten onderzoeken of je baby zich goed ontwikkelt. Dit kan met een bloedtest en een echo. Je kunt ook een echo laten doen als je 13 weken zwanger bent. Je doet dan mee aan een onderzoek.
Rhesusfactor betekenis
De rhesusfactor (Rh) is een eiwit dat op de oppervlakte van de rode bloedcellen kan zitten en daarmee je bloedgroep bepaalt. Als de rhesusfactor op je rode bloedcellen zit, ben je rhesus positief. Dit is het geval bij 85% van de mensen. Als de factor ontbreekt, ben je rhesus negatief.
Als de moeder jonger is dan 30 jaar is er een kans van 1 op 1000, is de moeder ouder dan 40 jaar verhoogt het risico naar meer dan 1 op 100. Gemiddeld is de kans ongeveer 1 op 700.
Krijgt een zwangere bij de uitslag van de NIPT ook het geslacht te horen? Nee, het geslacht wordt niet onderzocht/gerapporteerd. Daar is geen vergunning voor. Een zwangere doet mee aan TRIDENT-2 en heeft aangegeven geen nevenbevindingen bij de NIPT te willen weten.
De dikte van de nekplooi leert ons of er een verhoogd risico is op een afwijking bij de baby: Een normale nekplooi (< 3 mm) maakt het risico op een afwijking bij de baby een stuk kleiner. Een verdikte nekplooi (> 3 mm) wil niet noodzakelijk zeggen dat de baby een afwijking heeft.
Kinderen met Down hebben bijvoorbeeld scheefstaande ogen en een extra huidplooi over de binnenste ooghoeken. In de ogen hebben ze witte vlekjes aan de rand van de iris. De schedel is klein en heeft relatief weinig achterhoofd. De oren zijn vaak asymmetrisch.
IQ 70-50: licht, 50-35: matig, 35-20: ernstig en 20-0: zeer ernstige (diepe) verstandelijke handicap. Volgens deze indeling zitten de meeste mensen met downsyndroom in de categorie matig en licht. Bovendien geeft een IQ maar beperkt aan welke dagelijkse en schoolse vaardigheden kunnen worden bereikt.
In totaal hebben ze per cel 47 chromosomen in plaats van 46. Bij meer dan 95 van de 100 mensen met Downsyndroom ontstaat Downsyndroom door een delingsfout van de chromosomen in de eicel of soms in de zaadcel. Hoe ouder de moeder is, hoe groter de kans op zo'n delingsfout.
Ongeveer 40% van de bevruchte eicellen komt niet tot innesteling. En na innesteling zal in zo'n 10 % van de gevallen alsnog een miskraam optreden. Hierbij stopt het vruchtje met groeien en stopt het hartje met kloppen. Vaak brengt dit krampen op gang, waardoor het vruchtje en de moederkoek naar buiten komen.
“Uit de grotere studies is niet gebleken dat er een verband is tussen het moment van de conceptie, en het geslacht van het kind: er raken nog steeds evenveel vrouwen zwanger van een jongetje als van een meisje. Ook je dieet, slaapritme of –houding aanpassen lijkt geen effect te hebben op het geslacht van je baby.
Een pretecho kun je al laten maken vanaf 13 weken. Het kan zijn dat dit nog te vroeg is om het geslacht van je baby te kunnen bepalen. Het geslacht kan het beste bepaald worden rond de 16 weken. De betrouwbaarheid van een pretecho omhoog naarmate je meer weken zwanger bent.