Stroom heb je in twee smaken: gelijkstroom (Direct Current – DC) en wisselstroom (Alternating Current - AC). Met beide soorten elektriciteit kan je een vermogen verplaatsen, beide hebben een spanning en een stroomsterkte en beide hebben een stroomkring nodig, maar ze gedragen zich heel anders.
Elektrische spanning wordt ook wel ingedeeld in wisselspanning en gelijkspanning.
Uiteindelijk won de wisselspanning, omdat een wisselspanning makkelijker in een andere spanning om te zetten is en er minder verliezen bij transport optreden. Zo werd wisselspanning de basis voor de elektriciteitsdistributie. Lees meer over: Wat is het verschil tussen wisselspanning en gelijkspanning?
AC en DC zijn de afkortingen van wisselstroom (AC, alternating current) en gelijkstroom (DC, direct current). Het verschil is dat bij wisselstroom de spanning continu wisselt tussen positief en negatief. Bij gelijkstroom is de spanning continu gelijk.
Gelijkspanning (DC) wordt opgeslagen in accu's, maar wij hebben eigenlijk wisselspanning (AC) nodig om onze huishoudelijke apparaten van stroom te voorzien.
Netspanning is wisselspanning van minder dan 1000 volt die via het elektriciteitsnet aan de kleinverbruikers wordt geleverd. Gewoonlijk wordt met netspanning de elektriciteit die thuis uit het stopcontact komt bedoeld, met een spanning van circa 220 tot 240 volt.
Wat is het verschil tussen AC en DC? AC staat voor Alternating Current, wat betekent dat de trafo een wisselstroom geeft. Dit is standaard voor halogeenspotjes op 12 Volt. DC staat voor Direct Current, wat gelijkstroom betekent.
Over het algemeen is wisselspanning gevaarlijker dan gelijkspanning. Dat komt door de sinusvorm.
Bij een even hoge spanning is gelijkstroom minder gevaarlijk dan wisselstroom. Een wisselspanning van 50 Volt of een gelijkspanning van 120 Volt worden beschouwd als een veilige spanning.
Gelijkspanning in huis
Apparaten in huis krijgen via de stekker wisselstroom uit het stopcontact. De meeste onderdelen in die apparaten, zoals ledlampen, motortjes, beeldschermen en computerelektronica, werken op gelijkstroom.
Gelijkspanning is alleen maar gevaarlijk als de stroom van de min naar de plus kan lopen. Je kan dus zonder problemen één van de twee polen aanraken (om er een stekker aan te zetten bijvoorbeeld) zolang de andere pool maar veilig geïsoleerd is.
Gemiddeld staat er een spanning van 230 volt op elke fase van uw aansluiting. Huishoudens hebben steeds vaker 3 fasen op hun aansluiting. Dit is meestal een 3x25 Ampère aansluiting. Een grotere aansluiting is vaak nodig bij een warmtepomp of zonnepanelen.
Gelijkstroom - of gelijkspanning - is een elektrische stroom met continu dezelfde richting. Het wordt aangeduid met DC, de afkorting van Direct Current.
Stroom is de hoeveelheid elektrische lading die ergens doorheen stroomt (bijvoorbeeld door een draad). Symbool van stroom is I, eenheid de Ampère (A). Spanning kan het makkelijkst begrepen worden door het te zien als de 'kracht' waarmee de stroom door de draad 'geduwd' wordt.
Stroom is daar een onderdeel van, maar ook statische elektriciteit, bliksem en inductie zijn vormen van elektriciteit. Het woord is afgeleid van het Griekse elektron. In de natuurkunde is dat een negatief geladen deeltje in atomen dat om een positief geladen kern draait.
De aansluitplicht werkt twee kanten op. Dit betekent dat deze geldt voor zowel de afname van stroom als het leveren van (duurzame) energie aan het net.
De meeste elektrische apparaten en installaties werken op basis van gelijkspanning - maar stopcontacten werken dus op basis van wisselspanning. Dit vormt over het algemeen geen problemen, want het omzetten van wisselspanning naar gelijkspanning is relatief eenvoudig.
Een hoog voltage, maar een relatief lage stroomsterkte veroorzaakt een pijnlijke scheut in het lichaam, maar het geeft geen permanente schade. Zou de ampère hoger zijn geweest dan was het vele malen gevaarlijker geweest. De eenheid van stroomsterkte is ampère.
Normaal (in droge toestand) is de weerstand van een menselijk lichaam vrij hoog (10-tallen kilo-ohms) en is de stroom die er zal vloeien bij aanraking van 12V erg klein en en zal je die zelfs niet voelen.
Er zijn enorm veel fabrikanten voor rails. Roco, Fleischmann, Tillig, Peco, het is allemaal twee-rail (gelijkstroom dus).
Een elektrische schok is een lichamelijke sensatie die iemand ervaart als een elektrische stroom via de huid het lichaam in of uit vloeit. Dit gaat gepaard met een onwillekeurige samentrekking van spieren. De sensatie is meestal een onaangenaam prikkend tot pijnlijk gevoel.
Wisselstroom is de stroom die uit het stopcontact komt. Het hele Nederlandse energienet en vrijwel alle apparaten in huis werken dus op wisselstroom. Van de televisie tot het koffiezetapparaat. Wisselstroom heeft zijn naam te danken aan het feit dat de elektronen steeds van richting wisselen.
Stel je hebt een 24V motor met een vermogen van 1kW (=1000W). Hoeveel ampère trekt deze motor als je op vol vermogen vaart? Antwoord: W = V x A, dus 1000 = 24 x A. In dit geval deel je dus 1000/24 = 41,7.
Om maar gelijk met de deur in huis te vallen: De elektriciteit die de netbeheerders leveren op de aansluiting in de meterkast (het aansluitpunt) heeft een 'spanning' van ca. 230 volt (50 Hz) (voorheen was dat ca. 220 volt). Netspanning (oude benaming = lichtnet) betreft wisselspanning met een netfrequentie van 50 Hz.
Sommige led-lampen werken op wisselspanning (230V AC). Veruit de meeste led-lampen werken echter op een lagere spanning van ca. 1 tot ca. 64 Volt.