Grond in de serre is gewone tuingrond waar je planten in kunt opkweken.
De ondergrond van een serre is vaak gewoon de aarde van de tuin. Net zoals voor een moestuin geldt ook hier dat de grond in prima conditie moet zijn voor je kan beginnen zaaien en planten.
Bij het klaarmaken van je serre hoort ook de grondvoorbereiding. Schep voor de winter de bovenste 10 cm teeltaarde van de grond af. Als het sneeuwt schep je hier overheen een laag sneeuw. Doordat de sneeuw langzaam smelt en traag in de grond trekt, worden de eventuele overgebleven vervuilingen in de bodem meegenomen.
Gebruik organische meststoffen. Niet overdrijven met compostgebruik in de serre: een dosis van 10 l compost per m2 in het voorjaar is voldoende (= een laagje van 1 cm) Gebruik geen verse stalmest maar goed verteerde of gecomposteerde stalmest.
Het belangrijkste waar je op moet letten bij de inrichting van je serre is dat je het zonlicht dat door al het glas binnenvalt goed tot zijn recht laat komen. Houd vast aan de slogan 'less is more'. Wanneer je je serre vol zet met meubels, planten en lampen, zorg je ervoor dat je serre optisch kleiner lijkt.
Om je serre optimaal te benutten kan je ze uitrusten met heel wat toebehoren. Groeilampen, schaduwdoeken, ventilatoren, raamopeners, extra verwarming, propagators, isolatie tegen de koude, verwarmingsmatten, werktafels, plantenrekken, insectenvallen … je vindt het allemaal bij Horta.
Maak gebruik van etages. In verschillende verdiepingen telen is handig om meer potten in je serre te krijgen. Om leegstaande verticale ruimte op te vullen met potten zijn er wel een paar opties. Een eerste manier is extra gebruiken uitvinden voor constructieonderdelen die je voorhanden hebt in je serre.
Voor we starten met de kweek dient men de ramen te ontsmetten met een daartoe bestemt product, dit product vind u bij de betere tuincentra of 'Filclair verdelers' of met een oplossing van water met azijn. Dit doen we om schimmels en ziekter op de planten te vermijden en de lichtinval te verbeteren.
Een koude bak is heel geschikt om vorstgevoelige planten veel vroeger voor te zaaien in de volle grond, zoals de al eerder genoemde afrikaantjes, maar ook gevoeliger moestuinplanten kunnen eerder gezaaid of geplant worden. Denk hierbij aan allerlei slasoorten, maar ook aan courgetteplanten.
Compost is in principe voor elke plant te gebruiken. Echter moet je wel uitkijken met planten die houden van zure grond (bijv. conifeer). In tegenstelling tot wat vele mensen denken is compost niet zuur.
Volgende groenten kan je kweken tijdens de herfst en de winter: Broccoli, spruiten, wortels, koolraap, selder, erwten, rabarber, bloemkool en spinazie. Let wel op. Deze plantjes houden niet van hitte of te veel warmte, plant ze dus best in het najaar als het kouder is.
Je serre winterklaar maken
Verwijder eerst de bovenste laag grond. Deze bevat namelijk veel zouten, onkruidzaden en ziektekiemen. Gooi er een nieuwe laag grond bovenop en zorg voor een goede bevochtiging om een opstapeling van zouten te voorkomen. Zo kunnen je planten optimaal groeien.
Net als ander dierlijke meststoffen, bevatten koe- en paardenmest veel micro-organismen. Door hiermee de bodem te mulchen, ga je het bodemleven verrijken en stimuleren. Meer bodemleven betekent meer voedingsstoffen die vrij komen voor de planten en meer CO2 die uit de lucht wordt gebonden. Allemaal zeer positief dus!
In maart kunnen de eerste gewassen direct de grond in. Denk hierbij aan spruitjes, radijs, spinazie, herfst- en winteruien, wortelen, doperwten, rapen, snijbiet, peultjes, prei, postelein, raapstelen en kapucijners. De temperatuur is dan hoog genoeg voor deze gewassen om te overleven.
Een onverwarmde kas/serre wordt meestal gebruikt om voor kas- of serredruiven, maar is ook bruikbaar om andere fruitsoorten in te leiden. FRUITSOORTEN. Druiven, aardbeien, passievruchten, vijgen, kiwi's, perzik, nectarine en vroege pruimen. De eerste 3 fruitsoorten zijn op gemakkelijk op een beperkte plaats te houden.
Waar moet ik op letten bij groenten in serre? In de serre krijgen groenten nooit vanzelf een regenbuitje over zich heen. Je moet je groenten in de serre dus niet vergeten water te geven. Daarnaast zorgt de warmte ervoor dat de plantjes goed groeien, maar ook dat vocht uit de bladeren en uit de (pot)grond verdampt.
Zaai regelmatig kleine beetjes slasoorten, radijs, mosterdsoorten, rucola, tuinkers, kroten (rode bieten), andijvie en peterselie. Zaai ook sperziebonen, komkommers, augurken, knolselderij en suikermaïs. Vanaf eind april kan je radijs, sla en tuinkers oogsten en de tomaten uitplanten.
Een moestuinbak moet ongeveer 20 cm diep zijn
Omdat je de bak straks gaat vullen met Makkelijke Moestuinmix, hoeft die niet al te diep te zijn. Deze mix geeft je planten namelijk precies wat ze nodig hebben en daarom is een laag van 20 cm mix voldoende.
De lente is hét ideale seizoen om groene groenten te planten zoals: erwten, asperges, komkommers, spinazie, prei, sla en boontjes. Maar ook andere klassiekers zoals wortels, paprika, aubergine, witloof, rode bieten, radijzen of koolrapen kunnen perfect een plekje toegewezen krijgen in dit seizoen.
Grond ontsmetten met stoom zorgt ervoor dat bacteriën, virussen en andere ziekteverwekkers in de grond worden gedood, zodat de grond klaar is voor de nieuwe teelt. Om de grond te stomen, heb je verschillende materialen nodig om ervoor te zorgen dat de stoom zo goed mogelijk in de grond kan doordringen.
Een meer budgetvriendelijke optie is het witten van het dak of de ramen van je serre. Dit kan simpelweg door ze te verven met een mengeling van kalk en water. Dit laagje filtert het zonlicht waardoor je serre minder snel opwarmt.
Plant pas midden april in je serre, en wacht tot midden mei als je in de openlucht kweekt. Geef ze een plekje met veel zon. Geef je tomaten ruimte om te groeien: plant gemiddeld 2,5 planten per vierkante meter (of 5 planten op 2 vierkante meter).
– In de serre en platte bak zaaien in april –
Voorzaaien in potjes en trays: Andijvie, artisjokken, basilicum, bloemkool, boontjes, Chinese kool, courgette, herfstprei, kardoen, kolen, (knol)selderij, komkommer, koolrabi, mais, peterselie, sla, spinazie en zomerpostelein.
Zo kunt u bijvoorbeeld de volgende gewassen kweken: Tomatenplanten, vroege Bloemkool, Pompoen, Paprika's, Maïs (suikermaïs), witte Selder, Komkommer, Meloenen, Stokbonen, late Prei, Aubergines, Augurken, Tuinkers, Radijsjes, Sla, Rabarber en Witlof.