We hebben onze naam gewijzigd Om de voortgang van het ene examen naar het andere gemakkelijker te maken, hebben we het ERK-niveau ingevoerd voor de naam van elk examen. Bijvoorbeeld Cambridge English First (FCE) staat nu bekend als B2 First.
Met een score van 160 of hoger is een student geslaagd en ontvangt hij of zij het Cambridge First Certificate, vergelijkbaar met het Engelse niveau B2 volgens het Europees Referentiekader voor de Talen (ERK).
First Certificate in English (FCE)
Voor dit examen is een goede basiskennis van het Engels vereist (niveau B2 volgens het Europees referentiekader). Je woordenschat is voldoende om je goed te kunnen redden in dagelijkse situaties. Je kent het onderscheid tussen formeel en informeel taalgebruik.
Cambridge Engels: Proficiency ( CPE ) is een examen op C2 niveau, het hoogste niveau van het Common European Framework. Uw vloeiendheid in het Engels weerspiegelt uw vermogen met gemak te communiceren in bijna elke situatie.
Een Cambridge English B2 First (FCE) certificaat bewijst dat je effectief kunt communiceren in het Engels, je mening en argumenten kunt geven over nieuwsfeiten, de voor- en nadelen van verschillende standpunten kunt uitleggen en brieven, rapporten, verhalen en vele andere soorten teksten kunt schrijven.
Volgens de officiële ERK voorschriften, kan iemand met Engels niveau C1: Een breed scala aan gecompliceerde lange teksten begrijpen en onderliggende bedoelingen herkennen. Op een spontane manier en in vloeiend Engels ideeën uiten, zonder duidelijk te hoeven zoeken naar uitdrukkingen.
Niveau B2 Engels is het vierde niveau binnen het Europees referentiekader (ERK), een definitie van taalniveaus, gedefinieerd door de Europese raad. Doorgaans wordt dit niveau ook wel "adequaat" genoemd, als in: "Ik spreek behoorlijk Engels". De officiële niveau-omschrijving is "boven gemiddeld".
Vwo studenten worden in 6 vwo voor het centrale eindexamen Engels op niveau C1 (ERK) getoetst op leesvaardigheid. Het streven van de andere taalvaardigheden, schrijven, spreken en luisteren is B2.
Van laag naar hoog zijn dat: A1, A2, B1, B2, C1, C2. Deze indeling is gemaakt als hulpmiddel om iemands beheersing van een vreemde taal aan te geven. Wat die niveaus precies inhouden staat hieronder. Het niveau dat je in een vreemde taal hebt, kun je aangeven met de indeling van de Raad van Europa.
HAVO – Senior general secondary education. VWO – Pre-university education. MBO – Secondary vocational education. HBO – Higher professional education.
Om een hele studie in het Engels bij te benen, moet je beter dan gemiddeld de Engelse taal beheersen. Kortom: deze universiteiten zien een Cambridge certificaat als bewijs van je uitstekende vaardigheden in de Engelse taal. Een Cambridge certificaat wordt wereldwijd geaccepteerd.
Een havo-leerling begint normaliter in klas 1 met Engels op A2 niveau (ERK) en zou gedurende de havo opleiding niveau B2 moeten bereiken op leesvaardigheid (het Centraal Schriftelijk Examen toetst alleen leesvaardigheid).
De lengte van de Functionele Capaciteitsevaluatie kan variëren. Sommige evaluaties worden in twee dagen uitgevoerd, andere in slechts één dag . Voor elke geplande dag moet u erop voorbereid zijn dat de evaluatie de volledige dag zal duren. Over het algemeen raden wij onze klanten aan om de tweedaagse FCE te ondergaan.
C2 Proficiency (CPE)
Dit is de kwalificatie op het hoogste niveau en laat de wereld zien dat je Engels beheerst tot een uitzonderlijk, bijna native, niveau.
beheers je het Engels op B2-niveau; kun je vloeiend en spontaan een gesprek voeren in het Engels; komt je boodschap helder over en begrijp je de ander goed; kun je duidelijke en gedetailleerde teksten schrijven en complexe teksten over abstracte onderwerpen lezen en de hoofdgedachte begrijpen.
Een C2 Proficiency-kwalificatie betekent dat leerlingen het Engels op een uitzonderlijk goed niveau beheersen en kunnen communiceren met de vlotheid en verfijning van een zeer competente spreker Engels.
Bijna iedereen die een taal voor haar of zijn carrière leert, stopt op niveau B2 met leren. Op niveau B2 ben je “vloeiend”. De C-niveaus zijn academische niveaus, met het soort taalgebruik dat je nodig hebt als je bijzonder precies, genuanceerd, wetenschappelijk of kunstzinnig met de taal bezig moet.
Taalniveaus. Per beroepsniveau is een taalniveau vastgesteld: Taalniveau B1: MBO-beroepen (zoals verpleegkundigen). Taalniveau B2: HBO-beroepen (zoals fysiotherapeuten, physician assistants, verloskundigen en de geregistreerd-mondhygiënisten).
Taalniveau B2 (gevorderd)
Welke taalniveaus zijn er? De Raad van Europa onderscheidt 6 verschillende taalniveaus: A1, A2, B1, B2, C1 en C2. Het gaat dan om niveaus waarop mensen een nieuw geleerde taal begrijpen en kunnen gebruiken. A1 is het meest eenvoudige niveau, C2 het meest moeilijke.
Voor bacheloropleidingen geldt op dit moment dat iemand B2-niveau ('gevorderd') moet hebben, voor masters is C1-niveau ('vergevorderd') nodig. Voor bacheloropleidingen houdt dat in dat een vwo-diploma met Engels genoeg is voor toelating.
Als je niet naar een partneruniversiteit gaat, kan het zijn dat je moet aantonen dat je de taal waarin je gaat studeren beheerst. Over het algemeen is een B2-niveau vereist voor een bacheloropleiding en C1 voor een masteropleiding, maar je moet dit controleren bij de gastinstelling.
Taalniveau 3F verwijst naar het Besluit referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen en niveau B2 verwijst naar het Europees Referentiekader voor Talen. Beide taalniveaus worden in de praktijk gebruikt, maar er zijn nagenoeg geen verschillen tussen niveau 3F en B2 op het gebied van mondelinge taalvaardigheid.
Voor alle studenten op niveau 4 geldt dat zij een examen Engels moeten doen op niveau A2/B1. Maar binnen veel andere beroepsgroepen is een goede beheersing van de Engelse taal ook een vereiste. Daarom krijgen veel mbo-studenten op andere niveaus ook Engels.
Een B1 niveau is voldoende voor conversaties met Engelssprekende personen over alledaagse onderwerpen. Op werk zijn personen met niveau B1 Engels in staat eenvoudige rapporten over bekende onderwerpen te lezen en simpele e-mails over onderwerpen binnen hun vakgebied te schrijven.